“Je kunt pas gedegen keuzes maken als je weet wat er nodig is, niet alleen op juridisch vlak, maar ook op ecologisch vlak, om natuur weer gezond te maken,” zegt ecoloog Arnold van den Burg van de Nijmeegse Radboud Universiteit, een van de auteurs van het rapport.
Handreiking
De opstellers zien hun rapport als een dienende handreiking aan het landsbestuur. "Met duidelijkheid over de - wettelijk verplichte - taakstelling voor het behoud van natuurkwaliteit en biodiversiteit kan bestuurders en ondernemers de gewenste zekerheid worden geboden ten aanzien van de (ecologische) effecten van hun te voeren beleid. Hierdoor kan stikstof op termijn uit het juridisch moeras getrokken worden," schrijven Louise Vet, Jan-Willem Erisman en Valentijn Wösten in het Voorwoord van het rapport. Met de vaststelling van ecologische randvoorwaarden is de afweging van belangen tussen natuur en economie te vereenvoudigen. Want zonder gezonde natuur is er geen gezonde bodem, water en lucht. Zonder een gezond ecosysteem is er geen gezonde landbouwgrond, geen bestuiving van gewassen door insecten en geen natuurlijke plaagbestrijding.
De Stikstofwet die minister Carola Schouten onlangs door de Tweede en Eerste Kamer wist te loodsen, gaat niet verder dan reducties met 26% in 2030 en met 50% in 2035. Dat blijkt te weinig om de natuur en biodiversiteit te beschermen, laat staan te herstellen. Ook de €5 miljard die het kabinet de komende jaren ter beschikking stelt voor de 2 pijlers van het stikstofbeleid (terugdringen van de emissies van stikstof en herstelmaatregelen), is zonder deze basismaatregelen weggegooid geld.
Opvallend is de naam van Valentijn Wösten als mede-afzender van het rapport. Hij is geen ecoloog, maar jurist en een van de belangrijke juridische breinen achter het door milieuorganisatie MOB onderuitgehaalde Programma Aanpak Stikstof van de Nederlandse overheid.
Zonder stikstofreductie wordt onbalans nog erger
Het rapport werd opgesteld in opdracht van Wereld Natuur Fonds en Natuurmonumenten om een wetenschappelijke basis onder het stikstofreductiebeleid te leggen. Het stikstofdossier is namelijk een juridisch steekspel. De percentages reductie van de emissies en miljarden die worden uitgegeven voor natuurherstel, zijn niet geborgd door wetenschappelijke inzichten. Wat de natuur in Nederland nodig heeft om zich te herstellen was de facto nog altijd een grote onbekende.
Uit het onderzoek komt geen florissant beeld naar voren. Zonder drastische stikstofreductie hebben maatregelen om de natuur te herstellen in droge gebieden zelfs negatieve bij-effecten. Zo is bijvoorbeeld plaggen van heide een manier om een teveel aan stikstof af te voeren, maar daarmee verdwijnen ook veel andere nutriënten uit een gebied. Blijft de stikstofdepositie te hoog, dan neemt de onbalans alleen maar verder toe.
Eén van de oudste en langstlopende ecologische experimenten ter wereld, het Ossekampen Grassland Experiment dat in 1958 begon, laat dat zien.
In de periode 1950-1990 daalde de diversiteit van plantensoorten in de onderzochte hooilanden scherp, als gevolg van een forse stijging van de stikstofdepositie door toename van landbouw- en verkeersactiviteiten. Vanaf 1990 daalde de stikstofdepositie dankzij verschillende beleidsmaatregelen en herstelde de diversiteit zich langzaam. Maar sinds 2010 daalt de stikstofdepositie niet meer, en stagneert ook het herstel van de botanische diversiteit. "Hoe langer je wacht, hoe meer soorten je kwijtraakt”, zegt de hoogleraar Frank Berendse in Trouw.
Het rapport zal binnenkort door de auteurs overhandigd worden aan minister Schouten en Kamerleden.
In 2019 schoot de Raad van State het Nederlandse stikstofbeleid af. Bouwactiviteiten en vergunningsverstrekking kwamen on hold te staan en de politiek zocht onder hoogspanning naar oplossingen om uit de crisis te komen.
