Boerderij vat hun tekst samen. De integrale tekst van Veerman, Wijffels et al. is te vinden op de website van CLM.
Het is even geleden dat ik tijd kon vinden hier te reageren, al zie ik dat er weinig meer bijgekomen is onlangs. Bij de laatste posts van Wouter en Liesbeth moet ik overigens ook steeds denken aan uitspraken van de directeur van de Schothorst (die er cijfers onder heeft liggen). De opbrengst verhogen van tarwe brengt meer eiwit in het laadje dan hier in Nederland soja gaan verbouwen.
Met gras voor koeien geldt iets soortgelijks denk ik. De gehaltes aan ruw -en benutbaar eiwit zijn flink gedaald in de afgelopen tien jaar, vooral als gevolg van een scherpere gebruiksnorm voor gras (lees: hoeveel mest er op een hectare mag) en de hogere prijs van kunstmeststikstof. Die kan de boer op zich misschien wel betalen maar hij heeft eerst vaak mest (en stikstof) afgevoerd wat ook geld kostte. Daarna is die kilo stikstof terugkopen via kunstmest eigenlijk niet rendabel. Terugkopen in de vorm van eiwitrijk veevoer is efficiënter en bovendien kun je het dan gericht aankopen nadat het rantsoen geoptimaliseerd is.
We stappen wel eens wat makkelijk over deze zaken heen voordat we de grote oplossingen bepleiten.
Grondgebonden dus, in mijn beleving juist meenemen in het beleid voor vergunningen. Er zijn talloze voorbeelden waarin dat al gedaan is, bijvoorbeeld in de AMvB Landbouw (nu opgegaan in het Activiteitenbesluit) waarmee een melkveehouder milieuvergunningvrij 200 koeien met bijbehorend jongvee mocht houden. Uiteraard wel een bouwvergunning en een melding aan de gemeente.
Twee dingen zijn er veranderd, naast de samenvoeging van beleid in Activiteitenbesluit. Allereerst bestaat de milieuvergunning niet meer, is de omgevingsvergunning geworden. En op veel plekken in NL is de zgn NB-wet nodig bij uitbreiding, vanwege de bijdrage aan de depositie op kwetsbare natuur.
De meeste provincies hebben een toetsingskader (al dan niet samen met een depositiebank) opgesteld waarin de toetsing van stikstofdepositie voor die NB-wetvergunning is vastgelegd. In diverse provincies ontstond de behoefte om een ondergrens in te stellen (drempelwaarde) en een uitzondering voor biologische en later ook grondgebonden bedrijven te scheppen.
Eigenlijk een manier om gewenste ontwikkelingen makkelijker door de vergunningprocedure te krijgen. Gelderland had hierin ook de relatie met mest en weidegang gelegd, waar we als LTO ook meegewerkt hebben aan een passende definitie. Volgens mij komt die nog steeds van pas! Bedrijven doen aan weidegang en zetten de mest van hun bedrijf binnen een straal van 10 km af op de beschikbare (grotendeels bij het bedrijf horende) grond. Dat impliceert meteen dat er voldoende gras is om te weiden en daar kan ook het meeste mest op vanwege derogatie. Je houdt bovendien het landschap open. Een bedrijf wat hieraan niet kan voldoen moet het in de techniek zoeken om een NB-vergunning te krijgen, de moeilijke route.
Inmiddels is gebleken dat veel van die kaders en NB-vergunningen hopeloos stranden bij de Raad van State. Er wordt via d Programmatische Aanpak Stikstof gezocht naar een oplossing in generieke reductie. Hetzelfde geldt voor mest, bedrijven met voldoende grond (de uitkomst van de som mestproductie per dier versus mestplaatsingsruimte per hectare, indirect een gve-norm) kunnen langs die weg door, de rest moet verplicht een deel van de overschotsmest verwerken.
De beste manier om grondgebondenheid te regelen is om het te koppelen aan de bestemming en het bouwblok van een bedrijf, via de vergunning dus. Veel gemeentes en provincies worstelen met definities en met handvatten voor het stellen van eisen aan groei. Daar kunnen we elkaar volgens mij als kenners van de sector vinden. Een goede formule om grondgebondenheid te bevorderen (als motor voor groene groei zoveel ogelijk aan laten sluiten bij een gewenste bedrijfsvoering) en ongewenste ontwikkelingen te kunnen beteugelen.
Ik wil daar graag aan werken, LTO bestuurlijk ook en ook de zuivelaars geven dit aan.
Wiebren, dank voor deze post.
Ik ben er nu pas even voor gaan zitten. Hierbij mijn reactie:
1) Ik begrijp dat je streeft naar grondgebonden melkveehouderij: "Bedrijven doen aan weidegang en zetten de mest van hun bedrijf binnen een straal van 10 km af op de beschikbare (grotendeels bij het bedrijf horende) grond. Dat impliceert meteen dat er voldoende gras is om te weiden en daar kan ook het meeste mest op vanwege derogatie. Je houdt bovendien het landschap open."
Dat spreekt me aan, hoewel "voldoende gras om te weiden" nogal rekbaar is, want over hoeveel dagen en uren weidegang praat je dan?
2) Je vervolgt: "Een bedrijf wat hieraan niet kan voldoen moet het in de techniek zoeken om een NB-vergunning te krijgen, de moeilijke route." Ik snap dat je ook deze bedrijven een kans wilt bieden, maar zet je zo niet de natuur open naar méér bedrijven die niet grondgebonden zijn?
3) Je verhaal gaat sterk in op beleidsinstrumenten, maar die vind ik secundair. Voorop staat het streefbeeld. Dat is me dus nog niet helemaal duidelijk.
4) Ik ben wel voor handreikingen aan gemeenten over de definitie van grondgebonden, maar als LTO en zuivel echt een grondgebonden melkveehouderij willen, waarom dan de beslissing daarover overlaten aan gemeenten? Je krijgt dan een lappendeken van wel en niet grondgebonden bedrijven en raakt steeds verder van huis. Als de zuivel echt wil doorpakken kan ze bijvoorbeeld ook zeggen: niet-grondgebonden bedrijven krijgen 2 cent minder voor de melk en de opbrengst gaat naar verhoging van de weidepremie. Of iets milder: NIEUWE niet-grondgebonden bedrijven. Daar gaat een krachtig signaal van uit. Zo'n signaal wordt nu node gemist en dat kan jullie gaan opbreken.
Dan nog een paar specifieke punten:
5) "De opbrengst verhogen van tarwe brengt meer eiwit in het laadje dan hier in Nederland soja gaan verbouwen." Nou, die opbrengst van tarwe gaat toch wel omhoog, zowel in NL als elders in de EU. En soja kun je ook elders in de EU verbouwen. Overigens stelt Agrifirm zich pro-actiever op dan de Schothorst-directeur die je citeert: ze experimenteren al met soja en andere eiwitgewassen. Activiteiten: ondersteunen kweker, aankopen Poolse soja, vermeerdering commerciële gewassen, platform bieden voor kwekers en kennisinstellingen.
6) Eiwitrijk veevoer aankopen goedkoper dan stikstofkunstmest aankopen? Daar geloof ik niets van. Kan me wel de ergernis voorstellen dat als je mest hebt moeten afvoeren, je vervolgens wel kunstmest mag aankopen. Grrr, de omgekeerde wereld. Van dat systeem moeten we zo snel mogelijk af.