De week daarvoor maakte ik me druk over het onrecht dat daardoor mogelijk ontstaat voor tientallen vleesverwerkende bedrijven. Tegelijk maken we ons druk over het herstel van de bodem waar plantjes uit moeten kunnen blijven groeien om ons te voeden, maar vergeten we dat we met zoveel zijn dat we de bodem wel kunnen herstellen maar niet voor iedereen. Kort daarvoor viel hier een indrukwekkend en beangstigend stuk te lezen: alle moderne landbouw kost zoveel energie dat het niet uit kan.
We maakten ons hier razend druk over suiker, terwijl de uitdaging is anders te gaan eten. Eergisteren kwam het nieuwe VN klimaatrapport uit, waaruit moet blijken dat we ten onder gaan als we niet heel snel onze uitstoot en dus ons leven veranderen. Dat gaan we niet doen. Dat maakte werkgeversvoorzitter Bernard Wientjes afgelopen zondag in Buitenhof duidelijk. We gaan veilig en duurzaam schaliegas winnen, ook al komt daar een berg chemicaliën en een zoetwaterverspilling bij kijken waar de NASA en VN mensen hun hoofd bij schudden. En ik, ik maakte me drie dagen druk om uit te vinden of Joustra's vleesonveiligheidsrapport geen cover-up is voor bestuurlijk overheidsfalen.
Dagelijks gaan we op in de waan die altijd meeslepend is. Het raast maar door en alles is even spannend. Maar eigenlijk is het vermaak, tijdverdrijf om tegen elkaar te kunnen praten. Steeds meer krijg ik dat Ti Ta Tovenaar gevoel: laten we de boel eens stop zetten en kijken wat echt belangrijk is.
Wat doet ertoe? En hoe kunnen we dat beter verslaan, volgen en er een samenhangend beeld over opbouwen?
Fotocredits: Ti Ta Tovenaar, Televisietijd
Hier toch een aardige analyse van Klaas van Egmond die verder aan het denken zet. Voor wie even drie kwartier kan missen ...
Van Egmond bouwt voort op het gedachtegoed van Joseph Tainter. Tainter stelt dat beschaving het vermogen van een samenleving is om problemen op te lossen, dat probleemoplossing gepaard gaat met toenemende complexiteit en dat toenemende complexiteit steeds meer energie vraagt en een afnemende meeropbrengst kent (en op termijn dus niet houdbaar is).
Van Egmond stelt zich vervolgens de vraag: welke problemen wil de samenleving eigenlijk oplossen? En dan blijkt dat onze maatschappelijke probleemdefinities sterk waardebepaald zijn, en dat de dominantie van bepaalde waarden in de loop der tijd verschuift. Een deel van de oplossing schuilt dan ook in het verbinden van waarden, aldus van Egmond. Dat verschilt volgens mij niet zoveel van de intentie van Foodlog, maar van Egmond reikt een interessante kapstok aan...