De Nederlandse kottersector boekte in 2019 een resultaat van €13 à €20 miljoen. Een forse daling ten opzichte van 2018, toen de sector €48 miljoen winst kon bijschrijven. Volgens Wageningen Economic Research signaleert drie hoofdoorzaken: een fors afgenomen opbrengst (€234 miljoen in 2019 tegenover €305 miljoen in 2018), hogere brandstofkosten en de coronacrisis. Door de sluiting van de horeca daalde de prijs van en vraag naar verschillende vissoorten. Als gevolg van de verminderde garnalenpelcapaciteit in Marokko door de reisbelemmeringen moesten de garnalenvissers hun vangsten sterk beperken.

In 2019 gaf de Nederlandse kottervloot zo'n €51 miljoen uit aan brandstofkosten, 22% van de totale opbrengst. De verwachting is dat door het pulsverbod overgeschakeld zal worden naar vismethoden die meer brandstof verbruiken, waardoor het brandstofverbruik van de vloot weer zal stijgen. Voor grote boomkotters kan dat een toename van meer dan 75% zijn
Ook voor 2020 en de nabije toekomst zijn de verwachtingen somber. Directe aanleidingen daarvoor zijn het dit voorjaar gesloten Noordzee-akkoord (waar de vissers zich niet aan hebben verbonden) dat waarschijnlijk veel visgrond verloren zal doen gaan door de ruimtetoekenning aan windparken en natuur, het verbod op de pulsvisserij, de brexit maar ook de sterk teruglopende schol- en tongvangsten. Naar verwachting zal de (wereld)markt tot zeker volgend jaar achterblijven bij het pre-corona vraagvolume.

Al die ontwikkelingen leiden vermoedelijk tot een te ruim aanbod zodat een daling van de visprijzen te verwachten is. Daarnaast heeft de coronapandemie een negatieve impact op de werkgelegenheid, het toerisme en de valutakoerse. De Wageningse viseconomen verwachten dat daarom "de besteding aan visproducten mogelijk tijdelijk zal dalen".

20% minder vis
De Nederlandse kottervloot, in 2019 291 schepen, bracht in 2019 circa 64 miljoen kilo vis aan wal, ruim 20% minder dan in 2018. De garnalenaanvoer nam met maar liefst 43% af - na het recordjaar 2018 voor de garnalenvissers lagen de vrieshuizen nog vol, met prijsdalingen tot gevolg. Maar ook de aanvoer van tong en schol daalde sterk, met respectievelijk -22% en -13%. Uiteindelijk is het Nederlandse scholquotum maar voor 45% benut en het tongquotum voor 63%. Ook de aanvoer van mosselen kwam een derde lager uit dan het seizoen 2019/2020; met 33 miljoen kilo was het de laagste aanvoer in de laatste 10 jaar. De totale waarde van de aangevoerde mosselen daalde met meer dan 20% naar €42 miljoen, het laagste niveau in de afgelopen 20 jaar.

Brandstof
In 2019 gaf de Nederlandse kottervloot zo'n €51 miljoen uit aan brandstofkosten, 22% van de totale opbrengst. "De verwachting is dat door het pulsverbod overgeschakeld zal worden naar vismethoden die meer brandstof verbruiken, waardoor het brandstofverbruik van de vloot weer zal stijgen. Voor grote boomkokotters kan dat een toename van meer dan 75% zijn," schrijft WER.

De exportwaarde van Nederlandse vis-, schaal- en schelpdierproducten steeg in 2019 met 5% tot €4 miljard. Opvallend is dat in dit cijfer ook de re-export van geïmporteerde en daarna bewerkte producten is inbegrepen. Voorbeelden daarvan zijn zalm en kabeljauw: "Beide vissoorten worden qua volume bijna volledig geïmporteerd en in Nederland (verder) verwerkt. Deze soorten zijn in volume de export van schol voorbijgestreefd."

De volledige resultaten zijn te vinden op www.visserijincijfers.nl.
Dit artikel afdrukken