Milieudefensie rekent voor dat de genoemde bedrijven in 2019 samen verantwoordelijk zijn voor de uitstoot van 34,4 miljoen ton aan broeikasgassen. De totale directe jaarlijkse uitstoot aan verbrande benzine en diesel van al het wegverkeer in Nederland is 29,6 miljoen ton broeikasgassen. Uit ander door Milieudefensie betaald onderzoek zou blijken dat de drie zuivel- en vleesbedrijven geen effectieve plannen hebben om hun uitstoot flink te verminderen.
De vergelijking tussen wegverkeer en de productie van dierlijke eiwitten is niet helemaal eerlijk. Voor het vlees en de zuivel is de uitstoot van de gehele keten meegenomen. Voor het wegverkeer is de uitstoot die het maken van (vracht)auto's kost niet meegenomen. Evenmin is de uitstoot meegenomen die gepaard gaat met het maken en onderhoud van de infrastructuur (zoals wegen, garages, sloop) die nodig is om auto te kunnen rijden en de klimaateffecten van wegen door de reflectie van warmte.
Wereldwijd is het totale voedselsysteem (plantaardig en dierlijk) naar schatting verantwoordelijk voor 25% van de uitstoot van klimaatgassen. De uitstoot van transport, berekend op basis van alleen de uitstoot van operationele energiekosten, is goed voor 24%. Als de de maak- en infrastructuurkosten daarbij worden opgeteld, is transport volgens de vergelijkingswijze van Milieudefensie wereldwijd een grotere emissiebron dan voedsel, onze eerste levensbehoefte.
Voor het klimaateffect maakt de plek waar de uitstoot wordt gerealiseerd geen verschil omdat het klimaateffect van CO2-uitstoot overal ter wereld hetzelfde is. Daarom moeten de berekeningen van Milieudefensie als beeldvormend, maar weinig informatief worden getypeerd. Om te bepalen of de genoemde bedrijven hun uitstoot moeten temperen, zou de NGO hun uitstoot moeten vergelijken met soortgelijke bedrijven elders in de wereld. Het is niet ondenkbaar dat de Nederlandse bedrijven dan juist gunstig scoren. Dat neemt niet weg dat de vraag gesteld moet worden welke grote uitstoters weinig toegevoegde waarde voor Nederland hebben en - op basis van internationale klimaatverplichtingen - op rationele economische gronden het beste kunnen worden uitgefaseerd.
Nederland stootte in het pre-Covid jaar 2019 182,5 megaton CO2-equivalenten uit. Zo berekend zou het aandeel van de drie grote dierlijke Nederlandse producenten in de totale uitstoot 18,8% bedragen. Ter vergelijking: Hoogovens heeft een aandeel van 7% in de totale uitstoot, de Nederlandse luchtvaartsector (wereldwijd, alleen verbranding) 7,1%, elektriciteitsopwekking 23%, industrie en energie tezamen 52,6%.
Op 10 juni krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
:-) Graag gedaan Dick.
#75, Dank Jan Peter! Very illuminating, zou een onderkoelde Brit zeggen.
#76 Wouter. Leuke term; sweetheart-reports. Een soort Liegebeest-rapport dus?
Haha, het woord 'onderzoeker' niet waard dus. Vroeger noemde je dit sweetheart reports. Foodlog zou een logo moeten starten, dat we kunnen plakken op dit soort onderzoeken. Uiteraard is dat dan een no-okay-logo.
Hierbij de antwoorden van I&O research:
1. Waarom is gekozen voor stellingen (ervan uitgaand dat men een stelling eerder waar vindt dan niet waar)?
Er zijn stellingen gebruikt omdat deze een fijne manier zijn voor respondenten om zich te buigen over een situatie. Uw tweede punt is inderdaad een moeilijkheid.
Het maakt het nog moeilijker wanneer we meenemen dat negatief geformuleerde stellingen voor respondenten lastig in te vullen zijn. Zeker met dit ingewikkelde onderwerp hebben we ervoor gekozen de negatief geformuleerde stellingen (dwz een formulering als “we moeten A niet doen” of “het is niet goed als B er is”).
2. Hoe komt men tot de keuze van KLM, Shell en Tata steel, in de ogen van de burger zeer zware vervuilers?
Er is voor gekozen om deze bedrijven te kiezen om juist de verschillen te benadrukken.
3. Is het niet oz dat als je daar 'ineens' Friesland Campina, Vion en van Drie aan toevoegt dat dat ook als zware vervuilers wordt gezien?
Uit het onderzoek blijkt dat Nederlanders FrieslandCampina (over Vion en VanDrie kunnen we dat niet zeggen ivm de aantallen die hen kennen) minder vervuilend vinden dan de -in uw woorden- zeer zware vervuilers.
Dus nee, ik denk dat mensen zeker het verschil tussen FrieslandCampina en de andere drie bedrijven begrijpen. Dat zou wel kunnen bij Vion en VanDrie, maar we hebben alleen de mensen die deze bedrijven al zeggen te kennen, gevraagd wat naar hun bijdrage aan klimaatverandering.
4. Wat is de invloed op de resultaten dat nauwelijks iemand van Drie en Vion kent?
Het betekent vooral dat we weinig antwoorden hebben op de vraag hoeveel men denkt dat zij bedragen aan klimaatverandering. We doen over deze bedrijven dan ook geen uitspraken in onze rapportage. Zie ook antwoord bij 3.
5. Waarom is gekozen voor het woord 'bedrijven' en niet voor 'houderij'?
Volgens mij houden FrieslandCampina noch Vion of VanDrie zelf dieren zoals veehouderijen dat wel doen. Vandaar het verschil, maar dat kan ik mis hebben natuurlijk.
Milan Driessen, hartelijke bedankt voor de moeite.