Alle meters staan in het rood. Dat is inmiddels iedereen duidelijk. Ons weer breekt telkens nieuwe records. De biodiversiteit holt achteruit. Onze gezondheid staat onder druk1. De stikstof emissies verzuren de natuur. De plastics verstikken het zeeleven. In ons voedsel komen we steeds meer bestrijdingsmiddelen tegen. En ga zo maar door…

Toch een zooitje geworden
In de vergadercircuits heeft het bij de beroeps-vergaderaars al jaren op de agenda gestaan. Er liggen torenhoge stapels rapporten. Er zijn volop argumenten aangedragen. Er zijn tal van oplossingen aangereikt. En toch is het een zooitje geworden. Want de belangen van de vleesindustrie wogen telkens zwaarder dan de argumenten om het in de hand te houden. En nieuwe oplossingen moesten wijken voor onbelemmerde groei. Want het hemd is nader dan de rok. En het algemeen belang heeft geen mediagetrainde woordvoerders, PR-medewerkers en lobbyisten in dienst. Daarom dit stuk.

Uitzonderingen en nooduitgangen
Gelukkig zijn er tekenen dat het tij nu aan het keren is. We zien het links en rechts terug in de visies voor de nieuwe Omgevingswet. We zien steeds vaker signalen voorbij komen in rapporten over het klimaat, over biodiversiteit, over onze omgevingskwaliteit dat het nu echt over een andere boeg moet. Europa en de Verenigde Naties trekken bij ons aan de bel. De tijd is voorbij dat boeren, die vanouds op het platteland altijd samen met hun RABO en hun CDA hier de dienst uitmaakten. Tientallen jaren werden er door de boerenlobby regelingen met maximale rek doorgedrukt. En als dat eens niet lukte werden er wel uitzonderingen en nooduitgangen geregeld. Daardoor zitten we inmiddels opgescheept met een oerwoud van kleine lettertjes waar iedere normale volksvertegenwoordiger in verdwaalt. Een jungle van regeltjes waarin handhavers door de bomen het bos niet meer zien.

Naast de landbouwlobby is er een tegenstroom op gang gekomen. Mondige burgers wisselen kennis en ervaringen uit en ze weten hun krachten digitaal te bundelen
Rek in regelingen
Maar nu de intensieve veehouderij daarin zelf het eigen spoor bijster is geraakt, klagen ze dat er te veel regeltjes zijn. Ze claimen zelfs dat juist zíj de oplossing hebben. Een oplossing die er op neer komt dat het allemaal vanzelf weer goed zal komen als we ze het zelf maar laten regelen. Het wrange is dat wij in het buitengebied aan den lijve hebben ondervonden wat de uitkomst is van tientallen jaren boeren-lobby-beleid. Door die rek in de regelingen hebben we een industriële veehouderij uit de grond zien schieten en hangt er over het platteland nu vrijwel altijd een deken van stank, fijnstof en endotoxinen. De risico’s voor de volksgezondheid zijn daardoor fors toegenomen. Want het belang van de veehouderij woog op alle niveaus telkens zwaarder dan het belang van de volksgezondheid2). Lucht, bodem en water zijn onder steeds zwaardere druk komen staan. Maar nu blijkt de natuur niet langer opgewassen tegen de alsmaar groeiende overdaad aan emissies van die vee-industrie. En het tij lijkt langzaam te keren.

Tegenstroom
Want naast de landbouwlobby is er een tegenstroom op gang gekomen. Mondige burgers wisselen kennis en ervaringen uit en ze weten hun krachten digitaal te bundelen. Er is een stroom van ongenoegen en verontwaardiging op gang gekomen over de landbouwpraktijken, de misstanden en de fraude. Het is alleen bijzonder lastig om de bakens ook daadwerkelijk te verzetten, want we leven ook nu nog onder de schaduw van die boeren-lobby-wetten uit het verleden.
Kloof tussen stank en papieren emissies.

