1 minDinsdag 12 januari promoveert Annet Hoek op dit onderwerp aan Wageningen University (onderdeel van Wageningen UR). Ze realiseerde zich al snel dat het heel lastig is een geschikt substituut voor vlees te maken. ‘Vlees is geliefd, en uniek qua smaak en textuur. Het is een hele uitdaging iets te maken dat door vleeseters wordt geaccepteerd.’ Daarom bestudeerde Hoek welke aspecten belangrijk zijn om vleeseters over de streep te trekken.
De huidige consumenten van nepvlees zijn voor een groot deel vegetariërs. In hun argumentatie om namaak te gebruiken verwijzen ze vaak naar milieu, dierenwelzijn en gezondheid. De vleesvervangers sluiten aan bij de wensen en argumenten van die groep. Voor de vleeseter spelen deze motieven bijna geen rol. ‘Er is een mismatch tussen de kwaliteit van de huidige vleesvervangers enerzijds en de wensen en behoeften van de vleeseters anderzijds´, stelt de promovenda. ´Vlees biedt alles wat ze willen, dus waarom zouden ze overstappen?´
Nepvleesworstje
De relatief onbekende groenteburger of het van soja gemaakte tofu komen qua smaak niet bij vlees in de buurt en zijn aan de meeste vleeseters niet besteed. Veel vleesvervangers geven volgens Hoek een minder verzadigd gevoel doordat er minder eiwit in zit dan in vlees.
Eetcultuur
Het grootste probleem met de nieuwe generatie vleesvervangers is dat nieuwe producten bij de Nederlandse vleeseter weinig aftrek vinden. Onbekend maakt onbemind. Hoek noemt deze conventionele voedselkeuze diplomatiek ‘onze eetcultuur’. Juist deze eerste hobbel, zo blijkt uit haar onderzoek, werkt in het nadeel van nepvlees. Hebben vleeseters die hobbel eenmaal genomen, dan gaan ze de vleesvervanger soms meer waarderen, raken ermee vertrouwd en wennen aan de smaak.
Toch heeft volgens de promovenda de acceptatie van nepvlees nog een lange weg te gaan. Om de vleesconsumptie toch te verminderen stelt ze daarom voor dichter bij het hart van de vleeseter te blijven, bijvoorbeeld met een product wat zowel vlees als plantaardige eiwitten bevat.
Bron: wetenschapsnieuws WUR
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 31 oktober krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 31 oktober krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
_480_289_84_s_c1.jpg)
De redactie meent te kunnen constateren dat Hoek een beperkt aantal producten in ogenschouw heeft genomen. Meatless ontbreekt als object van onderzoek en waar zijn bijv. de traditionele Aziatische low meat hapjes en wraps die buitengewoon populair zijn op dit moment en er bij de parttime Van der Valkjes van Mark Soetman ingaan als gehaktballen en koek, met een buitengewoon interessante marge voor de wederverkoper bovendien?
De redactie zou het interessant vinden een aantal succesvolle marketeers van nieuwe producten in plaats van promovendi - met alle respect natuurlijk - te laten nadenken over de marketing van 'vleesvervangers'. Als het minisymposium een dergelijke context heeft, is er sprake van toegevoegde waarde boven hetgeen hier inmiddels al herhaalde malen is besproken.
Redactie, is het een goed idee om Jos te vragen hier verslag uit te brengen van wat er op het vleesvervangende symposium verteld wordt? En waarom Annet denkt dat een campagne om de consument te bekeren geen zin heeft?
Ik ga er naar toe Lizet. Of er lupine producten bijzitten weet ik niet.
Jos, dit zijn mooie aanvullingen! Is hier iemand die naar dit symposium toe gaat en daar verslag van kan uitbrengen? En kun je op basis van haar onderzoek zeggen of dit louter over soja-producten gaat, of ook over lupine ook al is het niet meatless? En gaan de mensen van meatless de twaalfde wel mee praten?
Paar dingetjes;
In het proefschrift van Annet (dat ik nog niet helemaal gelezen heb, maar buitengewoon interessant vindt) werd Meatless niet meegenomen.
De laatste zin van de conclusies luidt als volgt:
"Het gaat een aanzienlijke tijd duren voordat vlees door plantaardige vleesvervangers zal worden vervangen. Het is daarom zeer de moeite waard om ook andere opties verder te onderzoeken voor een vermindering van de vleesconsumptie, zoals de mogelijkheden van een gecombineerd plantaardig/vlees eiwitproduct".
Een conclusie die wij de laatste vier jaar uitdragen, technisch hebben bedacht en ontwikkeld en tot een realistisch en werkbaar marktconcept hebben gevormd. Het omvormen van eetgewoonten kost een te lange periode en die tijd ontbreekt. Voor significante verschuivingen op afzienbare termijn is dus een andere meer innovatieve denkwijze nodig.
Zoals Trouw het een paar dagen geleden formuleerde:
"Een dag geen vlees eten draagt bij tot minder uitstoot van broeikasgassen. Bij de VION-bal, die immers 20 procent plantaardig materiaal bevat, kan je dus elke dag vlees eten, waarbij je toch om de vijf dagen eigenlijk geen vlees eet: virtueel een vleesloze dag inbouwt dus".
En tot slot: Dit onderzoek concludeert dat vleesvervangers op vlees moeten lijken, anders wordt het allemaal nog veel moeilijker. Ook dat is nu wetenschappelijk vastgesteld.
12 januari organiseert Annet een mini symposium over het onderwerp van dit proefschrift.