Een onderzoeksteam onder leiding van psychiater Janina Galler (Harvard Medical School) en psycholoog Paul Costa (Duke University Medical Center, Durham) onderzocht een groep mensen die in hun eerste levensjaar ernstig ondervoed zijn geweest. Het ging om een groep van 77 inwoners van Barbados, die wegens ondervoeding op een leeftijd van gemiddeld 7 maanden in het ziekenhuis waren opgenomen en daarna in een gezondheidsprogramma gevolgd tot de leeftijd van 12 jaar. Nu, op 40-jarige leeftijd, zijn ze getest op persoonlijkheidstrekken en psychische gezondheid. Als controlegroep was een groep van 52 voormalige klas- en leeftijdsgenoten, die nooit ondervoed waren geweest, beschikbaar.

Het onderzoek is gepubliceerd in Journal of Child Psychology and Psychiatry. De ondervraagde proefpersonen uit de ondervoedingsgroep bleken hoger te scoren op angst, stressgevoeligheid, vijandigheid, wantrouwen, boosheid en depressie dan de controlegroep. Ook legde de eerste groep relatief weinig intellectuele nieuwsgierigheid, sociale warmte, coöperatieve instelling, zin om nieuwe dingen uit te proberen en hard aan doelen te werken aan de dag.

De uitkomst is in lijn met eerdere bevindingen naar ondervoeding op jonge leeftijd, en zelfs bij ongeborenen. Zowel bij tieners als bij volwassen zijn persoonlijkheidsstoornissen, schizofrenie en afwijkend (aggressief) gedrag vastgesteld, meldt ScienceNews naar aanleiding van het nu verschenen onderzoek. De focus op volwassenen is nieuw.

Onderzoeksleider Galler benadrukt dat het onderzoek zich richtte op algemene persoonlijkheidskenmerken, niet op persoonlijkheidsstoornissen zoals die door psychiaters vastgesteld worden. De verschillen tussen de ondervoede groep en de controlegroep toonden consistent aan dat de ondervoede groep veel vaker negatief scoorde op persoonlijkheidskenmerken als extraversie en angst dan de controlegroep: zo bleek één derde van de ondervoede proefpersonen hoog op angst te scoren tegen 7 procent van de controlegroep. Deze asymmetrie richting negatieve persoonlijkheidskenmerken bleef ook in stand na correctie op IQ en levensstandaard.

Galler: “We waren zeer verrast door het relatief blijvende effect van de ondervoeding op persoonlijkheidskenmerken." Zij suggereert dat ondervoeding op zeer jonge leeftijd de ontwikkeling of activiteit van de hersenen zodanig beïnvloedt dat dat gevolgen heeft voor de latere persoonlijkheidskenmerken. Of dat te weinig eten op jonge leeftijd indirect de volwassen persoonlijkheid beïnvloedt doordat het jonge kind blootgesteld wordt aan meer stress, onzekerheid en waakzaamheid.

In de Westere wereld focussen we op de gevolgen van een te rijke voeding. Gezien de groei van de wereldbevolking vanuit juist de arme, te weinig gevoede gebieden op aarde, lijkt het in ieders belang te investeren in pyschisch tot samenwerking en onderling vertrouwen bereide mensen door een ieder van goed voedsel te voorzien.

Fotocredits: Mouthful, uitsnede, hongerbestrijdingsprogramma op Haïti, Alex E. Proimos