Te elfder ure werd ik opgetrommeld om een bezoekje te brengen aan ‘KOST’, een event op initiatief van platform Moeder Natuur. Het platform zet zich in voor een gezonde Nederlandse eetcultuur.

De vader van mijn kinderen was een paar dagen aan het werk in het verre Limburg. Dochterlief was 8 geworden dus er moest eerst een traktatie naar school gebracht worden, door mij in dit geval. Zo kwam het dat ik pas om 11 uur binnensloop in de Westergasfabriek, en de opening plus het filosofisch betoog van Julian Baggini moest missen.
Ik viel middenin een gesprek dat curator en culi-journalist Mac van Dinther en curator en oprichter van de Youth Food Movement Samuel Levie voerden met restaurateur en kok Kobe Desramaults. Het ging over zijn jeugd in het Vlaamse Popperinge en zijn drijfveren.

Het verband met een Nederlandse gezonde eetcultuur die breed gedragen wordt ontging me een beetje. Met koks is het vaak net als met muzikanten: ze kunnen beter hun kunstje doen dan een boeiend verhaal vertellen.




Hertenbiefstuk
Vervolgens zou meesterkok Robert Kranenborg deze stelling weer ontkrachten. De mediagenieke wandelende culi-encyclopedie deed voor hoe je een hertenbiefstukje bakt. Hij deed het met schwung, maar wederom bekroop mij de vraag of je met een hertenbiefstuk een gezond culizaadje zou planten in het hart van Bianca en Aad uit Leidsche Rijn. Die werken allebei full-time om de Vinex-hypotheek en de naschoolse opvang te kunnen betalen en doen uit tijdnood hun boodschappen in een Albert Heijn in een noodbarak. De markt met 3 kramen is op woensdag en daar staat ook al geen verkoper van Hollands hert.

Linda Roodenburg leidde de circa 300 belangstellenden rond in haar Virtual Food Museum. Zeer de moeite waard om eens uitgebreid op een verloren moment te bezoeken: www.foodmuseum.nl.

De drie peilers waar de Nederlandse culinaire identiteit op rust zijn volgen Linda: moralisme (de sobere calvinisten wonnen het van de liederlijke levensgenietende katholieken), het Nederlandse innovatieve vermogen (we polderden Nederland 2 x zo groot en lieten daar doorgefokte melkkoeien grazen en teelden er honderden soorten tomaten), en onze ontvankelijkheid voor invloeden van buitenaf (bij ons in Nederland kan je eten uit alle windstreken kopen, in winkels en restaurants).

'Kun je dit eten?'
Een komisch intermezzo met Parool journaliste Hiske Versprille en Johan Broekhuis gestoken in Nederlandse kledendracht (ik vermoed Spakenburgs) en een magnetron volgde. Er werd ‘petje op, petje af’ gespeeld. ‘Kan je dit eten?’ Was de vraag waar het om draaide. Ik kleunde mis bij een soort schip.

En toen was er lunch. Het brood van de Veldkeuken zag er heerlijk uit, evenals de ambachtelijke kroketten van Holtkamp. Jammer dat er gluten inzitten. Gelukkig was de vissoep van de Goede Vissers gebonden met een piepertje dus daar kreeg ik een paar koppen van die ik aftopte met een augurk en een paar plakken kaas.

De bevlogen presentator Samuel Levie had ons aangespoord een gesprek aan te knopen met elkander. Nadat ik een ander plekje zocht wegens zwijgzame buurvrouwen, had ik een goed gesprek met een baardige zuivelboer.

KOST from Van Moeder Natuur on Vimeo.



Gevuld middagprogramma
De middag was gevuld met smaakprofessor Peter Klosse, de olijke teler van honingtomaatjes Jos Looije, de uitbundige levensgenieter en kookboekenschrijver Nadia Zerouali en Martin Caraher, de oprichter van de London Food Board en professor food & health aan de City University in London.

Meneer Klosse miste de consument in de gouden samenwerkingsdriehoek van overheid, industrie en wetenschap.
Tomatenteler Looije wilde de Armani onder de tomaten telen en dat is hem gelukt.
Mevrouw Zerouali mist in de Nederlandse eetcultuur eigenlijk het eten. Haar Marokkaanse ouders vieren het leven met voedsel. Bij elk memorabel moment hoort een goed ambachtelijk gerecht. Een bstella bijvoorbeeld, zoete pastei met kipvulling. Een soortgelijk gerecht aten de pre-calvinistische Nederlanders in de gouden eeuw.

Martin Carahar stelde vragen, en nog heel relevante ook. Daarnaast deelde hij zijn waarnemingen met ons. Oplossingen had hij niet en hij riep ons op die te bedenken.
Waarom heeft de Nederlandse overheid geen wetgeving die de Nederlandse culturele/culinaire identiteit beschermd? Zoals Frankrijk en Italië?
Waar is de voedselpolitiek in NL? We hebben natuurlijk wel degelijk een culturele culinaire identiteit, maar zijn daar niet trots op.
De Nederlandse overheid beschermt de consumenten, maar dat is niet hetzelfde als de burgers van Nederland. Die hebben andere belangen en daarvoor is andere wetgeving nodig.
Arme burgers maken noodgedwongen keuzes die niet gezond uitpakken.
Voor de smaakontwikkeling van kinderen is het nodig dat ze aan veel verschillende smaken worden blootgesteld. Daarnaast is het voor de voedselbeleving belangrijk dat kinderen in gezinsverband met hun ouders de maaltijd kunnen nuttigen. De overheid zou dit moeten faciliteren.

