In De Volkskrant plaatst Peter de Waard de Oxfam-cijfers in perspectief. Voor de prijs van een Wiener Würstchen im Brot mit Senf, Gurke und Zwiebeln betaalt een Davos-ganger €37,50. "Iemand in Malawi moet daar al gauw twee maanden lang twaalf uur per dag op een theeplantage voor ploeteren", aldus De Waard. Deelnemen aan het World Economic Forum begint bij 50.000 Zwitserse frank per persoon, "het jaarinkomen van tweeduizend landarbeiders uit Burundi. En als de vliegkosten van de 2.500 deelnemers en 500 journalisten daarbij worden opgeteld, is de 47ste editie van het vier dagen durende forum net zo duur als het bbp van een compleet ontwikkelingsland."
Oxfam kreeg kritiek op het rapport. Het zou nepnieuws zijn, ook westerlingen met schulden telden mee, de exacte bezittingen van de miljardairs waren met 'natte vingerwerk' bij elkaar geschat.
Oxfam deed wat je van de ontwikkelingsorganisatie mag verwachten: ze gooiden de knuppel in het hoenderhok. Want, zegt De Waard, "soms zijn boude vergelijkingen nodig om de goegemeente wakker te schudden."
Als de 8 Dagoberts hun miljarden aan de 50 % van de armsten schenken blijven die nog nagenoeg even arm. Ondanks dat hun bezit verdubbeld is.
Zou Oxfam ook hebben kunnen bedenken.