Het rapport laat zien dat de uitgaven aan zorg tussen 2000 en 2009 gemiddeld over de hele EU 4,6 procent per jaar stegen. In 2010 is sprake van een daling van 0,6 procent. In het rapport wordt de link gelegd met de bezuiningsmaatregelen die door regeringen in heel Europa getroffen worden om de financiële crisis van 2008 het hoofd te bieden. In 2010 gaven de EU-lidstaten gemiddeld 9,0 procent van hun BNP uit aan gezondheidszorg. In 2000 was dat 7,3 procent maar in 2009 was het opgelopen naar 9,2 procent.

Binnen de EU geeft Nederland het meest uit aan zijn gezondheidszorg. In 2010 besteedden we 12 procent van ons BNP aan gezondheidszorg. Frankrijk en Duitsland volgen ons op de voet, met ieder 11,6 procent. Roemenië en Turkije sluiten de rij met 6 procent. De rondbuikige Verenigde Staten besteedt 17,6 procent van het BNP aan gezondheidszorg.

In een lezenswaardige analyse van het OECD-rapport licht Reuters de dreiging van de toenemende kosten uit hoofde van obesitas binnen de EU uit. Volgens de OECD is inmiddels 52 procent van alle volwassenen in de EU te zwaar of obees. Het rapport stelt: 'Obesitas is een erkende risicofactor voor talrijke gezondheidsproblemen, waaronder hoge bloeddruk, hoge cholesterol, diabetes, hart- en vaatziekten, ademhalingsproblemen (asthma), spier- en botaandoeningen (arthritis) en sommige vormen van kanker. Sterfte neemt sterk zodra mensen te zwaar worden (Sassi, 2010). Omdat obesitas verband houdt met hogere risico's op chronische ziekten, brengt het aanzienlijke extra gezondheidszorgkosten met zich mee.'

Als oorzaken voor de gewichtstoename noemt het rapport het inmiddels overal beschikbare 'energierijk voedsel' en de duidelijk verminderde fysieke activiteit van mensen. In Europa heeft dat er in geresulteerd dat in 18 van de 27 lidstaten meer dan 50 procent van de volwassenen te zwaar of obees is. Het land met het laagste percentage obese inwoners is Roemenië (8 procent, Zwitserland zit ook op dat percentage), de meeste obese inwoners wonen in Hongarije en het Verenigd Koninkrijk - zij tellen meer dan 25 procent obese inwoners (met een slag om de arm voor de vergelijkbaarheid van de meetgegevens). Gemiddeld hebben de EU-landen 17 procent obese inwoners. Dit percentage is de afgelopen twintig jaar verdubbeld.

Obesitas komt in alle bevolkingslagen en groepen voor. Mensen uit lagere inkomens- en opleidingsgroepen zijn vaker obees, en vrouwen wat vaker dan mannen.

Over het algemeen is de gezondheidsstatus van de inwoners van de EU de afgelopen dertig jaar drastisch verbeterd. De gemiddelde levensduur nam tussen 1980 en 2010 met 6 jaar toe. Vrouwen in de EU worden nu gemiddeld 81,7 jaar oud, mannen 75,3. Vooral de betere toegang tot en kwaliteit van de gezondheidszorg hebben daar aan bijgedragen. In het voorwoord bij het rapport schrijven Yves Leterme, de OECD Deputy Secretaris-Generaal, en Paola Testori Coggi, hoofd van het Directoraat Gezondheid van de Europese Commissie dan ook als waarschuwing aan de EU-regeringen:

"If the report does not yet show any worsening health outcomes due to the crisis, there is no cause for complacency - it takes time for poor social conditions or poor quality care to take its toll from people's health".

De boodschap is duidelijk: het moet uit de lengte of uit de breedte komen. Tot op heden dweilen we met de kraan open en geven we onze zorgkosten uit nadat de welvaartsziekten zijn opgetreden. Wellicht zijn dergelijke cijfers een aansporing om te komen tot het besteden van zorgkosten via een - volgens vele experts - goedkopere methode: preventie, het voorkomen van welvaartsziekten, zodat we gezond en gelukkig zoenend oud kunnen worden.

Fotocredits: Sweethearts, adwriter