Elk jaar sterven in Europa zo'n 25.000 mensen aan een infectie waartegen antibiotica niet meer werken. Diverse experts waarschuwen dat antibioticaresistentie wel eens tot de grootste gezondheidscrisis van deze eeuw zou kunnen leiden. Operaties worden onmogelijk omdat het infectiegevaar te groot wordt en ziekten als tbc zijn niet meer te behandelen.

Stilstand farmaceutische industrie
Nieuwe, krachtige antibiotica zouden dit tij moeten kunnen keren. Maar de farmaceutische industrie staat niet te springen om grote investering te doen in medicijnen die alleen als laatste redmiddel inzetbaar zijn. Het is bovendien niet zonneklaar dat nieuwe antibiotica dé oplossing zijn. "De relatie tussen antibioticagebruik en de ontwikkeling en verspreiding van multi-resistente bacteriën is niet één op één", zegt microbioloog Herman Goossens (Universiteit Antwerpen) in Knack Magazine (via Blendle). "We weten te weinig over resistentievorming om betrouwbare voorspellingen te kunnen doen."

Wellicht biedt een al uit 1919 stammend alternatief uitkomst: de bacteriofaag. Fagen zijn de natuurlijke vijanden van bacteriën. Ze dringen bacteriën binnen zoals virussen dat doen bij onze lichaamscellen, en zijn in staat hun gastheer te vernietigen, ongeacht hun resistentie tegen antibiotica. In het Militair Hospitaal in Neder-Over-Heembeek wordt de faagtherapie onderzocht. Klein probleempje: de huidige medische regelgeving voorziet er niet in, dus mag de 'experimentele therapie' alleen gebruikt worden bij patiënten bij wie de erkende medicijnen geen soelaas bieden.

Faagcocktails zijn nodig omdat bacteriofagen specifiek te werk gaan en nooit alle stammen van een bacterie aanpakken - in tegenstelling tot antibiotica die breed werken
'Faagcocktails'
Jean-Paul Pirnay, hoofd van het brandwondencentrum van het Militair Hospitaal, experimenteert met 'faagcocktails', mengsels van verschillende types bacteriofagen. De faagcocktails worden afgestemd op de bacteriën die aangetroffen worden in een geïnfecteerde patiënt. De cocktails zijn nodig omdat bacteriofagen specifiek te werk gaan en nooit alle stammen van een bacterie aanpakken - in tegenstelling tot antibiotica die breed werken. Pirnay voorziet dat commerciële cocktails die overal hetzelfde zijn, waarschijnlijk niet altijd even effectief zullen blijken. Dus pleit hij voor een "doordachte toepassing van een klein aantal specifieke fagen die vooraf hun activiteit tegen de ziekmakende bacteriën hebben aangetoond." Pirnays collega Gilbert Verbeken vult dat als volgt in: "Wereldwijd hebben we grote “faagbanken” nodig waarin per bacteriesoort en -stam monsters van fagen liggen opgeslagen. Een beetje zoals de bloedbanken, die zo veel mogelijk soorten plasma bijhouden zodat er altijd een match is met de patiënt."

In een omgeving met fagen en bacteriën zullen altijd nieuwe faagtypes opstaan, waaronder altijd enkele die bacteriën kunnen doden die resistent zijn tegen andere fagen. Waarom zouden we dat krachtige wapen dat de evolutie ons biedt dan niet gebruiken?
Krachtig wapen dat de evolutie ons biedt
Omdat fagen levende organismen zijn, kunnen ze zich, in tegenstelling tot antibiotica, aanpassen aan een bepaalde omgeving. "In een omgeving met fagen en bacteriën, bijvoorbeeld het spoelwater van een wond, zullen altijd nieuwe faagtypes opstaan", zegt Pirnay. "Daaronder zullen er zich altijd enkele bevinden die bacteriën kunnen doden die resistent zijn tegen andere fagen. Waarom zouden we dat krachtige wapen dat de evolutie ons biedt dan niet gebruiken?"

Voor de farmaceutische industrie en commerciële toepassingen zijn het juist die kenmerken die bacteriofagen minder interessant maken voor verdere ontwikkeling. Levende organismen zijn niet patenteerbaar en de patiëntgebonden specifieke toepassingen beperken grootschalige productie. Bovendien vallen bacteriofagen in Europa onder dezelfde strenge regels als vaccins, waardoor de ontwikkelingsmogelijkheden beperkt zijn.

Strenge regels omzeilen
Beide experts denken daarom dat de faagtherapie opgepakt zou moeten worden door de publieke sector. "We hopen dat de faagtherapie dezelfde kant opgaat als de stoelgangtransplantatie, die intussen al goed is ingeburgerd", zegt Pirnay. "Ook dat was een experimentele behandeling, maar ziekenhuizen hebben nooit aan de regelgevende instanties gevraagd of en hoe ze ermee aan de slag konden gaan. En nu zien we dat de Hoge Gezondheidsraad (het Belgische wetenschappelijke adviesorgaan voor de volksgezondheid, red.) realistische richtlijnen heeft gepubliceerd die afwijken van de strikte eisen, en dat hij zelfs voor “stoelgangbanken” pleit. Dat moet ook mogelijk zijn voor de faagtherapie."