Ik schreef een stukje over het milieukeurvarken van JUMBO en de manier waarop dat bedrijf ten opzichte van Albert Heijn goedkoop gebruik maakt van het vertrouwen van consumenten. Daarover ontstond een discussie die ik niet bedoelde maar die wel degelijk óók relevant is voor het vertrouwen en de koopbereidheid van Nederlandse burgers. Hoe grensverleggend is de duurzaamheid die u koopt u met het Milieukeur dat wordt beheerd door de Stichting SMK?
De discussie leidde tot deelname van Monique van der Gaag van SMK en journalist Wouter Klootwijk. De laatste was niet mild over SMK en zei dat SMK geen enkel relevant verschil maakt . De discussie wordt nu scherp, maar is van groot belang: wat is de waarde van logo’s en keuren waar we de waarde niet van kennen en waar de overheid als normsteller en wetgever zijn handen vanaf trekt?
Ik vroeg Monique van der Gaag aan te willen geven op welke wezenlijk aspecten SMK een verschil maakt. Zij antwoordde:
Eerst wil ik ingaan op de vraag van Dick om drie belangrijke bovenwettelijke eisen aan te geven waar de Milieukeurvarkenshouders aan moeten voldoen. Drie voorbeelden voor dierenwelzijn en -gezondheid zijn:
- de varkens mogen niet worden gecastreerd (wettelijk is dit wel toegestaan);
- er is een norm voor het percentage slachtafwijkingen, dat wil zeggen dat Milieukeurvarkens minder afgekeurde organen en karkasdelen hebben dan gangbare varkens. Dit is een indicatie voor de mate van welzijn en gezondheid van het varken gedurende het leven. Een varkenshouder kan dit realiseren door een goed klimaat in de stal, goed management, gezondere dieren en preventie van ziekten en parasieten. Daarnaast kent Milieukeur een maximale norm voor uitval, dat wil zeggen het percentage varkens dat jaarlijks voortijdig overlijdt op het bedrijf. Dit is in Nederland gemiddeld 3,5% en bij Milieukeur maximaal 1,9%. Hiertoe is bijvoorbeeld ook een intensieve begeleiding van een dierenarts vereist (wettelijk is hier geen norm voor);
- er is een ziekenboeg met extra comfort en dieren die ernstig ziek zijn, worden door de dierenarts geeuthanaseerd (strengere eisen dan wettelijk verplicht) en zeugen worden in groepen gehuisvest (wettelijk verplicht per 2013).
Een aantal voorbeelden op het gebied van milieu zijn:
- minimaal 10% lager energieverbruik per 1000 kg groei dan in Nederland gangbaar is en vanaf dit jaar is binnen Milieukeur het gebruik van groene stroom verplicht (wettelijk geen normen);
- lagere excretie van fosfaat (een eindige grondstof) en stikstof om de belasting van het milieu te reduceren, norm ligt 10% onder het landelijk gemiddelde en bedrijven moeten vaak nog beter presteren om ook te voldoen aan de vereiste punten op de keuzemaatlat;
- lagere excretie van koper en zink door minder koper en zink aan het voer toe te voegen (lager dan wettelijke norm).
Gezien de huidige ontwikkelingen en maatschappelijke wensen, zijn nu ook eisen geformuleerd voor het gebruik van antibiotica (o.a. maximaal 90% van de streefwaarde van SDa (Autoriteit Diergeneesmiddelen)), drinkwaterkwaliteit voor de dieren (geen wettelijke normen) en duurzamere soja (Milieukeurbedrijven dienen te zorgen dat voor de hoeveelheid soja die hun varkens jaarlijks opeten, gecertificeerd duurzamere soja wordt geteeld, hier wordt gerefereerd naar RTRS).
