Maar die strategie lijkt grotendeels vergeten en stuit op onbegrip. Ook in het Zuidwesten van Canada, waar de branden die in de hittegolf van juni ontstonden nog niet onder controle zijn. Voorheen hielpen de VS Canada als natuurbranden daar uit de hand liepen en vice versa. Dit jaar hebben beide landen echter genoeg aan zichzelf. Opmerkelijk, omdat het hier gaat om voormalige leefgebieden van Indianen, die er volgens de Washington Post veel beter in slaagden zulke catastrofes te voorkomen.

De VS grepen in 2019 en 2021 terug op een oude strategie van de oorspronkelijke inwoners van de VS. Indianen bestreden vuur met vuur. Aanleiding was een enorme natuurbrand in 2017, die ook woedde rond het toeristische Seeley Lake, Montana.
Seeley is een populaire toeristische trekpleister. Er staan grote ponderosa dennen en heel grote lariksen, zoals Gus, de oudste, die 1000 jaar oud is. Na de grote brand drong het besef door dat alles op alles zetten om branden te blussen als ze eenmaal waren uitgebroken misschien niet de juiste strategie was.

Het probleem is dat de bossen nu verlaten zijn, dat eigenlijk niemand nog zijn geld verdient door in deze gebieden te werken
Dus wat deden ze? Ze maakten gecontroleerde branden, juist om Seeley Lake te beschermen. Net zoals Indianen dat al eeuwen hadden gedaan, voordat Europeanen in de tweede helft van de 19e eeuw de Indianen dwongen om die praktijken te stoppen.

Het werkt als volgt. Na toestemming van de vuurbaas begint een choreografie van brandweermannen, die op de juiste plekken het vuur matigen en elders weer aanwakkeren, afhankelijk van de interactie van wind, vuur en land ter plekke. Ook het moment waarop dit gebeurt, moet kloppen. Weersomstandigheden spelen een belangrijke rol.

Tijdens de opzettelijke brand van eerder dit jaar was het doel onvolwassen Douglas zilversparren te verbranden, die ervoor kunnen zorgen dat een ongewenste brand de hogere regionen van de ponderosa dennen en de grote lariksen kan bereiken. Want als dat eenmaal is gebeurd, dan is een brand veel moeilijker onder controle te krijgen. Het resultaat van gecontroleerd branden is dat de ondergrond schoner blijft en hogere bomen blijven staan. Ofwel: haal brandstof weg uit het bos, zodat er minder snel een onbeheersbaar vuur ontstaat.

We weten sinds 100 jaar dat we deze gecontroleerde branden nodig hebben om ongewenste branden onder controle te houden, zegt Philip Higuera, hoogleraar vuurwetenschap aan de Universiteit van Montana in Missoula en expert in veerkrachtige bossen. Hij pleit er dan ook voor meer gebruik van te maken van oude inzichten en praktijken. Oude volkeren beheerden de natuur om grote branden te voorkomen. Zij begrepen dat ook. Nu moet je wel goed uitleggen aan een bevolking die sowieso al lijdt onder grote branden, dat gecontroleerde brandstichting een preventief doel dient.

Brandstof weghalen uit het bos hebben we in Europa al heel lang gedaan op andere manieren. Duurzame houtkap is zo’n manier, er schapen en geiten laten grazen - zoals Foodlog eerder liet zien - ook. Dit laatste doet Judith Nadal, herder, in Spanje. Zij loopt met haar geiten ten Noorden van Barcelona en zegt: “De dieren eten alles kaal, en dat is ook precies de bedoeling. Er wordt gedaan alsof we iets totaal nieuws doen: met dieren die bossen kaal eten, en zo branden voorkomen. Maar we blazen welbeschouwd een eeuwenoude traditie nieuw leven in. Er graasde altijd al vee in de bossen. Het probleem is dat de bossen nu verlaten zijn, dat eigenlijk niemand nog zijn geld verdient door in deze gebieden te werken.” En die verwaarlozing, leert ons de recente geschiedenis, produceert letterlijk de brandstof voor grote natuurbranden.

Dit artikel afdrukken