Een pijnlijk voorbeeld daarvan zijn de ontwikkelingen rond de Wet Geurhinder Veehouderij. Met die wet in de hand werden op basis van bureau-berekeningen jarenlang vergunningen verleend voor de ene stal na de andere. Signalen van omwonenden dat het rond die stallen harder stonk dan berekend, werden stelselmatig genegeerd. Evenals protesten tegen het feit dat de optelsom van de geur van al die stallen bij elkaar niet ter zake deed. Maar ook hier werd recent een kentering zichtbaar. Want door Wageningen zelf werd uiteindelijk de breedte van de kloof tussen de daadwerkelijke stank en de papieren emissies van luchtwassers aan de kaak gesteld3. De publieke reuring daarover nam dergelijke vormen aan dat er een Commissie Biesheuvel4 werd ingesteld. En die kwam, tot de verrassing van velen, nu wél met een vernietigend rapport. Maar niet te vroeg gejuicht. Want het einde van het liedje lijkt te zijn dat de burgers als belastingbetaler hun eigen lucht mogen terugkopen via een saneringsregeling voor de varkenshouderij5. Wel een gemiste kans dat de politiek en de sector niet de moed hebben gehad om nu de aanzet te geven om écht schoon schip te maken door deze sanering te laten beginnen bij die bedrijven die het meeste stank produceren.

Het is niet de vraag óf, maar wanneer de overheid de zich opstapelende signalen over de noodzaak van fundamentele verandering serieus zal nemen. En wanneer ze de bestuurlijke moed hebben om niet om de hete brei heen te blijven draaien
Winst
De sector is weerbarstig. En de regelgeving is hard. Maar we winnen terrein. Soms zijn het kleine stappen. Zoals in de zaak uit Bronkhorst6 waar een boer – ondanks zijn geldige vergunning – toch veroordeeld wordt voor de schade die hij aanricht met zijn stank. Soms zijn het grote stappen. Zoals de vernietigende uitspraak van de Raad van State over de PAS, het Programma Aanpak Stikstof7. Het betreft hier echter bestuursrecht. En het is dan ook de vraag hoe dit in de praktijk zal uitpakken en of dit pas een begin is en ook buiten het stikstof-dossier zijn weerslag zal krijgen.8 En de samenwerkende burgers hebben ook het civiel recht weten te vinden. De Urgenda-uitspraak9 dwingt de regering zich aan haar eigen CO2-afspraken te houden. Onze regering handelt namelijk in strijd met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens door niet aan de zorgplicht voor haar ingezetenen te voldoen.

Burgers gaan zelf meten
Het tij is dus ook juridisch aan het keren. En soms zit het mee, maar soms zit het ook even tegen. Milieudefensie10 probeerde zo op te komen voor het tekortschieten van de luchtkwaliteit, waardoor 12.000 mensen per jaar voortijdig overlijden. Het lukte echter niet. De rechter oordeelde dat de Nederlandse Staat reeds voldoende doet. Maar de beweging zet door: een groep burgers loopt zich warm in een civiele zaak tegen de Staat11, om een eind te maken aan de overbelasting met stank door de veehouderij. Bestuursrecht biedt hierbij geen soelaas, want de boeren mogen via hun emissierecht immers vergund verontreinigen. Groepen burgers gaan nu de feitelijke luchtkwaliteit meten12 om aan te tonen dat ook hier de emissies stevig afwijken van de papieren werkelijkheid.

De wal zal het schip wel keren
De wal zal uiteindelijk het schip wel gaan keren. Want de vee-industrie kan - ook al hebben ze hun zaakjes in het verleden juridische goed verankerd - uiteindelijk de natuurkundige, ecologische en fysieke feiten niet langer negeren. Maar omdat dat decennialang stelselmatig wél gedaan is, is de rekening daardoor ook hoog opgelopen. En de burger zal uiteindelijk het kind van de rekening worden. Want dit heeft zich niet afgespeeld in een land met kolonels met zonnebrillen en martelkelders, maar is keurig democratisch gelegitimeerd in het stemhokje.

