De opluchting was af te lezen van de gezichten van de Vlaamse ministers op de persconferentie op het kabinet van Jambon, een schril contrast met de houding van de ministers tijdens het extra actuadebat in het Vlaams parlement afgelopen dinsdag.

Water bij de wijn
“Ik wens uit de grond van mijn hart alle ministers van de ploeg te bedanken”, begon de minister-president. “Om een akkoord te sluiten is staatsmanschap en durf nodig. Alle partijen hebben water bij de wijn gedaan.” Hij voegde er ook nog een quote van Nelson Mandela aan toe: “It always seems impossible until it’s done”.

Volgens Jambon moet dit akkoord ervoor zorgen dat er tegen 2030 de helft minder stikstof in de natuur zal terechtkomen. “We voorzien 3,6 miljard euro om landbouwers te vergoeden en om nieuwe natuurdoelen te realiseren. Voor landbouwers die hun activiteiten moeten stopzetten, zullen we hen vergoeden voor een bedrag dat oploopt tot 130 procent van de waarde van hun landbouwbedrijf. We gaan landbouwers ook ondersteunen zodat ze hun activiteiten duurzamer kunnen maken. Die steun kan oplopen tot 65 procent van de investeringen voor jonge boeren.”

Openbaar onderzoek naar resterende knelpunten
De minister-president verwees ook naar de twee resterende knelpunten: extern salderen en het verschil in de beoordelingskaders tussen landbouw en natuur. “Hierover zijn we overeengekomen dat deze twee zaken in een openbaar onderzoek met milieueffectenrapport (MER) zullen gestoken worden en als dat onderzoek het licht niet op rood zet, dan hebben alle partijen rond de tafel zich geëngageerd om beide zaken onverwijld door te voeren”, liet Jambon aan de verzamelde pers weten.

In eerste instantie wordt er niets veranderd aan het vergunningskader voor landbouw zoals in de eerdere voorstellen al stond. Landbouwers kunnen geen vergunning krijgen als ze een impactscore hebben van meer dan 0,025 procent op een nabijgelegen natuurgebied. Voor cd&v was dit aanvankelijk onverteerbaar, maar de partij had nadien aangegeven dat het akkoord kon gaan met een groeipad als dat uiteindelijk zou resulteren in een gelijkschakeling tussen landbouw en industrie, voor die laatste sector ligt de impactscore op 1 procent.

Tijdens de onderhandelingen van zondagavond was er al een toegift van N-VA om te evolueren naar een gelijkschakeling op vlak van impactscores als zou blijken dat tegen 2025 “het stikstofbad voldoende is leeggelopen”. Dat was voor cd&v niet voldoende, want dan bleef er nog steeds een ongelijkheid bestaan tussen industrie en landbouw. Industriële projecten die een impactscore van meer dan 1 procent hebben, kunnen boven die drempel nog een vergunning krijgen als een individueel onderzoek, de zogenaamde passende beoordeling, uitwijst dat er geen negatieve impact is op de nabijgelegen natuur. Voor landbouw was die mogelijkheid er niet. Voor hen gold een absolute vergunningsdrempel: landbouwbedrijven wiens impactscore boven de voorziene drempel (0,028% oplopend naar 1% tegen 2025) ligt, kunnen geen nieuwe vergunning krijgen.

Het compromis dat ervoor zorgde dat cd&v toch zijn fiat kan geven aan het akkoord, bepaalt dat er vanaf 2025 soepelere vergunningsregels zullen toegelaten worden. Landbouwbedrijven die een impactscore hebben tussen 0,025 procent maar minder dan 1 procent, zullen vanaf dan toch een vergunning kunnen krijgen mits een gunstige passende beoordeling. Ook voor bedrijven met een impactscore die hoger ligt dan 1 procent zou er vanaf dan geen harde vergunningsdrempel meer zijn. Zij zouden dan via het principe van extern salderen toch een start- of uitbreidingsvergunning kunnen krijgen. Dus wanneer rond een bepaald natuurgebied een andere boer stopt of minder dieren gaat houden, dan kan die boer een deel van zijn uitstootrechten overnemen waardoor een vergunning toch nog mogelijk kan zijn.

Over extern salderen lagen cd&v en N-VA al bijna op dezelfde lijn, maar de christendemocraten waren niet te spreken over het voorstel van N-VA om dit pas toe te laten wanneer uit een MER zou blijken dat dit principe haalbaar is. Nu gaat de partij toch akkoord om een openbaar onderzoek af te wachten dat eind dit jaar klaar moet zijn, zowel wat betreft het extern salderen als de vergunningsdrempels.