De zaal was vooral gevuld met culi-elite. Ik zag diverse topstukken langsschuiven. De mensen die moestuinprojecten in flatwijken initiëren maar de oogst laten verkommeren omdat ze op vakantie zijn.
Culi-elite
Vervolgens vroeg hij de zaal wie daar zoal inzat.
Koks. Journalisten. Culibloggers en culischrijvers. Producenten, kleinschalig en grootschalig. Er was welgeteld één persoon die voor de overheid werkte, een jonge beleidsmedewerker bij de gemeente. Geen arts, diëtist of verpleegkundige te bekennen.
En dat bevestigde zo’n beetje mijn ‘gut feeling’: de zaal was vooral gevuld met culi-elite. Ik zag diverse topstukken langsschuiven. De mensen die moestuinprojecten in flatwijken initiëren maar de oogst laten verkommeren omdat ze op vakantie zijn. Die abstracte ogende gerechten bereiden met lokale kromkommers en Oosterscheldekreeft. Die bloggen over gezonde recepten met prijzige ingrediënten die alleen op de hoofdstedelijke biomarkt te koop zijn. En die massaal hun baby’s hadden meegenomen die even massaal de fles kregen. Ik heb in onderzoeken gelezen dat borstvoeding onmisbaar is voor een goede smaakontwikkeling.

Verplicht schoolvak
Het laatste wat ik meekreeg was het betoog van Miljuschka Witzenhausen. Zij is de ambassadrice van platform Moeder Natuur. Dit platform is opgericht door GroentenFruit Huis, Nederlands Bakkerij Centrum en de Nederlandse Zuivel Organisatie. Miljuschka Witzenhausen, voormalig TMF presentatrice en moeder is deskundige op gebied van Food en Lifestyle in het SBS6-programma ‘Shownieuws’. Ze maakt zich zorgen om de toekomst van haar kinderen (krijgen die nog wel gezond te eten als ze groot zijn?) en heeft de oplossing: ‘Food moet weer fucking cool worden!’. En daarom moet het een verplicht vak op school worden.

Dit plan legde ik ‘s avonds voor aan zoon die 16 is. Hij lachte schamper. School is niet ‘cool’. De Jeugd van tegenwoordig die een kookprogramma maakt, dat leek hem een veel beter plan. Ik heb vernomen dat deze jongelui graag een vorkje prikken in een respectabel restaurant, dus wie weet zijn ze hier voor te porren.

Of de netwerkborrel en het aansluitend diner in de voormalige Citroëngarage nog nieuwe bruikbare inzichten hebben opgeleverd, kan ik niet zeggen. Ik had weinig fiducie in het glutenvrije aandeel van het culinaire programma dus ik poetste de plaat. Dochter zat op de BSO te wachten tot ik haar voor 18:30 stipt ophaalde. Mijn moederplicht riep en ik had honger. In de auto lag nog een rol glutenvrije vijgenkoekjes en een zak popcorn.

Huisgemaakte popcorn Want wij omarmen exotische culi-invloeden!
Dit heb je nodig:
- 2 eetlepels plantaardige olie
- ca. 200 gram gedroogde maiskorrels (bij de toko of de biowinkel te koop)

Zet een pan met dikke bodem om middelhoog vuur. Doe twee eetlepels olie in de pan en laat heet worden. Strooi de maiskorrels op de bodem, zodat deze bedekt is met een laagje. Niet te veel, anders ‘popt’ het niet allemaal.
Haal nu de pan van het vuur en tel tot 30 terwijl je de pan heen en weer schudt zodat alles dezelfde temperatuur krijgt.
Zet de pan terug op het vuur en doe er een deksel op. Een glazen deksel is leuk, dan zie je ‘het’ gebeuren! Schudt de pan af en toe heen en weer voor gelijkmatig ‘poppen’.
Als het ‘poppen’ afneemt, tot ca. 1 a 2 ‘pops’ per seconde, ben je klaar. Haal de pan van het vuur.

Als je hartige popcorn wil kan je zout, peper, kruiden naar smaak toevoegen en goed mengen.

Als je zoete popcorn wil, kan dat volgens onderstaande methode:
Doe 125 gram lichtbruine basterdsuiker, 125 gram boter, ½ blikje condensmelk en wat vanille in een pan. Verwarm tot het is gesmolten en roer het door tot een homogene massa. Meng dit door de versgebakken popcorn. Geen houten lepel gebruiken, daar plakt de popcorn nogal aan!
Verspreid de zoete popcorn op een bakblik bekleed met bakpapier.
Doe dit in een voorverwarmde oven op 160 graden, bak 20 minuten. Breek alles dan los en bak nog eens 10 minuten.

Fotocredits: 'mijn glutenvrije lunch', Wendeline van den Nagel
Dit artikel afdrukken