Groots was het om de vele trekkercolonnes vanuit alle hoeken van het land te zien oprijden en rijen-dik op het Malieveld te zien. Velen waren de avond ervoor al vertrokken. In slagorde reden ze over de snelweg. Kippenvel. Alsof ik naar een western keek. Een charge van rijen snel galopperende paarden en indianen. Glorieus en fier op weg naar de laatste slag. In mijn hoofd mengden zich beelden met de klanken van Morricone. De cavalerie van de authentieke inboorlingen toonde zich nog één keer aan Nederland. Mensen thuis hadden voor het eerst begrip voor de recordlange file. Ze wuifden, zwaaiden enthousiast naar ook hun cavalerie op weg naar het front, misschien vanwege diezelfde onbewuste associaties.

Ook burgers zien een soort oermens verloren gaan, voelen aan dat een tijd zal eindigen. Misschien zien zij ook dat hun eigen consumptieleven met hoge vaste lasten knelt. Dat aalgladde praters en bureaucraten goed voor hun eigen kaste zorgen ten koste van het oervolk. Die nieuwe kaste kwam vaak met een studiebeurs uit het gewone volk voort, maar kijkt nu soms neer op hun achtergebleven soort die Hart van Nederland kijkt. Wij boeren, vermoed ik, worden herkend als de cavalerie van de gewone burger.


De harde werkelijkheid klopt aan. Ook dat zit in deze film. Een boer, lid van mijn ZLTO-afdeling, die ik hoog heb zitten, is het spuugzat. Hij en zijn vrouw voldoen aan alle wenselijkheden van politiek en NGO’s met niches, natuur-inclusief, sojateelt, extensief, robuuste witrikkoeien en een boerderijwinkel met eigen kaas. Hij, de West- Brabantse colonne-aanvoerder, Erik van Oosterhout. Hij kreeg in de aanloop een podium bij BNDeStem en was te horen op SBS6. Ook The Day After deed hij verslag in de krant. Wat een vent!

Nadat politicus Tjeerd aankondigde de boer te willen halveren, heb ik het proces actief gevolgd, Een appje van schapenboer Bart Kemp was genoeg om de 1 oktober film te ontketenen. Ook ik ging naar het Malieveld, per trein dit keer. Om te voelen, er mensen te spreken en te snappen hoe het initiatief ontstond zonder plan, duidelijke organisatie en verhaal.

En nu dan? Een groot niets na een warm gevoel
Hoe moeilijk zinvolle actie te organiseren is, wordt langzaam helder. De oproep zorgde van begin af aan tot een grote bereidheid de trekker te starten om en masse naar Den Haag te gaan. De stoom moest eruit. De massaliteit maakte dat men organisatiekracht en geld zocht. Die vonden ze bij de eigen periferie van veevoerleveranciers. Zo moesten radicale krachten inbinden en kreeg de actie een mager plan, waar niemand meer tegen kon zijn. Het moest publieksvriendelijk. Het was een festival, Zwarte Cross in Den Haag. Of als een U2-concert met alleen U2-fans.


Dit was uniek. De vele valse noten nam men op de koop toe. Ze hadden hun Bono, The Edge. Hun monument, Sieta, overschreeuwde zich. Of was het toch een coverband? Geen Bennie, geen Yvon. We moesten het met Bleker Henkie doen. Het werd een manifestatie van zenden van wat men zelf wilde horen. Braaf meeknikkende politici met gezicht in een plooi. Behalve die Tjeerd en GroenLinkser Jesse dan. Prominent toonde zich PVV-baas Geert; de Forumcharlatans waren zelfs oververtegenwoordigd. Geen enkele politicus had een echt goed verhaal.

De veranderende tijd klopt aan bij iedereen in Nederland, omdat iedereen klem zal lopen. Wij boeren lopen voor
Tal van protestborden, dat boeren wel CO2 kunnen binden. Hun handreiking tot maatschappelijk aanhaken, dat boeren oplossingen hebben en niet HET probleem zijn. Ik zag heel veel shirts met #trotsopdeboer van de gematigder boeren.

En nu dan? Een groot niets na een warm gevoel.

De cavalerie toonde zich nog 1 laatste keer. Het was de real life soap van boeren die hun Sitting Bull-act deden in de Buffalo Bill-show. Ze kunnen het trots vertellen hoe het was, van waar ze kwamen en hoe we met praatjes, ‘vuurwater’, arm werden gemaakt door de periferie, die aan hen verdiende, decennia-lang, vanuit een tijd dat hun ouders en voorouders nog echt authentiek waren.

De veranderende tijd klopt aan bij iedereen in Nederland, omdat iedereen klem zal lopen. Wij boeren lopen voor. Daarom is het zaak dat boeren leiderschap tonen en het volk van Nederland mee aan de hand nemen de transitie in. Het wordt allemaal minder en we zullen allemaal in eigen vlees moeten leren snijden. Goede leiders zijn bereid zelf de kogels op te vangen. Dat snapt het gewone volk. De gewone boer ook. Om bloed, zweet en tranen vragen, lukt alleen als je zelf ook bloedt, zweet en huilt. Ik vraag offervaardig leiderschap.
Dit artikel afdrukken