De vervuiler betaalt?
Als we de gebruikelijke opvattingen over het saneren van vervuiling en de verrekening daarvan zouden volgen, zou de rekening eigenlijk bij de veehouders neergelegd moeten worden. Zij hebben deze vervuiling immers ook veroorzaakt. Maar ik vraag me af of dit kabinet, waarin partijen zitten die ook bijgedragen hebben aan deze ontsporing van de veehouderij, de moed heeft om een dergelijke mea-culpa-maatregel te treffen. En eigenlijk moet de rekening ook niet bij de individuele boer komen te liggen. Het zou goed zijn als de (Z)LTO en hun coöperatieve neven en nichten, vanuit de kapitalen die zij hebben kunnen vergaren - dankzij hun jarenlange succesvolle lobby vóór de intensivering van de veehouderij - nu een stevige bodem zouden storten in een fonds voor sanering. Een ‘sorry’ zal er wel niet inzitten. Maar zo’n gebaar zou een beter signaal zijn dan de achterhoedegevechten die de boerenorganisaties in Brabant nu voeren om de staldering weer van tafel te krijgen.

in de situatie waarin we nu beland zijn, is volgens het Europese recht burgerlijke ongehoorzaamheid gerechtvaardigd
Duidelijk signaal
Dat zou een duidelijk signaal zijn. Naar de samenleving die met de dag beter beseft welk prijskaartje er eigenlijk hangt aan de ambitie om hier al die beesten te houden om de hele wereld te voeden. Maar ook naar deze regering. Want die hadden de boeren al een vrijkaartje vergeven voor de klimaattransitie. En ze lijken nu te broeien op een nieuwe list om de PAS-uitspraak te omzeilen.

Burgerlijke ongehoorzaamheid
Het is niet de vraag óf, maar wanneer de overheid de zich opstapelende signalen over de noodzaak van fundamentele verandering in de veehouderij serieus zal nemen. En wanneer ze de bestuurlijke moed hebben om niet om de hete brei heen te blijven draaien, maar nu de maatregelen te nemen die nodig zijn om erger te voorkomen. Want we moeten hoe dan ook naar een rigoureuze krimp van onze veestapel. We kunnen nieuwe rechtszaken aanspannen. En die zullen we steeds vaker winnen. Moeten we dan nu onze achterban oproepen om via de burgerrechter toch maar schadeclaims bij de boeren neer te leggen? Ik geloof niet dat we zo’n escalatie moeten willen. De boeren moeten niet om, maar het systeem moet om. In Den Haag moeten de bakens verzet worden. De visie op een circulaire kringlooplandbouw is er. We kunnen het ons alleen nu niet permitteren om de uitvoering daarvan voor ons uit te blijven schuiven. Is het tempo waarin we binnen de huidige ecologische crisis het ene record na het andere breken niet voldoende om onze regering te dwingen de daad bij het woord te voegen? Moet de wal het schip dan maar gaan keren? Want in de situatie waarin we nu beland zijn, is volgens het Europese recht burgerlijke ongehoorzaamheid gerechtvaardigd.

Bronnen
1. Meer blootstelling aan fijnstof, micro-organismen en endotoxinen rondom bedrijven met intensieve veehouderij leidt tot meer longontstekingen, zo blijkt uit ““mogelijke effecten intensieve veehouderij op gezondheid omwonenden ” IRAS Universiteit Utrecht, NIVEL, RIVM, 7 juni 2011.
2. Naar aanleiding van de Q-koorts onderzocht Floor Haalboom de historische achtergronden van door mens en vee gedeelde infectiezieken. De landbouw was beter en eerder georganiseerd dan het domein van de volksgezondheid.
3. In “Geurhinder van veehouderij nader onderzocht: meer hinder dan Handreiking Wgv doet vermoeden?” maakt Loes Geelen duidelijk dat de stankhinder vele mate groter is, dan in de Wet Geurhinder Veehouderij wordt aangenomen.
4. Adviesrapport Geur bekennen combi-luchtwassers, varkenshouderijen en geurhinder, Rijksoverheid..
5. Subsidie voor het beëindigen of innoveren van varkenshouderijen, Rijksoverheid.
6. Uitspraken ECLI:NL:RBGEL:2017:6442, rechtspraak
7. Op 29 mei 2019 heeft de Raad van State geoordeeld dat het Programma Aanpak Stikstof (PAS) niet voldoet aan de Europese eisen en is bestuurlijk Nederland in rep en roer.
8. Stikstof maakt meer kapot dan je lief is; de PAS uitspraak, Verkeer in Beeld.
9. Uitspraken ECLI:NL:GHDHA:2018:2591, Rechtspraak.
10. Rechtszaak voor gezonde lucht, Milieudefensie.
11. Dossier proces tegen de staat, Max 5 odeur.
12. Samen meten aan luchtkwaliteit, Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu.

Dit artikel afdrukken