Het blad heeft een hoog 'Yes we can!'-gehalte en het verbaast dan ook niet dat een van de koppen luidt: "Suburban pig - yes you can!" Als je weet waar je op moet letten, is een tuinvarken voor iedere buitenstedeling binnen handbereik (registratienummmer aanvragen, stevig hok bouwen, het voer goed opbergen). Er staat ook een handleiding in hoe je van je eigen varkentje je eigen ham maakt. Zelfvoorzienend zijn hoeft weinig tijd en weinig moeite te kosten en je maakt zo een lange neus naar supermarkt en voedselindustrie. En wat is een mooiere ervaring dan de geur van eigen gebakken brood die door je huis trekt?
Bijvoorbeeld met je eigen geproduceerde spam. Volgens recept van Paul Peacock: doe 500 gram blokjes varkensvlees met 250 gram broodkruim, 2 theelepels zout, een beetje nootmuskaat en 25 milliliter water in een foodprocessor en hak het fijn. Pers het in een kom, sluit die af en kook 90 minuten in borrelend water. Koel af en je hebt iets wat beter, goedkoper, steviger, zoutarmer, minder vervuilend en beter te snijden is dan Spam uit blik.
Maar je eigen spam maken is geen idealisme, dat is sport.
De romantiek van ‘Urban Farming’
Deze foto geeft aan hoe het gemiddelde varkenskot er in de bebouwde kom in West (Zeeuws) Vlaanderen uit zag. Dit varkenskot in Hoofdplaat werd gebruikt tot begin jaren ’90.
Zeker geen weitje of modderpoel, en dat kon ook niet. Het varken moest vet worden, omdat spek en vooral vet noodzakelijke ingrediënten waren in de keuken voor bakken en braden. Denk maar reuzel. Vet werd zelfs, langer houdbaar, geweckt, maar ook tijdelijk gebruikt om voeding af te ‘sealen’. Oliebollen heten in West Zeeuws-Vlaanderen ‘reuzels’, omdat ze in pan reuzel gebakken werden.
Wat ik me bij ‘urban farming’ van dieren in een stedelijke omgeving moet voorstellen, zal wel een mix van pseudo-biologisch diervriendelijk vertroetelen zijn en misplaatst groen kinderboerderijdenken……