'Alles binnengehaald wat mogelijk was'
Volgens het kabinet-Brouns is de koppeling van het extern salderen en de vergunningsdrempels cruciaal. “Als enkel het extern salderen wordt toegestaan, dan blijft het een lege doos. Als je één van beide loslaat, geef je geen perspectief. Onze visie is altijd geweest dat zolang de dalende trend van het collectief gegarandeerd is, een individueel bedrijf ruimte moet krijgen”, klinkt het. Dat zit volgens het kabinet in het voorstel, weliswaar pas vanaf 2025 als blijkt dat er een gunstig milieueffectenrapport voor beiden kan afgeleverd worden maar de overtuiging leeft dat dit geen probleem mag opleveren.

Dat het akkoord geen schoonheidsprijs zal halen, beseffen ze bij cd&v. “Maar we hebben alles binnengehaald wat we er konden aan veranderen. Elf van de 13 knelpunten waren tijdens de nachtelijke onderhandelingen al in ons voordeel beslecht, nu heeft N-VA ook op de twee resterende knelpunten toegegeven. Dat is meer dan we ooit hadden durven vermoeden”, zegt woordvoerder Bram Bombeek.

Alle landbouwbedrijven krijgen de zekerheid dat hun huidige vergunningen tot 2025 geldig blijven. Dat wordt decretaal verankerd
Reacties regeringspartijen
Minister Brouns toonde zich dan ook tevreden op de persconferentie van de Vlaamse regering. “De voorbije weken zijn moeilijk geweest”, zo begon hij zijn toespraak. “Maar ik heb in die periode telkens opnieuw aangegeven dat ik, en mijn partij, een duidelijk kompas voor ogen hadden: niet raken aan de stikstofdoelen, maar wél een akkoord sluiten dat voldoende toekomstperspectief biedt aan jonge boeren. Met dit akkoord kan dat toekomstperspectief gegarandeerd worden.”

De minister wijst erop dat alle landbouwbedrijven bovendien de zekerheid dat hun huidige vergunningen tot 2025 geldig blijven, iets wat decretaal verankerd zal worden. “Nadien zullen die bedrijven gebruik kunnen maken van extern salderen. Daarin hebben de regeringspartners een evenwichtige balans gevonden”, aldus Brouns. “Bovendien zal vanaf 2025 een gelijkwaardige behandeling in het toekomstige vergunningenkader verzekerd worden.”

Dit kan niet anders beschreven worden dan een historische kans van de collectieve politiek om een historische schuld aan de landbouwsector af te lossen en toekomstige landbouwers zicht te geven op oplossingen
Volgens minister van Omgeving Zuhal Demir (N-VA) zorgt het bereikte akkoord voor "perspectief voor de landbouw, rechtszekerheid en een drastische vermindering van de stikstofuitstoot”. “Dit kan niet anders beschreven worden dan een historische kans van de collectieve politiek om een historische schuld aan de landbouwsector af te lossen en toekomstige landbouwers zicht te geven op oplossingen", aldus Demir. "Ik ben blij dat iedereen finaal besliste deze kans te grijpen. Wij doen dit, voor wie eraan twijfelt, om de landbouw in Vlaanderen te redden en te houden".

Minister Crevits (cd&v) wees er tijdens de persconferentie niet alleen op dat het om een zeer technisch dossier gaat, maar dat het vooral ook een “hypermenselijk” dossier is. “Achter elk cijfer schuilt een gezin. Het gaat om het levenswerk van mensen. De strijd die we de afgelopen weken gevoerd hebben, is vooral een strijd voor perspectief voor jonge landbouwers die voor grote investeringen staan. Ik ben tevreden dat we dit akkoord hebben gevonden, dat duidelijkheid en perspectief biedt.”

"Ik ben vooral opgelucht", zegt Open Vld-minister-president Bart Somers. "We hebben landbouw, natuur en industrie kunnen verzoenen. We hebben een vergunningenstop afgewend en we kunnen jonge landbouwers een nieuw perspectief bieden. Hiermee heeft de regering aangetoond dat we ook de allermoeilijkste dossiers kunnen aanpakken".

N-VA-viceminister-president Ben Weyts gaf een pluim aan regeringsleider Jambon. "Ik hoor dat verschillende mensen het vaderschap van dit akkoord claimen, maar er is maar één vader van dit akkoord en dat is de minister-president. Hij heeft staatsmanschap getoond", aldus Weyts, die ervan overtuigd is dat het akkoord zekerheid kan bieden voor “boeren, burgers en bedrijven”.

Dit artikel maakt deel uit van de contentsamenwerking tussen Foodlog en VILT.
Dit artikel afdrukken