Volgens Le Figaro heeft die sympathie tot 4 oorzaken.
1. Boeren zijn harde werkers
Boeren hebben een positief imago. Volgens de Fransen zijn het serieuze, harde werkers met geen gemakkelijk bestaan. Ze hebben geen vakantie, maken lange dagen, kennen fysiek inspannende arbeid, zijn bovendien eerlijk en verbrassen hun inkomsten niet.
2. Boeren horen bij het gemeenschappelijk belang
2. De boeren protesteren voor zaken die geen algemene verontwaardiging oproepen. Ze eisen geen privileges, verdedigen geen verworven sociale rechten maar strijden voor het overleven van hun beroep. "Fransen vergeten niet dat de boer de bevolking laat eten. Ze hechten aan de kwaliteit van Franse producten, maar ook aan de schoonheid van het Franse platteland, die er zonder boeren niet meer zouden zijn", aldus een boerenvertegenwoordiger. Een boer werkt voor het gemeenschappelijk belang.
3. Boeren zijn onderdeel van de nationale identiteit
Franse boeren maken deel uit van de Franse historie en cultuur. Bijna iedere Fransman heeft wel een boer in de familie, waardoor boeren een deel van de nationale identiteit belichamen. Fransen die zich verdedigen tegen van boven (en buiten) opgelegde regelgeving verdienen daarmee in principe al steun.
4. Rechts kan er de straat mee op
Met name de Républicains (93%) blijken de boeren te steunen. Daarna komen stemmers op het Front National (87%), de Franse variant van de PVV. Volgens le Figaro heeft 'rechts geen ideologie om mee de straat op te gaan'. Daarom zouden rechtse stemmers zich herkennen in de Franse boer en hem diens acties nog meer dan andere Fransen vergeven.
Fotocredits: Protesterende boeren bij Clermont-Ferrand, JeannotBj
Wat de betrekkingen stedeling-boerenbevolking betreft: de absolute kampioen in die onderlinge verwevenheid zijn de Oostenrijkers. In de zomermaanden trekt heel Wenen en masse naar zijn Tiroler, Salzburger of Stiermarker achterbergland met zijn oude hoeven en hooischuurtjes her en der nog in prima staat, en de Milkakoeien en Pinzgauers nog springlevend ( niet achter prikkeldraad, maar achter fraaie hekwerken van inelkaar gevlochten dennenstaken, gesubsidieerd??) , maar het mooiste is nog wel: al die stadse Weners verkleden zich daar als boer (in Lederhose) en boerin (in Dirndl), niet elke dag, maar wel bij allerlei dorpse festiviteiten en hoempapa gebeurens ( waarbij vaak ook die versierde en zwaar bebelde koebeesten). Sympathiek! Er zijn weinig Wienerinnen die niet zo'n Dirndl geval in de kast hebben hangen (van de piepjonge generatie weet ik dat niet, zou kunnen dat die ervoor passen)