Demissionair minister Carola Schouten van Landbouw heeft het maar druk dezer dagen. Zo druk dat er zelfs in het Haagse wordt gemopperd over het schrappen van belangrijke debatten. Blijkbaar weegt de bewindsvrouw de belangen van haar partij aan de formatietafel zwaarder dan de aanpak van de grote onderwerpen waar ze nog altijd verantwoordelijkheid voor draagt.

Afzeggen gaat naar alle waarschijnlijkheid niet gebeuren met het debat over haar begroting deze week op 1 en 2 december. En dus kan de minister zich gaan opmaken voor een verbale vuurwerkshow van ongekende proporties. Zelden was er immers zoveel aanleiding om over landbouwonderwerpen klare wijn te schenken als nu: stikstof, vogelgriep, mestoverschot en niet te vergeten het dierenwelzijn dat in ons veedichte landje steeds meer onder druk komt te staan. Oplossingen worden vooral gezocht in technische maatregelen en efficiëntere dieren die met zo min mogelijk voer zoveel mogelijk produceren. Echt duurzame landbouw lijkt verder weg dan ooit.

Vrijblijvendheid weggevaagd
Gelukkig heeft onze Staten-Generaal aan de bel getrokken. En hoe! In mei werd een amendement op de Wet dieren aangenomen die alle vrijblijvendheid onder het beleid van welke minister op het departement van LNV dan ook compleet wegvaagt; dieren mogen niet meer worden gehuisvest in systemen die leiden tot welzijnsproblemen. Duidelijk, volgens dierenbeschermers. Dan mag je dus geen varkensstaarten meer couperen of dieren hun natuurlijk gedrag onmogelijk maken. Uiteraard moeten dieren kunnen scharrelen, wroeten en grazen. En bovendien dienen ze daar genoeg ruimte voor te krijgen.

Dat vindt trouwens ook een meerderheid van de Nederlanders. In een representatief opinieonderzoek onder 1.200 Nederlanders vroeg Motivaction onlangs op verzoek van de Dierenbescherming of er een verbod moet gelden voor stallen waarin dieren minder ruimte krijgen dan ze nodig hebben. Een bevestiging kwam van 62% van de ondervraagden. Wanneer deze mensen sympathie hadden voor het CDA daalde dat met slechts twee procent en ook bij de partij van mevrouw Schouten, de ChristenUnie, vond ongeveer de helft van haar achterban dat een verbod passend zou zijn.

De veehouderij is alleen toekomstbestendig als ze ook dierwaardig is
Samen betalen
Nu snap ik best dat aanpassingen aan het veehouderijsysteem serieus geld kosten. De helft van de Nederlanders vindt blijkens het Motivaction-onderzoek dat de hele samenleving hier via de overheid, bijvoorbeeld in de vorm van subsidies, aan zou moeten meebetalen. Daarnaast vinden circa 3 op de 10 mensen dat ook consumenten en supermarkten moeten bijdragen. Ik ben het hier mee eens, en signaleer tegelijkertijd dat er momenteel miljarden worden uitgetrokken voor het terugdringen van stikstof- en broeikasgasemissies. Zorg dat dit geld besteed wordt aan win-winoplossingen, waarmee ook het dierenwelzijn drastisch wordt verbeterd, en niet zoals nu aan veelal single issue-beleid waarmee dieren niets opschieten of zelfs benadeeld worden. In de praktijk zijn al veel goede voorbeelden van dergelijke win-winoplossingen te vinden. De aangenomen wetswijziging is op z’n minst een aansporing om dit nu eindelijk te realiseren. Daarvoor zijn ambitieuze en concrete plannen nodig van de overheid.

Het Nederlandse publiek wil het in overgrote meerderheid, blijkens het onderzoek van Motivaction. Daar is onlangs nog eens een niet te negeren advies van de Raad voor Dierenaangelegenheden bij gekomen. Nota bene de minister zelf had de Raad gevraagd haar te rapporteren “over de randvoorwaarden voor de veehouderij van de toekomst, waarin het dier een positieve staat van welzijn ervaart”. De Raad, bestaande uit deskundigen uit tal van geledingen van de maatschappij waaronder ondergetekende, is minstens zo duidelijk als de gewijzigde wet en de wens van veel de meeste Nederlanders: de veehouderij is alleen toekomstbestendig als ze ook dierwaardig is.
Dit artikel afdrukken