Wat betreft de reactie van Wouter Klootwijk wil ik graag een korte toelichting geven. SMK is een stichting gezeteld in Den Haag die criteria ontwikkelt voor sectoren in zowel non-food als in agro/food om bedrijven handvatten te geven op meerdere duurzaamheidsthema's stappen te zetten. Door de criteria regelmatig te herzien en aan te scherpen, blijft Milieukeur een keurmerk voor de voorlopers in de sector. Bij deze herzieningen worden naast stakeholders in de sector ook maat
schappelijke organisaties, overheid, onderzoekers en andere belangstellenden betrokken. De normen worden vervolgens vastgesteld door een College van Deskundigen. Bij SMK zien we dat bij aanscherpingen van het schema deelnemers soms genoodzaakt zijn zich af te melden omdat zij het vereiste niveau niet behalen. Bedrijven in de keten moeten voor Milieukeur dus telkens stappen zetten, dit wordt ook beaamd door de certificatie-instellingen die zorgdragen voor de onafhankelijke borging.
Daarnaast hoor ik graag waarop Wouter zijn uitspraken zoals dat "alle varkensvleesproducenten in Nederland op zijn minst voldoen" en "het milieukeur op varkensvlees in de supermarkt betekent helemaal niks" baseert.
Wat mij betreft zijn er twee vragen:
1. is het verschil dat SMK maakt, groot genoeg als we ons realiseren wat de argeloze burger verwacht?
2. is het OK dat normen worden gemaakt door een instantie die de facto een overleg is tussen belanghebbenden, terwijl de wetgever zich terugtrekt? De burger en het parlement weten immers van niets.
Fotocredits: arenamontanus
Dit artikel afdrukken
Ik vroeg Monique van der Gaag aan te willen geven op welke wezenlijk aspecten SMK een verschil maakt. Zij antwoordde:
Eerst wil ik ingaan op de vraag van Dick om drie belangrijke bovenwettelijke eisen aan te geven waar de Milieukeurvarkenshouders aan moeten voldoen. Drie voorbeelden voor dierenwelzijn en -gezondheid zijn:
- de varkens mogen niet worden gecastreerd (wettelijk is dit wel toegestaan);
- er is een norm voor het percentage slachtafwijkingen, dat wil zeggen dat Milieukeurvarkens minder afgekeurde organen en karkasdelen hebben dan gangbare varkens. Dit is een indicatie voor de mate van welzijn en gezondheid van het varken gedurende het leven. Een varkenshouder kan dit realiseren door een goed klimaat in de stal, goed management, gezondere dieren en preventie van ziekten en parasieten. Daarnaast kent Milieukeur een maximale norm voor uitval, dat wil zeggen het percentage varkens dat jaarlijks voortijdig overlijdt op het bedrijf. Dit is in Nederland gemiddeld 3,5% en bij Milieukeur maximaal 1,9%. Hiertoe is bijvoorbeeld ook een intensieve begeleiding van een dierenarts vereist (wettelijk is hier geen norm voor);
- er is een ziekenboeg met extra comfort en dieren die ernstig ziek zijn, worden door de dierenarts geeuthanaseerd (strengere eisen dan wettelijk verplicht) en zeugen worden in groepen gehuisvest (wettelijk verplicht per 2013).
Een aantal voorbeelden op het gebied van milieu zijn:
- minimaal 10% lager energieverbruik per 1000 kg groei dan in Nederland gangbaar is en vanaf dit jaar is binnen Milieukeur het gebruik van groene stroom verplicht (wettelijk geen normen);
- lagere excretie van fosfaat (een eindige grondstof) en stikstof om de belasting van het milieu te reduceren, norm ligt 10% onder het landelijk gemiddelde en bedrijven moeten vaak nog beter presteren om ook te voldoen aan de vereiste punten op de keuzemaatlat;
- lagere excretie van koper en zink door minder koper en zink aan het voer toe te voegen (lager dan wettelijke norm).
Gezien de huidige ontwikkelingen en maatschappelijke wensen, zijn nu ook eisen geformuleerd voor het gebruik van antibiotica (o.a. maximaal 90% van de streefwaarde van SDa (Autoriteit Diergeneesmiddelen)), drinkwaterkwaliteit voor de dieren (geen wettelijke normen) en duurzamere soja (Milieukeurbedrijven dienen te zorgen dat voor de hoeveelheid soja die hun varkens jaarlijks opeten, gecertificeerd duurzamere soja wordt geteeld, hier wordt gerefereerd naar RTRS).
