In 2022 bedroeg de uitscheiding van stikstof in dierlijke mest 465 miljoen kilogram, die van fosfaat 148 miljoen kilogram. Dat is respectievelijk 4,9% en 1,7% onder de nieuwe stikstof- en fosfaatplafonds die de Europese Commissie heeft vastgesteld voor de Nederlandse veestapel, meldt het CBS op basis van voorlopige cijfers.

Stikstofuitscheiding versus stikstofuitstoot
Stikstofuitscheiding is niet hetzelfde als stikstofuitstoot, licht het CBS toe. "Bij stikstofuitscheiding gaat het om de stikstof die het dier produceert ‘onder de staart’, zonder aftrek van gasvormige verliezen in de vorm van ammoniak en andere stikstofverbindingen die optreden tijdens de opslag van mest." Bij stikstofuitstoot gaat het om stikstof die vervluchtigt, bijvoorbeeld in de vorm van ammoniak, uit opgeslagen mest, tijdens beweiding en tijdens het uitrijden van mest.

De stikstofuitscheiding in de mest van koeien, varkens, kippen en ander vee bleef in 2022 24 miljoen kilogram onder het vastgestelde stikstofplafond van 489,4 miljoen kilogram. Sinds 2017 is de stikstofuitscheiding van de veestapel afgenomen met 47 miljoen kilogram. De grootste bijdrage (34 miljoen kilogram stikstof) werd geleverd door de melkveehouderij, vooral door het houden van minder koeien en jongvee. Na de afschaffing van het melkquotum is in 2018 het fosfaatrechtenstelsel ingevoerd, dat tot een gestage afname van de stikstofuitscheiding in de melkveesector heeft geleid. In 2022 scheidden melkkoeien en jongvee 270 miljoen kilogram stikstof uit, 1,2% minder dan in 2021.

Ruwvoer versus mengvoer
De fosfaatuitscheiding in dierlijke mest bleef in 2022 met 148 miljoen kilogram gelijk ten opzichte van een jaar eerder, maar ligt wel onder het nieuwe productieplafond van 150,7 miljoen kilogram. Sinds 2017 nam de fosfaatuitscheiding af met 21 miljoen kilogram. De grootste bijdrage hieraan kwam van de melkveesector, met 11 miljoen kilogram. Wel nam de fosfaatproductie van de melkveesector vorig jaar met 1,7% toe ten opzichte van 2021. Dat hangt samen met de samenstelling van het ruwvoer: gras en snijmaïs. "Kuilgras dat in 2022 is gevoerd, bestaat voor een groot deel uit de grasoogst van 2021 en voor een deel uit de oogst van 2022. Die jaren was het stikstofgehalte van het gras relatief laag, waardoor het gemiddelde stikstofgehalte lager uitviel. Het fosforgehalte van het ingekuilde gras was in 2021 juist hoger en een groot deel hiervan is gebruikt in 2022," aldus het CBS.

Ook de stikstof- en fosfaatuitscheiding in varkens- en pluimveemest nam vorig jaar af, net als de 6 jaren daarvoor. De daling is met name te danken aan afname van het aantal dieren; varkens en pluimvee krijgt namelijk geen ruwvoer maar mengvoer waarvan de samenstelling vrij constant is. Van het overige vee in ons land, paarden, pony’s, schapen en geiten, bleef de mestproductie in 2022 nagenoeg onveranderd op 22 miljoen kilogram stikstof en 7 miljoen kilogram fosfaat.

stikstof- en fosfaatplafonds
  • Deel
Druk af