Drie en een halve week borstvoeding
Gemiddeld krijgen Franse baby's drie en een halve week uitsluitend borstvoeding. De gemiddelde duur van 'gemengde' voeding, borst en fles, is 15 weken. Na 3 maanden krijgt nog 39% van de Franse baby's de borst. Na 6 maanden nog maar een kwart.
Gebruik aan begeleiding
Deze getallen horen bij de laagste van Europa. "De landen die wetenschappelijk vastgestelde borstvoedingscijfers publiceren, komen op een duur van 3 tot 12 maanden", zegt Benoît Salavane, auteur van het onderzoek. Hij wijst erop dat de aantallen borstgevoede baby's vooral in de eerste 4 weken sterk afnemen, daarna is de daling geleidelijker tot aan de leeftijd van 6 maanden. Meestal stoppen de moeders doordat het borstvoeden pijn doet, ze bang zijn onvoldoende melk te hebben of te moe zijn. Dat ze weer gaan werken is niet de reden om met het borstvoeden te stoppen, blijkt uit het onderzoek.
Dat brengt Aurélie Serry, voorzitter van de Coordination française pour l'allaitement maternel er toe te pleiten voor een specifieke opleiding voor kinderartsen, verloskundigen en huisartsen 'in een land waar de cultuur van het borstvoeden verloren is gegaan'. Ook zou er tijdens de zwangerschap meer aandacht besteed moeten worden aan de voorbereiding op borstvoeden - waarbij de vaders niet vergeten mogen worden.
De onderzoeksresultaten zijn verschenen in het Bulletin épidémiologique hebdomadaire (BEH).
Fotocredits: Raphael Goetter
Frankrijk zit inderdaad erg laag, maar Nederland en België doen het niet veel beter. Scandinavische baby's treffen het beter, daar krijgt met 6 maanden nog een even hoog percentage borstvoeding als er in onze landen aan mag beginnen. En dan ligt niet alleen aan het veel beter geregelde verlof voor ouders (vaders en moeders!). In die landen voert de overheid een actief stimulerend en faciliterend beleid en de Scandinavische versie van feminisme ziet moederschap en borstvoeding niet als beperkingen voor de emancipatie. Scandinavische moeders zijn geen supervrouwen en Nederlandse en Belgische (en Franse) moeders zijn geen doetjes. Het beeld in de maatschappij, de houding van de overheid en het schrijnende gebrek aan kennis en attitude in de zorg zijn de grote boosdoeners. Hier wordt borstvoeding bijna agressief gepromoot, is er geen geld voor een borstvoeding beschermend en promotend beleid en na de agressieve tactieken om vrouwen aan het borstvoeden te krijgen geeft het overgrote deel van de zorgverleners niet thuis als eer problemen of vragen zijn. Zelfs zonder voorgaande problemen weten veel zorgverleners een goed lopende borstvoeding door inaccurate advisering om zeep te helpen. Het overgrote deel van falende borstvoeding is iatrogeen en kan worden gerekend onder de noemer medische misser.