Wat betreft de reactie van Wouter Klootwijk wil ik graag een korte toelichting geven. SMK is een stichting gezeteld in Den Haag die criteria ontwikkelt voor sectoren in zowel non-food als in agro/food om bedrijven handvatten te geven op meerdere duurzaamheidsthema's stappen te zetten. Door de criteria regelmatig te herzien en aan te scherpen, blijft Milieukeur een keurmerk voor de voorlopers in de sector. Bij deze herzieningen worden naast stakeholders in de sector ook maat
schappelijke organisaties, overheid, onderzoekers en andere belangstellenden betrokken. De normen worden vervolgens vastgesteld door een College van Deskundigen. Bij SMK zien we dat bij aanscherpingen van het schema deelnemers soms genoodzaakt zijn zich af te melden omdat zij het vereiste niveau niet behalen. Bedrijven in de keten moeten voor Milieukeur dus telkens stappen zetten, dit wordt ook beaamd door de certificatie-instellingen die zorgdragen voor de onafhankelijke borging.
Daarnaast hoor ik graag waarop Wouter zijn uitspraken zoals dat "alle varkensvleesproducenten in Nederland op zijn minst voldoen" en "het milieukeur op varkensvlees in de supermarkt betekent helemaal niks" baseert.
Wat mij betreft zijn er twee vragen:
1. is het verschil dat SMK maakt, groot genoeg als we ons realiseren wat de argeloze burger verwacht?
2. is het OK dat normen worden gemaakt door een instantie die de facto een overleg is tussen belanghebbenden, terwijl de wetgever zich terugtrekt? De burger en het parlement weten immers van niets.
Fotocredits: arenamontanus
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Met de keurmerken is het al net als met de WNF discussie: het is eigenlijk onmogelijk geworden om te weten wat goed en fout is (of goed en beter eigenlijk) en de marketingmachines werken op volle toeren om dat nog onmogelijker te maken.
Keurmerken zijn niet langer goed uitlegbaar aan de consument, en toch is de perceptie van de consument bepalend. Zo houden de marketing- en activistenbeweging elkaar aan het werk. Allemaal van landbouw afgeleide werkgelegenheid :).
Nu de kant van de producent: productieproces-gewijs zijn keurmerken ook gedoe. Verantwoording afleggen niet over resultaat maar ook proces is in feite een inperking van de mogelijkheden die een boer heeft tot varieren, veranderen, leren en innoveren.
Waar een simpele controle op eindresultaat voldoende is om slechte praktijken aan het licht te brengen, moeten nu ook boeren die op eindresultaat altijd goed scoren opeens verantwoording afleggen over het proces. Het betekent -naast aanpassingen om te voldoen aan de eisen- een extra administratieve last.
Gevolg: uitstekende ondernemers krijgen misschien geen keurmerk, en vinkjes-jagers misschien wel.
Stoppen dus met keurmerken? En weer meer vertrouwen op vakmanschap én de wil om te verduurzamen van de boer?
Maar behalve de consument zijn er nog meer redenen om dat toch niet te doen:
-Alles wat je aandacht geeft groeit. Willen we de landbouw duurzamer, dan is het makkelijker de twintig of dertig procent die op dat vlak ambitie heeft een wortel voor te houden, dan de paar % rotte appels op te speuren en een boete te geven.
-Europa's landbouwbaas Ciolos heeft toegezegd dat boeren die een keurmerk mogen voeren vrijgesteld kunnen worden van bepaalde verplichte vergroeningsmaatregelen.
-Om verandering te brengen moet je in de keten "Samen bewegen". Dan helpt het als je inzichtelijk maakt en duidelijk afspreekt hoe je dingen (anders) doet.
Josien, excuus. Ik reageerde voor ik jouw reactie had gezien. Ik zou graag willen afspreken dat de vorige draad hier niet meer meedoet.
