Op basis van gedurende 25 jaar lang verzamelde gegevens probeerden Australische onderzoekers de genetische oorzaken voor obesitas en diabetes bloot te leggen. Ze maakten hun bevindingen begin deze maand wereldkundig in PLOS ONE. Ze concludeerden dat een groot aantal beperkt voorkomende genetische variaties zorgt voor grote, maar onderling zeer verschillende effecten in de ontwikkeling van type 2 diabetes.

Omdat kleine variaties voor zulke grote verschillen tussen mensen zorgen, moeten we volgens de onderzoekers de gedachte uit ons hoofd zetten dat er ooit één pil, type behandelwijze of wijze van preventie voor obesitas of diabetes zal kunnen worden ontwikkeld. "We zien dat er heel veel verschillende manieren zijn waarop het systeem de mist in kan gaan, met meer verschillen dan overeenkomsten", zegt een van de betrokken onderzoekers in AFN.

Daarnaast leven wij in een obesogene omgeving, waar een genetische aanleg met meer 'hongergenen' gemakkelijk ontspoort. We hoeven immers niet meer op jacht voor we kunnen eten, het opendoen van de ijskast is al voldoende. En mocht die ijskast leeg zijn, dan struikel je buiten de deur over de eet- en snackmogelijkheden. In de natuur is het hebben van hongergenen een voordeel. In onze van eten verzadigde leefomgeving is dat genetisch voordeel een nadeel geworden.