"De uitvoer van de varkenssector verschuift steeds meer van vlees naar de levende export. Dat blijkt uit de cijfers van het Productschap Vee en Vlees over het eerste kwartaal van dit jaar.
In die periode heeft de sector voor ruim 168 miljoen euro aan varkens en biggen geëxporteerd. Dat is 12,6 procent meer dan de uitvoerwaarde in het eerste kwartaal van 2005. De export van vlees kwam uit op 255 miljoen euro. Dat is 4,1 procent lager.
Daar staat dus in gewone taal dat we in Nederland varkens mesten, ze levend verkopen en in auto's door Europa jagen (de sterfte onder levende varkens - het zijn nu eenmaal intelligente dieren en dus net als wij gevoelig voor onzekerheid en doodsangst - is relatief hoog) om er kennelijk in o.m. Parma, Bayonne, de Ardennen en het Schwarzwald ham met een hoge toegevoegde waarde ('bijzondere en lekkere' ham) en dito prijs en marge van te laten maken. Let wel: daar profiteert geen enkele Nederlandse varkenshouder van.
Hoe komt het eigenlijk dat we in Nederland helemaal geen bijzondere hammen hebben, behalve dan die natte gekookte die nergens meer naar smaakt?
Waar zijn die plaatsnamen op hammen in Nederland?
Op 2 oktober krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Wouter, in Frankrijk is een product dat een AOC claimt echt gehouden aan de eisen die de daaraan gesteld worden door het Institut National des Appellations d’Origine (INAO). Het kan voorkomen dat er producten zijn die de naam van een AOC-product voeren, maar die het niet zijn. Zij mogen niet het stempel AOC voeren. Maw: het stempel maakt dat het echt is. Geen stempel is een teken aan de wand.
De macht van de AOC kan overigens heel ver gaan. Nog maar enkele jaren geleden hebben de champagne-makers collectief het parfum ‘champagne’ van Dior juridisch weten te verbieden. Dat is nog eens andere koek dan Nederland waar zelfs het begrip ‘vers’ niet meer betekent betekent dan dat een product niet in bevroren toestand wordt verkocht (maar mogelijk daarvoor best bevroren kan zijn geweest). Idem voor het bergip ‘méthode champenoise’ voor andere bubbelwijnen. Dat mag alleen nog ‘méthode traditionnelle’ heten. Geen wijnmaker die zich nog waagt aan ‘méthode Champenoise’.
Ons zal dat letterlijk ‘worst’ wezen: in Nederland is “Gelderse Rookworst” inmiddels een soortnaam binnen het UNOX-assortiment. Geen slager, boer of burger die daarom kraait. Maar er zal dan ook wel geen parfumier zijn die er een parfum van wil maken ;-)
Voor wat betreft Parma-ham geldt iets dergelijks: alleen producten die het zgn. CCP-label (consorzio]http://www.prosciuttodiparma.com/garanzie/corona/]consorzio del prosciutto di Parma]/url], met het kroontje) zijn échte Parmezaanse hammen en moeten dan ook aan de daarvoor vastgestelde richtlijnen tav herkomst, bereiding en rijping voldoen.
Over echt en niet-echt is geen discussie mogelijk binnen de regels van het spel zelf.
Dick, de aanduidingen Roquefort en Parmaham zijn toch meer als type-aanduidingen dan als merken te beschouwen? Ik meen zelfs dat het in principe niet is mogelijk is om een plaatsnaam als merk te deponeren.
Verder is de vraag wie er baat heeft bij de bescherming. Deze heeft voordelen voor de consument wanneer hij daardoor weet wat de kwaliteit van iets is, bijvoorbeeld dat een Audi echt van goede materialen is gemaakt en niet in China. Dat gaat maar heel soms op voor streekproducten. Er is bijvoorbeeld hele vieze champagne, die Champagne mag heten. En veel slechte Brie die wel zo heet.
Een ander voordeel is voor de producent, die dankzij de bescherming zijn hoge ontwikkelingskosten worden terugverdiend. Dat is ook de rechtvaardiging die voor die wet gegeven wordt. Maar dat gaat helemaal niet op voor de meeste streekproducten, die zijn soms al eeuwenoud. De inwoners van de streek krijgen dus van de wetgever een gemakkelijke manier om veel meer geld met hun ham te verdienen in de schoot geworpen. Daar is m.i. wetgeving niet voor bedoeld. Het staat de producenten inderdaad vrij om samen een instituut op te richten en een eigen AOC (evt. met kwaliteitseisen) in het leven te roepen. Dat moet voldoende zijn.
Tot slot, streekproducten die echt bescherming zouden kunnen gebruiken zijn juist de onbekende, kwijnende streekproducten.
Waarom afzakken naar 'façon Parmézienne' of 'Ardennoise'? We hebben in Nederland bijv. Nagelhout (gedroogd rundvlees uit de schoorsteen), maar vrijwel niemand heeft daar ooit van gehoord omdat geen hond er wat mee doet - op die paar laatste slagers na. Wat is er mis met Peelse of Geuldal Ham, of ....
Kaasboer Dirk-Jan van der Voort heeft de naam van zijn boerderij (Remeker) gegeven aan zijn inmiddels als fenomeen bekende kazen van Jersey-melk.
Want inderdaad: dit is alweer de 'what's in a name?'- kwestie. Parmaham komt in essentie uit Brabant, zoals Wouter zegt. Wist je trouwens dat de gereglementeerde beschermingen waar het buitenland zich - terecht - druk over maakt, maken dat je bijv. Roquefort Roquefort mag noemen als het kaasje 3 (!) maanden in een kelder in het AOC-gebied Roquefort heeft gelegen? De melk - en dus inmiddels zelfs de kazen - komen overwegend van elders. Logisch, want er wordt meer Roquefort gemaakt dan er schapenmelk is in het orginegebied zelf. Bedrog? In ieder geval doen ze er aan zorgvuldig merkmanagement en realiseren ze zich de waarde daavan.
In België kunnen ze het wel, lekkere hammen maken dus dat kunnen we in NL best. Is toch te gek voor woorden, die beesten naar Parma rijden en er dan ham van maken? Ik vind dat verloochening van het product, zéér eens met Wouter om dat gewoon in NL te gaan maken. Desnoods noem je het, voor de neuzelige puriteinen onder ons ("ik eet alleen maar échte") Nederlandse Parma Ham. Of 'façon de Parma' ofzo om het nog lekker chic te laten klinken.
Wat in elk geval niet helpt voor het dierenwelzijn is de verregaande bescherming van de naam 'Parma-ham'. Het zou beter zijn als de mensen in Parma het recept zouden faxen, zodat de Brabantse boeren er vervolgens Parma-ham van kunnen maken.