In Italië staan de grote en de kleine olijfolieproducenten lijnrecht tegenover elkaar. Steen des aanstoots is een nieuw wetsvoorstel ter bescherming van de echte Italiaanse extra vergine olijfolie. De kleine olijfboeren zijn fel tegen.
Bescherming van de echte Italiaanse olijfolie heeft hoge prioriteit. Het is niet alleen één van de meest geprezen Italiaanse producten, maar ook een van de succesvolste exportproducten. Dat maakt de olie ook tot een geliefd doelwit voor fraudeurs en vervalsers. Sinds 3 jaar is in Italië de wet-Mongiello van kracht. Die zorgt er voor dat justitie vergaande onderzoeks- en opsporingsmethoden kan zitten. Betrapte fraudeurs wacht een strafrechtelijke vervolging. Justitie komt daar regelmatig mee in het nieuws, zoals recent bij operatie Mamma Mia en de niet 100% Italiaanse extra vergine olijfolie van 7 grote producenten.
In het nieuwe voorstel wordt de wet-Mongiello omzeild. Commerciële fraude en vervalsing zou dan niet langer een misdaad zijn, maar een administratieve overtreding. In plaats van een strafrechtelijke vervolging zou een boete de strafmaat zijn. De maatregel zou vooral de grote olieproducenten het leven gemakkelijker maken. Stefano Vaccari, van de antifraude-unit van het Ministerie van Landbouw, zegt dat de nieuwe maatregel het hem mogelijk maakt op te treden tegen 'Italiaans-klinkende' producten, met etiketten waarop staat dat ze Italiaans zijn terwijl ze een andere oorsprong hebben. "Als een etiket Italië suggereert, maar de olie is niet Italiaans, kan ik er nu in ieder geval een boete tegenaan gooien. Het is een stap voorwaarts, geen decriminalisering", aldus Vaccari.
David Granieri, voorzitter van de olijfolieproducentenkoepel Unaprol ziet in die aanpak juist een bedreiging. In Europa kan iemand niet 2 keer voor dezelfde overtreding bestraft worden, in een straf- en in een administratieve rechtszaak. Om het probleem te illustreren, verwijst hij naar de recente operatie Mamma Mia: "Stel je voor dat een €13 miljoen fraude afgekocht zou kunnen worden door een boete van €9.500 te betalen." Hij, en met hem vele lokaal werkende olijfolieboeren, zien het voorstel juist als een afzwakking van de bestaande beschermingsmaatregelen, die nu net vruchten beginnen af te werpen.
Bron: New York Times
Bescherming van de echte Italiaanse olijfolie heeft hoge prioriteit. Het is niet alleen één van de meest geprezen Italiaanse producten, maar ook een van de succesvolste exportproducten. Dat maakt de olie ook tot een geliefd doelwit voor fraudeurs en vervalsers. Sinds 3 jaar is in Italië de wet-Mongiello van kracht. Die zorgt er voor dat justitie vergaande onderzoeks- en opsporingsmethoden kan zitten. Betrapte fraudeurs wacht een strafrechtelijke vervolging. Justitie komt daar regelmatig mee in het nieuws, zoals recent bij operatie Mamma Mia en de niet 100% Italiaanse extra vergine olijfolie van 7 grote producenten.
In het nieuwe voorstel wordt de wet-Mongiello omzeild. Commerciële fraude en vervalsing zou dan niet langer een misdaad zijn, maar een administratieve overtreding. In plaats van een strafrechtelijke vervolging zou een boete de strafmaat zijn. De maatregel zou vooral de grote olieproducenten het leven gemakkelijker maken. Stefano Vaccari, van de antifraude-unit van het Ministerie van Landbouw, zegt dat de nieuwe maatregel het hem mogelijk maakt op te treden tegen 'Italiaans-klinkende' producten, met etiketten waarop staat dat ze Italiaans zijn terwijl ze een andere oorsprong hebben. "Als een etiket Italië suggereert, maar de olie is niet Italiaans, kan ik er nu in ieder geval een boete tegenaan gooien. Het is een stap voorwaarts, geen decriminalisering", aldus Vaccari.
David Granieri, voorzitter van de olijfolieproducentenkoepel Unaprol ziet in die aanpak juist een bedreiging. In Europa kan iemand niet 2 keer voor dezelfde overtreding bestraft worden, in een straf- en in een administratieve rechtszaak. Om het probleem te illustreren, verwijst hij naar de recente operatie Mamma Mia: "Stel je voor dat een €13 miljoen fraude afgekocht zou kunnen worden door een boete van €9.500 te betalen." Hij, en met hem vele lokaal werkende olijfolieboeren, zien het voorstel juist als een afzwakking van de bestaande beschermingsmaatregelen, die nu net vruchten beginnen af te werpen.
IJsbrand #9.1, ben zeer benieuwd naar jullie onderzoek!
Welke informatie vinden jullie dat er op dit (verse) product zou moeten staan?
Wij verbruiken met z'n tweeën ca. 40 liter extra vierge olijfolie per jaar, verdeeld over ca. 700 maaltijden. Alleen bakken doen we in geraffineerde olie. Die 450 kcal pppd is een belangrijk deel van onze dagelijkse calorieën inname. Na het lezen van testen die in Frankrijk en Duitsland werden uitgevoerd, en het lezen van het boek "The Sublime and Scandalous World of Olive Oil
by Tom Mueller (2012)", koop ik (nog) geen olijfolie in de supermarkt. Op de Griekse olie (5 liter jerrycans) die wij nu gebruiken staat:
Acidity 0,8 max.
Peroxide value 20 mEq max.
Wax content 250 ppm max
UV absorption
K270 0,20 max.
K232 2,50 max.
delta-K 0,01 max.
Verder is de smaak scherp, bitter en groen zoals het volgens het boekje behoort te zijn: “gentleness” or mildness is a frequent attribute of low-quality oil, and pepperiness is one of the three official positive attributes, together with bitterness and fruitiness, identified in the legal definition of extra virginity."
Ik krijg het gevoel dat het echte extra vierge olijfolie betreft, waar alle nutrienten nog in aanwezig zijn; temeer daar hij anders is dan de dunnere minder groene weinig pittige merk olie uit de supermarkt.