Mensen moeten tryptofaan via hun eten binnenkrijgen, het lichaam kan het niet zelf maken. Gelukkig zijn er vele bronnen: vis, sojaproducten, eieren en spinazie. Andere leveranciers van relatief veel tryptofaan zijn haver, bananen, gedroogde pruimen, melk, tonijn, kaas, brood, gevogelte, pinda's, pompoenpitten, sesamzaad, amandelen, linzen en chocolade.
Het onderzoek was eenvoudig van opzet: twee groepen proefpersonen kregen sinaasappelsap te drinken. Een groep verrijkt met tryptofaan, en de andere groep zonder. Daarna speelden beide groepen het zogenoemde 'trustgame': hierbij kreeg een proefpersoon 5 euro te verdelen, waarbij hij zelf mocht bepalen hoeveel cent hij per ronde weggeeft aan een ander. Afhankelijk van hoeveel geld de ander teruggeeft, krijgt de eerste proefpersoon er extra geld erbij. De proefpersonen uit de tryptofaangroep bleken significant meer geld weg te geven, een indicatie dat zij meer vertrouwen hadden in de ander dan de proefpersonen die het zonder tryptofaan moesten stellen.
Colzato zegt in het nieuwsbericht van de Leidse universiteit: "Dit resultaat ondersteunt het idee dat we zijn wat we eten: ons voedsel heeft invloed op onze gemoedstoestand. Voedingsmiddelen zouden dus kunnen werken als een zogenoemde cognitive enhancer, die invloed heeft op de manier waarop iemand denkt en de fysieke en sociale wereld waarneemt. In het bijzonder kan de inname van tryptofaan op een goedkope, efficiënte en gezonde manier wederzijds vertrouwen en daarmee samenwerking tussen personen bevorderen."
De universiteit maakte een filmpje van de motieven voor het onderzoek, de opzet en de resultaten ervan:
Fotocredits: Confiance, uitsnede, Brice Favre
Precies 10 jaar geleden had de groep van Koolhaas (RUG) een promotie in behavioural neurobiology, daar bleek tryptofaan in het voer het veren pikken bij kippen te kunnen verminderen. Ik weet niet of deze link nog werkt.