Sijas Akkerman, hoofd voedsel Natuur & Milieu, zegt op Boerderij dat 'de meest gebruikte neonicotinoïden (ofwel neonics) minstens 5.000 tot 10.000 keer giftiger [zouden] zijn voor bijen dan het al lang verboden insecticide DDT'. Het Nederlandse College Toelating Gewasbeschermingsmiddelen (CTGB) moet deze middelen dan ook zo snel mogelijk van de markt halen, vindt Natuur & Milieu.
Vlaanderens grootste natuurvereniging, Natuurpunt, is dezelfde mening toegedaan, maar zoekt het nog een stap hogerop: "het benadrukt de prangende nood aan een krachtdadig Europees beleid tegen dit type superpesticiden", zegt Annelore Nys in De Morgen. Op dit moment is een Europees moratorium op 3 neonics en fipromil van kracht, dat loopt echter eind 2015 ten einde.
In een artikel op EOS wordt uitgelegd hoe de middelen hun werk doen: 'Bijen die aan deze neonicotinoïden worden blootgesteld kunnen onmiddellijk sterven, maar vooral een langdurige, geringe blootstelling is schadelijk: de bijen verliezen hun vliegvermogen, reukzin, weerstand tegen ziektes, geheugen, vruchtbaarheid en gaan daardoor minder foerageren'. Bij andere bestuivers en diersoorten komen 'verminderde reukzin, aantasting van het geheugen, verlies van vruchtbaarheid, verminderde voedselinname, vliegproblemen [voor]. Bijen gaan er minder door foerageren. Regenwormen hun graafgedrag verandert. Zelfs een geringe blootstelling kan schadelijk zijn', weet De Standaard.
De Morgen laat ruimte voor een reactie door Phytofar, de Belgische Associatie van de Industrie van Gewasbeschermingsmiddelen. Die laat horen dat 'het rapport volgens haar onvolledig is'. "Recente studies die aantonen dat er geen link is tussen bijensterfte en een correct gebruik van pesticiden in veldomstandigheden, werden niet meegenomen in het rapport", citeert De Morgen.
Het rapport van de Taskforce verschijnt binnenkort in het wetenschappelijk tijdschrift Environmental Science and Pollution Research.
T.a.v. deze systemische pesticiden: als die internationale groep van experts een gedegen onderzoek naar de schadelijkheid heeft uitgevoerd en zegt dat bepaalde systemische pesticiden schadelijk zijn, dan zal de politiek daar echt wel, op aangeven van EFSA, op reageren. Ik verwacht dat daar eind 2015 een goede beslissing over zal worden genomen.
Een belangrijke discussie is natuurlijk het omgaan met het voorzorgprincipe. Wij mensen, zijn heel erg slecht in het omgaan met onzekerheid. Darom ook is, denk ik, dat voorzorgprincipe ooit in het leven geroepen.
Er is interessant onderzoek gedaan naar de werking van dat voorzorgprincipe. Daarover is in VoedselVeiligheid/VMT een stukje verschenen, nu een jaar geleden, dat ik hieronder weergeef:
"Deelnemers van een werkgroep spreken zich uit over de invloed van het voorzorgsprincipe op het voeden van de huidige en toekomstige generaties Zij keken naar de geschiedenis van het begrip voorzorgsprincipe en gaven een oordeel over dubbelzinnigheid, willekeur, en vooringenomenheid jegens nieuwe technologieën. De aandacht ging vooral uit naar landbouwkundige onderwerpen,
De auteurs stellen dat het voorzorgprincipe een belangrijke rol heeft gespeeld in aandacht krijgen voor passend risicomanagement. Als het voorzorgsprincipe echter te streng wordt toegepast, remt het innovaties ten nadele van zowel de economie als de humane gezondheid.
De deelnemers van de werkgroep, tevens auteurs, geven voorbeelden over het falen van het voorzorgsprincipe in het toepassen van risicomanagement. Zij stellen dat het voorzorgsprincipe in de toekomst zal verdwijnen. Zij beoordelen het uitgangspunt van het voorzorgsprincipe als zeer lovenswaardig, maar stellen dat het is verworden tot een onwerkzaam en contraproductief systeem.
De auteurs propageren absoluut geen roekeloos gedrag, maar vinden dat hun bevindingen uitwijzen dat op velerlei gebieden het voorzorgprincipe meer kwaad dan goed doet. Zij stellen: “het voorzorgsprincipe heeft gefaald als algemene strategie voor risicomanagement”.
De term voorzorgsprincipe gebruikt men ook in Europa vaak ten onrechte voor ‘voorzichtigheid betrachten’. Het principe gaat juist niet over het tegenhouden van veranderingen, maar over hoe te handelen bij wetenschappelijke onzekerheid. Vaak spelen mensen, individueel of georganiseerd, in op latente angsten die bij velen leven en doen dan een beroep op het voorzorgsprincipe. De wetenschap biedt immers geen 100% garanties. "