De teelt gebeurt op 9,5 duizend hectare en is voor menselijke consumptie, voor diervoeder of als groenbemester. In totaal nemen eiwitrijke gewassen ongeveer 0,5% van het totale Nederlandse landbouwareaal in beslag. Dat bestaat voornamelijk uit luzerne voor veevoer en als groenbemester. Soja en lupinebonen worden vooral verbouwd als grondstof voor vleesvervangers, veldbonen en voedererwten als voedergewassen. Het areaal luzerne neemt al een aantal jaren af. Een bescheiden groei is te zien in de arealen veldbonen en lupine.

Europa wil zelf meer sojabonen gaan verbouwen. Dat gebeurt nu vooral door Italië, Frankrijk en Roemenië. Maar het afgelopen jaar wijzigde het areaal nauwelijks, het daalde met duizend hectare. In Nederland verdubbelde het areaal soja wel, maar het aandeel is nog steeds erg klein.

En dat terwijl eiwitrijke gewassen volop in de belangstelling staan vanwege de rol die ze in de voedseltransitie en kringlooplandbouw vervullen. De Europese Commissie droeg alle lidstaten op een plan te maken zodat Europa minder afhankelijk wordt van de import van eiwitrijke gewassen. In 2020 presenteerde landbouwminister Carola Schouten de ‘Nationale Eiwitstrategie’ om Nederlandse telers van eiwitrijke gewassen te helpen. Afgelopen zomer tekenden 56 organisaties samen met landbouwminister Henk Staghouwer de nationale Green Deal Eiwitrijke gewassen, of ook wel de ‘Bean Deal’. Die heeft als doel om het voor Nederlandse boeren en telers aantrekkelijker te maken om meer plantaardige eiwitten te verbouwen.

CBS_areaal_eiwitrijke_gewassen_nl Uit CBS nieuwsbericht: 'Teelt eiwitrijke gewassen iets toegenomen'

Ook gaan wetenschappers en boeren samen onderzoeken welke nieuwe rassen het goed doen op Nederlandse bodem. Het zorgde er in ieder geval mede voor dat HAK er dit jaar al voor kiest alleen nog Nederlandse kidneybonen in te kopen. Maar tot nu toe zijn de meeste gewassen voor boeren nog niet lucratief.

Wat de Nederlandse akkerbouwer bepaalt niet helpt is dat collegaboeren in onder meer Duitsland een vlinderbloemigensubsidie krijgen
Zoals voor Henk Janknegt uit Zwolle. Hij is zo’n boer die veldbonen is gaan telen. Eraan verdienen doet hij (nog) niet. Als reden noemt Janknegt de afzetmarkt. Die is er als veevoer, maar dan leveren de bonen weinig op. Hij ziet wel de voordelen van het gewas: veldbonen zijn stikstofbindend en aantrekkelijk voor insecten. Ze zouden een goede vervanger van soja in bijvoorbeeld vleesvervangers kunnen zijn. “We kappen aan de andere kant van de wereld oerwouden voor de verbouw van soja, terwijl we in Nederland veldbonen kunnen telen die goed zijn voor bodem en biodiversiteit”, morde de akkerbouwer afgelopen week in De Stentor. Wat de Nederlandse akkerbouwer bepaalt niet helpt is dat collegaboeren in onder meer Duitsland een vlinderbloemigensubsidie krijgen. Zij kunnen hierdoor hun producten concurrerender aanbieden.

De Bean Deal en initiatieven als 'Lekker Lupine!' en producentenorganisatie 'Eiwitboeren van Nederland' zouden het telen van eiwitrijke gewassen op Nederlandse bodem een impuls moeten geven. Maar wie echt een stijgende lijn wil zien in de CBS grafiek, heeft meer politieke marktsturing nodig.
Dit artikel afdrukken