We dachten dat eindelijk wetenschappelijk aangetoond was dat eten kan troosten. Die - overigens ongezonde - gedachte staat alweer op losse schroeven.
In periodes van stress schreeuwt ons lichaam om 'troosteten': zoet, zout en vet, bleek uit onderzoek bij aapjes. In lelijke bewoordingen: ongezond en dikmakend eten. In fijne bewoordingen: comfort food. Hele kookboeken vol zijn er inmiddels verschenen (waaronder overigens wel een van mijn favorieten, Janneke Vreugdenhils Comfortfood).
Niet het eten, maar de tijd
Maar nu lijkt er een streep door de mooie verklaring gezet te worden. Nieuw onderzoek, door psychologen en bij mensen dit keer, lijkt uit te wijzen dat het idee dat sommige soorten eten onze stemming kunnen verbeteren een mythe is. Het zou wel eens zo kunnen zijn dat ongeacht wat we eten, het verstrijken van de tijd al genoeg is om ons beter in ons vel te laten zitten.
Het onderzoek werd uitgevoerd door wetenschappers van de Universiteit van Minnesota (VS) en werd gepresenteerd tijdens een bijeenkomst van Association for Psychological Science.
Onderzoeksopzet
In het onderzoek werd mensen gevraagd om iets te eten te noemen waarvan ze dachten dat ze er van zouden opkikkeren als ze in een slecht humeur zouden zijn, zoals chocola, koekjes of ijs. Ook werd ze gevraagd aan te geven welke dingen ze lekker vonden, maar waarvan ze niet dachten dat die tot een humeursverbetering zouden leiden.
Daarna kregen alle proefpersonen een 20-minuten lang filmpje te zien dat bedoeld was om gevoelens van boosheid, angst en verdriet op te roepen. Meteen na het zien van het filmpje beoordeelden ze hun gemoedstoestand, en na 3 minuten nog een keer. In die drie minuten kregen ze ofwel hun troosteten, ofwel iets wat ze lekker vonden, een granenreep of helemaal niets.
(Troost)eten maakt geen verschil
Zoals verwacht, was de stemming bij alle deelnemers meteen na de film nogal bedrukt. Maar na drie minuten was hun stemming aanmerkelijk verbeterd, ongeacht of ze hun troosteten, iets anders of helemaal niets hadden gegeten. Dat was een enorme verrassing voor de onderzoekers, die er van uit gingen dat troosteten een grotere impact zou hebben. Maar de simpele conclusie is dat je met het verstrijken van de tijd je gewoon al beter gaat voelen. Troosteten versnelt dat proces niet.
Ongezonde eetgewoontes
Het is wel logisch dat mensen hun gemoedsverbetering toeschrijven aan iets dat ze gegeten hebben, omdat mensen het nu eenmaal prettig vinden ergens een verklaring voor te hebben. Hoofdonderzoeker Heather Scherschel Wagner ziet interessante perspectieven voor mensen die op basis van de heersende gedachten over comfortfood en het alom aanwezige comfort-eten ongezonde eetgewoontes ontwikkeld hebben zodra ze een beetje verdrietig zijn. "Als mensen er achter komen dat ze zich daadwerkelijk beter gaan voelen zónder troosteten, kan dat hun ongezonde gedragspatroon helpen stoppen", zegt Wagner in de Huffington Post.
Uiteraard is er een voorbehoud: het onderzoek vond plaats in een laboratoriumsetting en is dus maar beperkt van toepassing op de veelheid aan stressoren die mensen in het dagelijks leven ervaren. De onderzoekers hebben een vervolgonderzoek op stapel staan waarbij ze gaan kijken of comfortfood mogelijk wel helpt bij mensen die sociale stress ervaren, zoals de stress van buitengesloten zijn.
Ik blijft gewoon lekkere comfortsoep maken. Alleen het doen al maakt me vrolijk. En wat kan er nou ongezond zijn aan mijn radijsloofsoepje?
Fotocredits: Chinese Porridge, uitsnede, Charlotte90T
Dit artikel afdrukken
Niet het eten, maar de tijd
Maar nu lijkt er een streep door de mooie verklaring gezet te worden. Nieuw onderzoek, door psychologen en bij mensen dit keer, lijkt uit te wijzen dat het idee dat sommige soorten eten onze stemming kunnen verbeteren een mythe is. Het zou wel eens zo kunnen zijn dat ongeacht wat we eten, het verstrijken van de tijd al genoeg is om ons beter in ons vel te laten zitten.
Het onderzoek werd uitgevoerd door wetenschappers van de Universiteit van Minnesota (VS) en werd gepresenteerd tijdens een bijeenkomst van Association for Psychological Science.
