image

Hou je van reine claudes, dan heb je dit jaar pech. Ze zijn duur. Het is een kwestie van het jaar.

In m.n. graan en melk is iets anders aan de hand. In een paar maanden sloeg het om. De boer die niet genoeg kreeg voor zijn werk, risico en beslag van aardoppervlakte en vervuiling, werd opeens een inflatie-aanjager van jewelste. Structureel.

Gisteren schreef de Volkskrant over de boer die de prijzen van de supermarkt zou dicteren. Da's natuurlijk onzin. De schaarste aan primaire voedingsproducten in de markt bepaalt dat op de markt een hogere prijs wordt betaald. De boer blijft even afhankelijk als voorheen, al kan hij nu kiezen aan wie hij verkoopt.
Niettemin ontstaat er forse inflatie. Eten kun je nl. niet remmen, zoals je de aankoop van een nieuwe auto kunt uitstellen door geld duurder te maken en als centrale bankier tot voorzichtigheid te manen in kranten en op blogs. Mensen blijven eten. Het is een van onze meest primaire levensbehoeften.

Daarom is agflatie - boereninflatie dus - opeens een officieel begrip geworden. Het is echt wat anders dan inflatie en het fenomeen heeft zich in de modernste geschiedenis nog niet voorgedaan. Voor het eerst wordt voedsel niet goedkoper maar structureel duurder.

Economen weten niet waar ze moeten beginnen om het te sturen. Da's lastig want die primaire behoefte trekt onze bestedingsruimte voor al die andere, minder primaire producten omlaag. De vijfde vakantie, de derde auto, de 2e mobiel met onbeperkt mobiel internet en zesde designertas, de keuze uit 5 flesje 'grote naam' parfum etc. komen in gevaar. En daar leven nou juist bergen mensen van. Boeren zijn er nog maar een handjevol.

Ik was deze week op bezoek bij een groothandel in groenten, fruit en zuivel. Schaarste alom was het nieuws. Konden ze tot voor kort bij iedere teler inkopen, nu moeten ze er als groothandel echt achterheen. Anders hebben de telers en melkboeren hun waar al verkocht. Mijn gesprekspartner sprak de verwachting uit dat de boeren de komende jaar of 5 goed zitten. Daarna zullen andere landen nieuwe posities hebben opgebouwd en wordt het weer moeilijker.

De vraag rommelt al een tijdje in m'n hoofd: en wat doen de boeren, tuinders en andere telers onderwijl? Ik denk dat dit bij uitstek het moment is om te kiezen tussen kwaliteit of consumptie. Agflatie levert hen wat geld in de knip , waarmee ze de ruimte kunnen opbouwen om een beter product te maken waar ze straks meer voor blijven krijgen. Nederland kan kwaliteit maken, maar maakt nu vnl. mooi uitziende, maar vreugdeloos smakende omzet. Logisch, want het is een prijskwestie. Krijg je weinig voor een kilo en staat je naam toch niet op het product, dan maak je er veel en let je niet op de smaakkwaliteit.

Een ideetje. Differentieer de tomaat en boon zonder smaakplezier van die mét. Gisteren deed ik zelf aan AGF Promoties Nederland het voorstel om groenten en fruit te gaan indelen in smaakkwaliteitsklassen. Zo weet je als consument dat je pruim in klasse I lekkerder is dan die in klasse IV. Nu ben je teleurgesteld. Want de pruim die altijd gewoon 'pruim' heet, was vorige week lekker, maar nu niet. Sterker nog, vorige week was hij nog in de aanbieding ook.
Als je gezien had dat er vorige week klasse I op stond en deze week klasse IV, dan wist je het.

Weet je trouwens wat de mop is van smaakklasse I?

Dat is het allerrijpste fruit. Dat is het lekkerst maar onze winkeliers ruimen het op: binnen een dag of 2 gaat het zienderogen achteruit op je fruitschaal en komen er vliegjes op. En toch is het het lekkerste. Het gaat in de aanbieding, maar zou eigenlijk het duurst betaald moeten worden.

Voor vlees kun je soortgelijke voorbeelden geven. Het is niet altijd hetzelfde en toch heet een runderlap altijd een runderlap en een karbonade een karbonade. Ik weet bijv. dat de 200 varkens die een van de beste boerenkaasmakers van ons land jaarlijks produceert, worden geslacht via de massalijnen van de Vion (vroeger Dumeco). Het zijn topdieren die vnl worden gevoerd met wei, het restproduct van melk waar ook het Parmaham leverende varken mee wordt gevoerd. Geen geknoei met voer, zeggen ze. Ze zijn nl. heel kwaliteitsbewust en die wei moet toch weg.

Ik weet het: nu komt de discussie over het vaststellen van de smaakkwaliteit. Ik beweer dat die op te lossen is. Objectief. Daarover later. Het vergt een aantal experimenten in Wageningen bij de vakgroep sensoriek.

Terug naar de boeren: omdat er nu een massale vraagmarkt aan het ontstaan is, zouden juist de kleineren kunnen besluiten om te schakelen naar kwaliteit in plaats van naar het produceren voor vreugdeloze consumptie.

Het vergt nog veel uitwerking - zelfs handelspolitieke. Maar eerst 'ns de vraag: is dit de juiste denkrichting?

Zoals mijn gesprekspartner de groothandelaar zei: 'Jij zegt dat de consument vervreemd is van zijn eten, maar vergeet niet dat de teler is vervreemd van zijn eindklant. Hij reageert op de prijs die hij beurt voor zijn groenten en fruit. Aangezien die geen relatie heeft met smaakkwaliteits- en zelfs nauwelijks met voedingsinhoudelijke eisen produceert hij zoveel mogelijk zo gaaf mogelijk. Smaak telt niet. Ze gaan het nu voor minstens 5 jaar goed hebben.' En geef ze eens ongelijk, maar toch: ondernemen is vooruit kijken.

Wat leesvoer over agflatie:
- economist.com
- business.scotsman.com
- canada.com/nationalpost

Wie dacht dat DE boer plots in luilekkerland is beland, heeft het overigens mis:
- graanboeren worden 'misbruikt'
- varkenshouders gaan door het diepste dal
- komkommers doen even niet mee
- kalfjes drinken steeds duurder wordende melkpoedermelk, zodat kalfsvlees niet meer uit kan