Niettemin is het zo gek nog niet, volgens Kamsma's analyse.
Onze gezondheid, volgens de NRC, blijft wel een punt van zorg. Weinig of nauwelijks (van) dieren eten, helpt ons op dat punt nauwelijks vooruit. Kamsma noteert dat als volgt:
Vijf jaar vleesloos. Wat gaat er goed? Het belangrijkste doel is gehaald: Nederland voldoet aan de klimaatafspraken. Weidevogels en insecten komen terug. En ook de wildpopulatie groeit, tot vreugde van verstokte carnivoren die soms ‘roadkill’ eten. Flevoland blijkt met gemak de hele metropool Amsterdam van plantaardige eiwitten te kunnen voorzien. Hart- en vaatziekten, beroertes, diabetes type 2 en darmkanker lijken iets af te nemen.
Toch zijn artsen bezorgd. Vroeger lukte het Nederlanders al niet de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid van 250 gram groente binnen te krijgen. Het bijgestelde advies – driehonderd gram groente, vijftig gram peulvruchten en vijftig gram noten – blijkt volstrekt onhaalbaar. Bakkers zullen vanaf 1 maart vitamine B12 en ijzer toevoegen aan hun brood, zoals er vroeger ‘bakkerszout’ in zat om jodiumtekorten te voorkomen.
Kamsma consulteerde voor haar tekst: Corné van Dooren, Voedingscentrum; Volkert Engelsman, Eosta; Atze Jan van der Goot, Wageningen Universiteit; Floor de Kanter, agrarisch ondernemer; Heleen van Kernebeek, Wageningen Universiteit; Michiel Korthals, voedselfilosoof; Anne Reijnders, De Lekkere Man; Theun Vellinga, Wageningen Universiteit; Jeroen Willemsen, Green Protein Alliance; Henk Westhoek, Planbureau voor de Leefomgeving.
Er stonden nogal wat rare dingen in het NRC artikel:
1. “Vlees, eieren en zuivel moeten worden gegeten binnen vijftig kilometer van de boerderij”.
Dat veronderstelt dat Nederland uit de gemeenschappelijke markt stapt, dat import en export van dierlijk voedsel stoppen en dat zelfs de binnenlandse markt wordt opgesplitst. Is niet reëel.
2. “Grasland dat ongeschikt is voor planten mocht niet voor graasdieren worden gebruikt”.
Is gras dan geen plant? En waarvoor mag grasland dan wel worden gebruikt?
3. “Weidevogels (…) komen terug”.
Ik vrees dat ze juist zullen verdwijnen als we slechts 2,5% van de runderen overhouden, want dan is er amper grasland meer. En zonder grasland geen weidevogels.
4. “De boeren die nog vee hebben, hebben gemengde bedrijven, en opereren kleinschalig, in korte, lokale ketens (…). Er mogen niet meer dieren worden gehouden dan nodig om het afval uit de landbouw en de voedingsindustrie op te eten en arme veengronden te begrazen (…).”
Helaas zijn veengronden alleen geschikt voor grasland, niet voor akkerbouw, dus niet voor gemengde bedrijven.