De 'supergarnaal' moet sneller groeien, beter bestand zijn tegen ziekten en ook nog eens lekkerder smaken dan gewone tijgergarnalen. Bovendien moet de garnaal een hoog gehalte aan omega-3 vetzuren bevatten en mooi roze worden tijdens het bereiden. Dat is duizenden jaren van evolutie niet gelukt. Toegepaste wetenschap moet daar niet alleen verandering, maar ook versnelling in brengen.
Versnellen evolutie
"We versnellen de natuurlijke selectie zodanig dat we een garnaal krijgen die zo snel groeit als maar kan", zegt onderzoeksleider Dean Jerry van de James Cook University in Townsville. Chris Mitchell, directeur van Seafarms, vult aan: "Mensen hebben dit met kippen gedaan, met koeien en met schapen. Het is geen tovenarij. We passen hele goede wetenschappelijke principes heel strikt toe."
Garnalen kweken is niet eenvoudig. Van alle wereldwijd gekweekte vis en schaaldieren gaat 40% door ziekten verloren. Daar hoopt Seafarms ook een einde aan te kunnen maken. De eerste supergarnalen zouden eind 2018 op de markt kunnen komen; uiteindelijk wil Seafarms 162.000 ton garnalen per jaar produceren. Dat is vier keer de Australische garnalenconsumptie. Het project heeft $1,5 miljard aan funding nodig. Volgens Bloomberg (zie de video) laat het bedrag enorme ambitie zien.
Klopt, Henric, met louter gebruik van genomics hoeven ze misschien geen GM toe te passen. Maar om dat nou "versnelling van natuurlijke selectie"te noemen vind ik nogal misleidend. Alsof het slechts een kwestie van tijd is voordat de natuur zal zelf zulke supergarnalen zal opleveren. Dat is erg onwaarschijnlijk.
Darwin maakt in het begin van "On the Origin of Species" direct onderscheid tussen "natural selection" en "selection under domestication".