De WHO bracht gisteren een rapport naar buiten waarin de organisatie vaststelt dat besmet voedsel een belangrijke oorzaak voor ziekte en dood is. Bijna 1 op de 10 mensen wordt jaarlijks ziek door zijn voeding. In totaal gaan er jaarlijks 420.000 mensen dood door een voedselbesmetting. Met name kinderen onder de 5 blijken kwetsbaar. Van het genoemde aantal doden, zorgt besmet eten voor 125.000 overlijdens onder kinderen. De meeste daarvan wonen in Afrika en Zuid-Oost Azië.

10 jaar werk
Het rapport geeft voor het eerst inzicht in de rol van voedsel in relatie tot ziekte en dood. Het brengt de bacteriën, virussen, parasieten, toxines en andere stoffen in kaart die jaarlijks 600 miljoen mensen ziek laat worden van wat ze aten. Dat betekent dat bijna 1 op de 10 mensen jaarlijks ziek wordt van voeding. 420.000 zieken overleven hun ziekte niet.

“We hadden alleen maar vage en weinig precieze schattingen over ziekte als gevolg van besmet eten. Daardoor hadden we geen inzicht in het echte menselijk leed dat daarachter schuilgaat. Dit rapport maakt het wel duidelijk." Dat zei Margaret Chan, de directeur-generaal van de WHO.

Aan het rapport is 10 jaar gewerkt door 100 experts wereldwijd.

who kinderendiarree


Vooral diarree
Diarree zorgt voor de grootste ziektelast. 550 miljoen mensen worden ziek, 230.000 overlijden. Onder hen zijn 220 miljoen kinderen, waarvan er 96.000 overlijden. De diarree is veelal het gevolg van het eten van onvoldoende verhit vlees, vis, eieren, zuivel en andere verse producten die besmet zijn met norovirussen, Campylobacter, Salmonella en pathogene E. coli. Daarnaast spelen tyfus, hepatitis A, lintwormen (Taenia solium) en aflatoxine (een schimmel op graan) een belangrijke rol. Met uitzondering van Campylobacter, spelen alle genoemde besmettingsbronnen hun rol vooral in lagelonenlanden.

De WHO wijst op noodzaak om mensen te leren hygiënisch met voedsel om te gaan en het veiliger maken van het voedsel dat wordt verkocht. Wat daarvoor moet gebeuren, wordt op 15 en 16 december in Amsterdam besproken door de WHO is samenwerking met het Nederlandse RIVM.

Fotocredits: WHO, Crianças do Brasil, Zanini H.