Dat schrijft het RIVM naar aanleiding van eigen scenario-onderzoek, gepubliceerd in het vakblad Atmospheric Environment.

In 1980 was de luchtkwaliteit een stuk slechter dan nu. Zo lag de concentratie fijnstof destijds op 59 µg m3. In het scenario dat uitging van géén beleidsmaatregelen steeg het gemiddelde aan fijnstof tot 102 µg m3 in 2015. In werkelijkheid daalde de concentratie juist naar 12 µg m3. De meeste 'winst' is te danken aan reducties in de uitstoot van sectoren buiten Nederland; de daar bespaarde uitstoot waait niet meer over de grenzen.

Per sector levert de industrie met 54% de belangrijkste bijdrage, gevolgd door de landbouw (23%) en de transportsector (15%).

Uitgedrukt in levensjaren levert de schonere lucht jaarlijks 700.000 extra levensjaren op, genoeg voor ongeveer 6 extra levensjaren gemiddeld per Nederlander.

De grootte van het effect verraste de onderzoekers, zegt Guus Velders van het RIVM in Trouw. “Wij dachten eerst nog: zijn deze concentraties niet te extreem? Maar nee, de vuile lucht uit ons model is nu praktijk in India of China.” Dat betekent niet dat we er nu zijn. Ook met de huidige luchtkwaliteit zijn er nog gezondheidseffecten op onze levensduur. “De luchtvervuiling kost ons nog altijd negen tot twaalf maanden van ons leven.”
Dit artikel afdrukken