Kort dan nog 1x: Milieukeur wordt - zo luidde mijn stelling in de oorspronkelijke draad - door JUMBO gebruikt als een doekje voor het welzijnsbloeden onder het publiek. De intellectuele goegemeente van Foodlog gaf vervolgens aan dat Milieukeur zoveel beter zou zijn. HIER onderzoeken we - hoop ik - heel feitelijk HOEZEER die superioriteit gestaafd kan worden. Met feiten.
Het gaat hier ook niet - zoals Jack zonder achternaam zo graag wil - over de garanties voor de meerkosten van de boer. Die krijgt Ford ook niet als ze een betere motor maken. Dat boeren Ford niet zijn ben ik eens, maar dat is een discussie die je niet met supers moet voeren maar met de Europese overheid en instanties als de Wereldbank en WTO. Zij hebben besloten dat boeren onderdeel van de gewone economie zijn. Die moeten we hier dus ook niet voeren.
PS: de binnenscharrelkip is hier (en door mij ook elders, op schrift en tijdens spreekbeurten) zelfs erg uitgebreid aan de orde geweest OMDAT hij niet werd geaccepteerd door de Dierenbescherming op bredere gronden dan dierwelzijn alleen.
Deze draad is bedoeld om vast te stellen wat het Milieukeur feitelijk anders maakt dan andere normen, wettelijke en concurrende bovenwettelijke.
Het zou een goed idee zijn om dat met regelmaat voor de belangrijkste normen te doen. Nu naar dit geval.
Wouter is wat kort door de bocht. Ik begrijp hem als volgt: er zijn boeren die méér doen dan Milieukeur op belangrijke fronten, maar die regulier leveren omdat ze daar niet voor beloond worden. Ik ken dergelijke boeren ook:
- ze voeren hun dieren nat (een enorme milieu- en kostenwinst boven droogvoer, dat veel energie en een marge voor een voederaar vergt) uit een straal van 300 km om zich heen
- ze gebruiken geen groene stroom (dat stelt echt heel weinig voor: groene stroom is substitutiestroom en wordt niet voor niets bekritiseerd) maar wekken die zelf op, fotovoltaisch (zonne-energie dus) of door fermentatie (vergisting) mét een goed gebruik van de restnutrienten die belangrijk zijn voor de kringloop (het zgn. digestaat)
Ten aanzien van andere elementen die Monique noemt, valt ook het een en ander op te merken dat het publiek niet zomaar kan zien. Uit eerdere discussies op Foodlog weten we dat sterfte te maken heeft met professionaliteit en dat grotere houderijen een relatief lagere sterfte hebben. Niet omdat ze het Milieukeur nastreven, maar omdat ze professioneler zijn en lagere kosten bij een hogere kwaliteit kunnen realiseren.
De excretie-beperkingen die Monique noemt, zijn belangrijk, maar tevens heel simpel te realiseren: stuur op ander voer. Dat lukt, alweer, het beste als je professioneel en bedrijfseconomisch voldoende omvang hebt.
Met andere woorden: de vraag mag best gesteld worden of je een Milieukeur krijgt omdat je de normen nastreeft of omdat je gewoon een goeie ondernemer bent die op zijn kostprijs en bedrijfsvoering op langere termijn let.
In Milieukeur schrik ik met name van de vervoersafstand van de dieren. Er mag - of vergis ik me, Monique - tot 600 km afstand met de dieren te worden gereden. Varkenshouders en slachters weten wat dat betekent: om slacht in Duitsland mogelijk te maken. Daar is het nl. goedkoper. Natuurlijk, het moet bedrijsfeconomisch uit kunnen, maar als je de milieuwinst compenseert met afgewentelde kosten die niemand opmerkt, helpt dat de boel niet echt verder.
De binnenscharrelkip, het 1ster varken en kringloopzuivel.
MILIEUkeur wordt beoordeeld op DIERWELZIJN, omdat de goegemeente onder 'duurzaam' bij dierlijke producten dierwelzijn zou verstaan. Stom van de goegemeente, slim van de super, en voor milieukeur niets aan de hand totdat foodlog er een punt van maakte.
Josien, welke zijn hier boven twijfel verheven en welk onrecht wordt milieukeur hier aangedaan?