Onderzoeksopzet
In het onderzoek werd mensen gevraagd om iets te eten te noemen waarvan ze dachten dat ze er van zouden opkikkeren als ze in een slecht humeur zouden zijn, zoals chocola, koekjes of ijs. Ook werd ze gevraagd aan te geven welke dingen ze lekker vonden, maar waarvan ze niet dachten dat die tot een humeursverbetering zouden leiden.
Daarna kregen alle proefpersonen een 20-minuten lang filmpje te zien dat bedoeld was om gevoelens van boosheid, angst en verdriet op te roepen. Meteen na het zien van het filmpje beoordeelden ze hun gemoedstoestand, en na 3 minuten nog een keer. In die drie minuten kregen ze ofwel hun troosteten, ofwel iets wat ze lekker vonden, een granenreep of helemaal niets.
(Troost)eten maakt geen verschil
Zoals verwacht, was de stemming bij alle deelnemers meteen na de film nogal bedrukt. Maar na drie minuten was hun stemming aanmerkelijk verbeterd, ongeacht of ze hun troosteten, iets anders of helemaal niets hadden gegeten. Dat was een enorme verrassing voor de onderzoekers, die er van uit gingen dat troosteten een grotere impact zou hebben. Maar de simpele conclusie is dat je met het verstrijken van de tijd je gewoon al beter gaat voelen. Troosteten versnelt dat proces niet.
Ongezonde eetgewoontes
Het is wel logisch dat mensen hun gemoedsverbetering toeschrijven aan iets dat ze gegeten hebben, omdat mensen het nu eenmaal prettig vinden ergens een verklaring voor te hebben. Hoofdonderzoeker Heather Scherschel Wagner ziet interessante perspectieven voor mensen die op basis van de heersende gedachten over comfortfood en het alom aanwezige comfort-eten ongezonde eetgewoontes ontwikkeld hebben zodra ze een beetje verdrietig zijn. "Als mensen er achter komen dat ze zich daadwerkelijk beter gaan voelen zónder troosteten, kan dat hun ongezonde gedragspatroon helpen stoppen", zegt Wagner in de Huffington Post.
Uiteraard is er een voorbehoud: het onderzoek vond plaats in een laboratoriumsetting en is dus maar beperkt van toepassing op de veelheid aan stressoren die mensen in het dagelijks leven ervaren. De onderzoekers hebben een vervolgonderzoek op stapel staan waarbij ze gaan kijken of comfortfood mogelijk wel helpt bij mensen die sociale stress ervaren, zoals de stress van buitengesloten zijn.
Ik blijft gewoon lekkere comfortsoep maken. Alleen het doen al maakt me vrolijk. En wat kan er nou ongezond zijn aan mijn radijsloofsoepje?
Fotocredits: Chinese Porridge, uitsnede, Charlotte90T
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 april krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 april krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Verschillende stemmingen horen bij het leven, daar moet je gewoon mee leren omgaan, troost zoeken in eten werkt nooit, ja enkele minuten, daarna voel je je nog steeds ellendig, helpt niks.
Wat wel werkt is voor de juiste dingen kiezen, waardoor je humeur over het algemeen genomen verbeterd, dat is iig in mijn geval zo gebleken. Ik geen vreemde stemmingswisselingen meer, ochtendhumeur? ik zou niet eens meer weten wat het is, humeurig tijdens de mensturatie? Goh, hoe heb ik dat ooit kunnen hebben. Snel boos worden? Ja dat heb ik nog wel, maar lang na sudderen is er niet meer bij. En ga zo maar door. Het lijkt echt wel dat doordat mijn lijf zich lekkerder voelt met al die groente en fruit dat ik stemmingswisselingen beter aankan en er sneller mee klaar ben.
Ja, wachten is duidelijk verstandig.
Tussentijds bekijken voor misschien een lange tijd, wat nou de 'troost' van je eigen troost-eten inhoudt (en daar dan vervangingen voor vinden), is van wezenlijk belang (zie mijn bijdrage aan eerdere draden). Uiteindelijk vind je dan 'troost' terwijl je eigenlijk gewoon gezond eet.
Het beeld dat we van onszelf hebben is van een vaste, verstandige persoonlijkheid die in bepaalde gemoedstoestanden tot afwijkende, emotionele keuzes kan komen. 'De geest is sterk, maar het vlees is zwak.' De vraag is of deze schematische voorstelling van onszelf eigenlijk wel klopt. Want is misschien niet (ook) het omgekeerde waar? Namelijk: we zijn een spontaan handelend zelf dat steeds lastig onderbroken wordt door een tweespalt zaaiend denken over wat nu weer niet goed is en niet deugt aan onszelf.