image Algemene allergiewaarschuwingen dreigen de keuzevrijheid van consumenten met een voedselallergie onnodig te beperken, zo stelt de Gezondheidsraad. ‘Regelgeving over maximaal toelaatbare hoeveelheden allergenen zou een betere optie zijn.’

Dit schrijft de Gezondheidsraad in een advies dat deze week is aangeboden aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. De Gezondheidsraad constateert dat fabrikanten in toenemende mate op verpakkingen aangeven dat hun producten elementen kunnen bevatten die tot allergische reacties kunnen leiden. Dan wordt bijvoorbeeld gemeld dat in dezelfde fabriek ook met noten is gewerkt.

Volgens de instantie beperken deze waarschuwingen de keuzevrijheid en het eetpatroon van consumenten. ‘Onterechte angst voor een allergische reactie kan ertoe leiden dat mensen die denken dat ze een voedselallergie hebben, zich onnodig beperken in hun eetpatroon. En dat kan weer resulteren in een ongezonde voeding, met bijvoorbeeld te weinig vitamines.’

Er is volgens de Gezondheidsraad een omvangrijke groep die denkt aan een allergie te lijden, terwijl dat niet zo is. Het vaker hanteren van een goede diagnostiek zoals een placebo controlled double blind test zou dit aantal aanzienlijk kunnen reduceren, aldus de raad.

De Gezondheidsraad stelt dat het beter zou zijn om maximaal toelaatbare concentraties van allergenen in voedingsmiddelen te bepalen. ‘Dan kan aan de consument duidelijk worden gemaakt bij welke producten een reëel risico bestaat op een allergische reactie en bij welke niet.’

‘Het is aan de overheid, in samenspraak met patiëntenorganisaties, bedrijven, wetenschappers, artsen en diëtisten, om te bepalen welk risico daarbij aanvaardbaar wordt geacht.’


bron: EVMI