Er ligt een enorme opgave voor de melkveehouderij om broeikasgassen te reduceren. De koe staat terecht voor het klimaattribunaal omdat haar bestaan zou leiden tot uitstoot van CO2, lachgas en methaan (omgerekend naar zogeheten CO2 equivalenten). Om haar vrij te pleiten werkt de sector aan manieren om die te reduceren. Diverse melkfabrieken betalen hun leden dan ook extra geld om te zorgen voor forse reducties in 2030. Volgens Harm Rijneveld is het werkelijke resultaat gebakken (CO2)-lucht.