Na een eerste, korte termijn-advies om de crisis aan te pakken, kwam de Commissie-Remkes op 8 juni 2020 met zijn lange termijnadvies: 'Niet alles kan overal'. Onderdeel van het advies is een reductie van de stikstofemissies in 2030 met minimaal 50% en in 2035 met 70%. De regering nam dit advies niet over en beperkte de reductiedoelen. Wel besloot het Rijk miljarden te voteren voor natuurherstel. Het advies van de 11 wetenschappers rekent hard af met die keuze. De facto verklaren ze het als weggegooid geld. Of en hoe de Nederlandse economie en samenleving wel kan blijven varen is door de 11 wetenschappers niet onderzocht, maar vormde wel een overweging bij de keuze van het kabinet.
Op 5 januari krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
#17 Naast zaadvorming speelt ook zaadverspreiding een rol bij de ontwikkeling van biodiversiteit.
Onlangs is onderzocht wat het effect is van lawaai op de ontwikkeling van biodiversiteit
"Long-term noise pollution affects seedling recruitment and community composition, with negative effects persisting after removal"
https://royalsocietypublishing.org/doi/10.1098/rspb.2020.2906
#25 Frank Eric
Lees het artikel. De belangrijkste reden is de sterk verlaagde grondwaterstand wat niet goed is voor blauw grasland. In plaats van die relatie te leggen wordt weer eenzijdig gefocust op stikstof eigenlijk een diskwalificatie van de wetenschap.
#24 NvRooij, kan jij die redenen dan noemen, waarom planten(soorten) het niet zo goed doen cq verdwijnen, in een (cultuur-)natuurlijk ecosysteem? En waarom er andere het dan wel beter doen, cq verschijnen?
Er zijn meerdere redenen in de stikstofsoap waarom bepaalde planten het niet zo goed doen. Dat ligt niet alleen aan stikstof zie dit artikel
#22 Helemaal prima !
U had overigens (ter info) al een C.C. van de vragen die aan dhr. Berendse zijn gesteld ter aanvulling van gegevens. Want het blijkt dat er wél een gelijkgebleven perceel grond is (wisselweide) waarop zij hun conclusies maken, vreemd dat deze dan niet in de data zit.....
Hier alvast een deel van het antwoord:
Waarom is het niet wetenschappelijk en niet (eco)logisch wat deze heren beweren en bewijst het niet wat nog niet eerder bewezen is (uw eerste vraag)........
Dan kun je de vraag stellen: wat is er nodig aan werkelijke N bemesting om tot een daling van pH te komen ?
Hiervoor is perceel 25 uit de data geschikt; sinds 1966 is dit perceel bemest met jaarlijks 160 kg ammoniumnitraat (NH4NO3) ofwel 44 kg zuivere N.
De pH van perceel 25 was in 1963 4.2 (’66 geen meting)
De pH van perceel 25 was in 1970 4.1
Daadwerkelijke bemesting met 160 kg NH4NO3 ( 44 kg N) ofwel 3.141 mol gedurende 4 jaren veroorzaakt 0.1 daling van pH. (tabel)
Dit uiteraard naast de verschaling (‘beheer’) van het perceel door verandering van ‘wisselweide’ naar ‘hooiland’ .
De jaren daaropvolgend is een zelfde patroon te zien met een pH van 4.1 in ’70 en eindigend op 3.6 in 2020.
Er is dus 50 ( ! ) jaar nodig met een WERKELIJKE bemesting van 160 kg NH4NO3 voor een daling van 0,5 pH ofwel 0.1 punt pH daling per 10 jaar met werkelijke N bemesting BOVENOP de veronderstelde (berekende) depositie in al die jaren (gem. 2305,19 mol '66 t/m '17).
Even ter info:
zwak zure grond heeft een range tussen 4.8 & 3.5 (pH-KCL) onveranderde range dus in zelfs 50 jr.
En laat zich raden wat er op perceel 13 voor 'schokkends' heeft voltrokken (4.3 > 4.0) in 60 jr
-----------------------------------------
Is het dan wetenschappelijk om aan een minimale verhoging van veronderstelde (berekende) depositie van bijv. 1037 ('54) naar 1210 ('58) een wijziging in pH van 0.7 toe te kennen ??
In 4 jaar tijd dus wonder depositie !!
want de pH "was" (niet inde data !!) volgens het artikel WUR 5.0 in '54 en volgens de data 4.3 in '59, 5.0 -/-4.3 = 0.7 daling. (Was 5.0 wel 5.0 of is dit dikke duim....)
=========================================================
wordt vervolgt........... als ik de antwoorden en alle namen van de vegetatie heb ontvangen.
want de vegetatie liegt niet, ook al is dat 60-70 jaar geleden
=========================================================