Volgens het zichzelf progressief noemende nieuwsblog Common Dreams stelt Elver in aanloop naar de Klimaattop in Parijs voor om het industriële denken over landbouw 'te dumpen'.

'Agroecologie'
Die gangbare manier van werken zou vervangen moeten worden door wat Elver 'agroecologie' noemt. Wat dat precies is, benoemt ze niet. Onder meer de Franse regering probeert een nieuwe inhoud aan dat geiten-wollen-sokken-begrip te geven. In Nederland spant professor Louise Vet zich in voor een modernere en economische opvatting, waarvan de relatie met de klassieke agroecologie van grondlegger Miguel Altieri vooralsnog onduidelijk is. Diezelfde onduidelijkheid geldt voor de positie die SlowFood voormannen Carlo Petrini en Joris Lohman kiezen. In een afgelopen week gepubliceerde tekst spreken zij zich uit tegen de gangbare landbouw en voor toekomstige kleinschaligheid. Hoe dat eruit ziet, definieerde Lohman als 'een enorm grijs gebied' tussen groot- en kleinschalig. Dat zou het gebied kunnen zijn dat de Franse minister Le Foll overeind lijkt te willen houden tegen de op kostprijs én met landbouwsubsidies winnende multinationale landbouwfabricage die zich ontwikkelt in het Oosten van het EU-gebied.

Uit de woorden van Elver blijkt wel dat de notie 'agroecologie' van de VN nadrukkelijker gezien moet worden vanuit kleinschaligheid en het creëren van directe ketenrelaties tussen producent en consument in zich ontwikkelende landen. Dat zal ervoor zorgen dat minder mensen de landbouw en het platteland kunnen verlaten. Bij implicatie zorgt dat ervoor dat ze minder welvaart van buitenaf zullen kunnen aankopen en zich hoofdzakelijk tevreden moeten stellen met het welzijn dat ze economisch slechts zullen kunnen realiseren door hun voedselproductie en de eigen verwerking daarvan.

Als steeds grotere delen van de landbouw voor een groeiend deel van de wereldbevolking afhankelijk worden gemaakt van niet flexibel aan de omstandigheden aan te passen productieprocessen, dreigen samenlevingen te worden geconfronteerd met mislukkende oogsten en dus honger.
Via Campesina
Common Dreams ziet dan ook een gelijkenis tussen de uitspraken van Elver en die van La Via Campesina, een beweging die voor een boereneconomie pleit die op zichzelf staat. Die autonomie betekent geen of slechts minimale tussenkomst van handel, verwerking en verkoop door derden. Die drie factoren laten een boer zijn productie aan mensen buiten zijn productiegebied afzetten, zodat hij meer kan verdienen, knechten in dienst kan nemen, af en toe vakantie kan nemen, een auto, de laatste mode, een tablet en een mobiele telefoon kan kopen.

Multinationale landbouwbedrijven
De basisbeginselen van de moderne landbouw zijn gebaseerd op het betaalbaar maken van voedsel voor iedereen zodat welvaart zou ontstaan op het gebied van non-food behoeften naast voldoende voedsel. De gemechaniseerde landbouwproductie is daar tot op heden de basis voor geweest. Door arbeidskosten uit te sparen, kon voedsel goedkoop worden en kon een omvangrijke non-food economie ontstaan. In Europa zorgt die weg uiteindelijk voor het uitschudden van de meer dan duizend jaar oude oude boerenlandbouw. In plaats daarvan ontstaan multinationale landbouwbedrijven die de mechanisering naar niveaus zullen brengen zoals die tot op heden alleen in jonge landbouwnaties als VS en Brazilië bestonden.

Stelling
Elver en La Via Campesina bepleiten het 'dumpen' van die dominante manier van werken in de oude rijke wereld, omdat klimaatverandering de fabrieksmatige landbouw kwetsbaar maakt. Als steeds grotere delen van de landbouw voor een groeiend deel van de wereldbevolking afhankelijk worden gemaakt van niet flexibel aan de omstandigheden aan te passen productieprocessen, dreigen samenlevingen te worden geconfronteerd met mislukkende oogsten en dus honger. Daarbij komt dat verdere industrialisering van de landbouw een groter beroep op fossiele brandstof onvermijdelijk maakt.
Die centrale stelling lanceerde Elver afgelopen week met zoveel woorden.

Fotocredits: Hilal Elver, UN Women
Dit artikel afdrukken