Eerst was het een slager, toen een visboer bij wie de stoeptegels door de ruiten gingen. Met de boodschap "Stop het Speciesisme" (het superieur vinden van de ene diersoorten boven de andere) maakten de militanten duidelijk waar ze voor staan: mensen hebben het recht niet om te besluiten over het leven van dieren.

"Het zijn extremistische veganisten", zegt Laurent Rigaud, vice-voorzitter van de lokale Kamer van Koophandel en ambachtsnijverheid (chambre de métiers et de l'artisanat) in Le Figaro.

Behalve over de financiële schade, maken de getroffen ondernemers zich zorgen over de felheid waarmee de uitoefening van hun beroep wordt aangepakt Vorig jaar werden 7 slagerijen in Lille met nepbloed beklad. Volgens de ondernemers willen de militante veganisten door hun acties bereiken dat de vlees- en visbedrijven sluiten. "Welke boodschap brengen deze verwoestingen over? Het is hun keuze veganist te zijn, waarom kom je daar voor uit door andermans werk kapot te maken?" aldus de getroffen visboerin. Locale politici steunen de ondernemers. "Dit zijn geen militanten, maar delinquenten", klinkt het, en "niets rechtvaardigt dit geweld".

Burgerdaad
Dierenwelzijnsorganisatie L214, bekend van de schokkende, maar zorgvuldig gebrachte, filmbeelden van inbreuken op dierenwelzijn, reageert gematigd. "Het is een burgerdaad, een woedeuitbarsting tegen het geweld dat dieren aangedaan wordt", laat de lokale L214-coördinator weten. Lekker dan, antwoordt een boerenvertegenwoordiger, laten die veganisten zich eerst maar eens bezig houden met de traceerbaarheid van hun sojaburger.
Dit artikel afdrukken