Afvallen is niet meer een simpele optelsom van calorieën. Dat weten we al langer dan vandaag, maar het blijkt ook weer eens uit dit onderzoek van de Bulgaarse wetenschapper Valentin Stefanov Panayotov dat vorige week werd gepubliceerd in het journal Frontiers in Psychiatry. Hij ontdekte dat er ook een mentaal aspect aan afvallen zit. Niet van het type ‘je moet mentaal sterker zijn dan je honger’, maar in de vorm van een ‘placebo-effect’.

Dat onderzocht hij door zijn proefpersonen in twee groepen te verdelen; een experimentele groep en een controlegroep. Tegen de experimentele groep zei hij dat zij een caloriearm dieet volgden met een energietekort van 5.500 kcal per week, en tegen de controlegroep zei hij dat ze een isocalorisch dieet (gelijkwaardig in calorieën ten opzichte van hun standaard eetpatroon) volgden. In werkelijkheid kregen beide groepen hetzelfde isocalorische dieet gebaseerd op hun persoonlijke dagelijkse energieverbruik.

Psychologisch effect van dieet
Aan de hand van het berekende dagelijkse energieverbruik kreeg iedere proefpersoon een eigen eetvoorschrift dat bestond uit 55-60% koolhydraten, 15-20% eiwitten en 25-30% vetten. Het aangeboden voedsel werd zo gekozen dat het niet te veel zou afwijken van de persoonlijke voorkeuren en gewoonten van de proefpersonen. Naast het gepersonaliseerde eetpatroon volgden alle proefpersonen een trainingsprogramma.

Ondanks het isocalorische dieet daalde het lichaamsgewicht van de experimentele groep met 9,3 kilo, terwijl de controlegroep slechts 2,3 kilo afviel. Ook het vetpercentage (-3,4% versus -1,4%) en BMI (-2,9 kg/m2 versus -1,0 kg/m2) daalde meer in de experimentele groep dan in de controlegroep.

Doordat beide groepen hetzelfde protocol gevolgd hebben, kan het verschil niet worden verklaard door de veranderingen in het dieet of de trainingen. Panayotov dicht het effect toe aan het placebo-effect. “Placebo-effecten zijn gerelateerd aan de verwachting van patiënten over de effectiviteit van een behandeling,” schrijft hij. “Het geconstateerde placebo-effect in diëten kan worden geïnterpreteerd als een mogelijke schending van de eerste wet van thermodynamica.”

Methodologische valkuilen
Hoewel de cijfers er niet om liegen, blijft de zekerheid van de resultaten een punt van debat. Leefstijl- en dieetonderzoek blijven ingewikkeld om uit te voeren. Omdat je in de praktijk niet iedere hap kunt controleren die proefpersonen in hun mond stopt, moet je vertrouwen op het plichtsbesef van de proefpersonen. Wanneer je als wetenschapper dit type onderzoek precies gecontroleerd wilt kunnen doen, moet je mensen 'opsluiten', zoals Kevin Hall onlangs deed in zijn onderzoek.

Toch is de onderzoeker enthousiast over zijn bevindingen. “Ondanks dat de onderzoeksopzet te wensen overliet, is het onmogelijk om het gehele effect daar aan toe te schrijven. Wanneer je 9 kilo afvalt in 8 weken, betekent dat een tekort van 1.000 kilocalorieën per dag. Dat verschil is te groot om onopgemerkt te blijven.”

Energiebalans
Lang werd aangenomen dat een simpele energiebalans (volgens de eerste wet van thermodynamica, ook wel de ‘wet van behoud van energie’) verantwoordelijk is voor aankomen en afvallen van lichaamsgewicht: ‘wanneer je meer energie binnenkrijgt dan je verbrandt, kom je aan’ en ‘wanneer je minder energie binnenkrijgt dan je verbrandt, val je af’. Inmiddels groeit het aantal studies (zoals bijvoorbeeld deze, deze en deze) die aantonen dat er meerdere factoren van invloed zijn op de individuele variaties tijdens afvallen.

Wanneer meerdere onderzoeken dit placebo-effect ondersteunen zou een vorm van psychologische therapie in de toekomst een rol kunnen spelen als aanpak om af te vallen.
Dit artikel afdrukken