Nederlandse eierboeren hebben het slecht. Nadat ze door overproductie al enkele jaren negatieve inkomsten scoren, kwam eind vorig jaar vogelgriep H5N8 nog eens over hun misère heen. Gelukkig helpen de in de VS uitgebroken H5N2 vogelgriep en een unieke voedselveiligheidspositie hen een beetje door de dip heen.

Vloeibare, gedroogde en diepgevroren eieren
Binnen enkele dagen mogen in Nederland verwerkte eieren naar de VS, waar de vogelgriep voor een nijpend eierentekort heeft gezorgd. Het gaat om vloeibare, gedroogde en diepgevroren eieren voor de productie van levensmiddelenmiddelen zoals sauzen, brood en gebak.

Dat maakte de Amerikaanse voedsel- en warenautoriteit FSIS begin deze maand bekend. Nederlandse fabrikanten wachten nog op goedkeuring van het definitieve exportcertificaat, maar dat zou slechts een formaliteit zijn, meldt Boerderij.

Alleen Nederland en Canada mogen verwerkte eiproducten naar de Verenigde Staten exporteren. Canada springt vanaf de Amerikaanse noordgrens bij. Normaal gesproken is het land zelf een importeur van eieren omdat het onvoldoende eieren voor eigen gebruik produceert. Door de grote tekorten in de VS neemt het land wat extra krapte in eigen land voor lief.

'Veilig, gezond en correct gelabeld'
Naast Duitsland, Frankrijk, Spanje, Portugal, Argentinië en Chili gaat Nederland bovendien hele eieren voor verwerking in de VS leveren. Nederland is samen met Canada echter het enige land dat op de thuisbasis wat extra geld kan verdienen door de verwerking binnen de eigen grenzen te kunnen doen. Dat is een gevolg van het feit dat onder de door vogelgriep getroffen legkippenhouders ook bedrijven waren die hun eigen eieren verwerkten. Nederland is uitgekozen om die weggevallen capaciteit te compenseren omdat het Nederlandse voedselveiligheidssysteem volgens de FSIS 'een veilig gezond en correct gelabeld' product garandeert.

Fotocredits: Eieren bij Wholefoods, Alex Barth
Dit artikel afdrukken