De moderne geschiedenis van de mens staat bol van de demografische transities die gekenmerkt worden door drastische veranderingen in sterfte en kindertal. Door de variatie in die twee 'fitness'-componenten te beïnvloeden, kunnen demografische transities gevolgen hebben voor de natuurlijke selectie op andere eigenschappen, zoals lichaamskenmerken (lengte, BMI). In een analyse van een unieke database waar al deze gegevens in voorkwamen, zijn de evolutionaire gevolgen van een demografische transitie in kaart gebracht.

Het Britse Medical Research Council (MRC) zette in 1974 twee klinieken op in dorpen in Gambia. Bewoners konden daar voortaan gratis medische zorg krijgen. Dankzij de betere zorg, betere voedinde betere infrastructuur en toegang tot anticonceptiva leefden de bewoners langer en kregen zij minder kinderen. In een heel korte tijd maakte het district de demografische transitie door die past bij de overgang naar een moderne, geïndustrialiseerde samenleving. Dat leidde ook tot een opvallende verandering in de natuurlijke selectie-criteria, blijkt uit een in Current Biology gepubliceerd onderzoek.

De onderzoekers, onder leiding van Ian Rickard van de Universiteit van Durham, concludeerden dat voor de komst van de klinieken kortere en dikkere vrouwen de grootste relatieve 'fitness' hadden - gemeten naar het aantal nakomelingen. Rickard c.s. analyseerden de geboorte- en sterftegegevens van de dorpsbewoners zoals die als sinds 1955 door de MRC geregistreerd waren, net als data over gezondheid, lengte en gewicht. Ze tonen aan dat sinds de opening van de klinieken in 1974 de variatie in 'fitness' teruggelopen is. Dat zou inhouden dat de werking van natuurlijke selectie verminderd is: “als iedereen even oud wordt en evenveel kinderen krijgt, is er geen potentieel voor evolutionaire verandering”, zegt Rickard in The Scientist.

Maar, zeggen de onderzoekers, de terugloop in variatie blijkt samen te hangen met twee onderliggende trends die elkaar opheffen. Sinds 1974 daalt het sterftecijfer, maar stijgt het vruchtbaarheidscijfer. De dorpsbewoners leven nu allemaal ongeveer even lang, maar ze verschillen in hoeveel kinderen ze krijgen. Daar blijkt de selectiedruk te verschuiven: waren het eerst de korte, zware vrouwen die de meeste kinderen kregen, nu zijn het de dunnere en langere. Omdat lengte en gewicht in hoge mate erfelijk bepaald zijn, moet deze omgekeerde selectiedruk uiteindelijk tot generaties langere en dunnere Gambiaanse vrouwen leiden, stellen de onderzoekers.

De onderzoekers zien hun bevindingen als bewijs tegen de gedachte dat de moderne mens als gevolg van industrialisatie en medische vooruitgang niet meer evolueert. Weliswaar hebben ze geen veranderingen in genen gevonden, maar hun bevindingen illustreren dat natuurlijke selectie nog altijd lijkt voort te bestaan in moderne samenleving.

Andere onderzoeken die in die richting wijzen zijn uitgevoerd in de VS, Italië en Zweden: de variabiliteit in vruchtbaarheid stijgt, zelfs als de variabiliteit in fitness (het aantal nakomelingen) daalt. Dat zou betekenen dat er sprake blijft van selectiedruk en evolutionaire verandering. Het lijkt er bovendien op dat waar ooit klein en stevig de beste evolutionaire kansen had, de moderne natuur kiest voor lang en slank. Het moderne leven benadeelt immers de vruchtbaarheid van dikke mensen.

Fotocredits: 'Weekly Clinic', Gambia, mknobil