Dat schrijft Picnic vandaag in een persbericht, waarmee het bestel- en logistieke bedrijf laat zien dat de melkfabriek niet meer nodig is. Dat is een revolutie in de zuivelindustrie. Tot voor kort moest melk eerst bij de boer worden opgehaald, naar de fabriek gereden om daar verwerkt te worden tot een homogeen product dat altijd hetzelfde smaakt en vervolgens weer weggebracht naar distributiecentra van supermarkten. Dankzij een door de Nederlandse, wereldwijd opererende melkmachinemaker Lely ontwikkelde melkverwerkingsinstallatie die direct gekoppeld is aan de Lely-melkmachine van de boer, hoeft dat allemaal niet meer.

Melkrobot
Een volautomatische melkrobot geeft de koe de vrijheid zelf te bepalen wanneer ze gemolken wordt, waarna de melk direct wordt gepasteuriseerd en gebotteld in een geavanceerde minimelkfabriek. Niet alleen is de melk als hij bezorgd wordt daardoor vers, de unieke smaak en kwaliteit blijven optimaal behouden. Bovendien is de melk goed voor dier en boer: de koeien hebben ‘vrij koeverkeer’ en de familie Oostdam krijgt een eerlijke prijs voor de ambachtelijke boerderijmelk.

“De keten is extreem kort, de melk is supervers en klanten weten precies waar de melk vandaan komt, dat vinden ze steeds belangrijker”, zegt Michiel Muller van Picnic. “Daarnaast vinden we dierenwelzijn en een eerlijke prijs voor deze ambachtelijke boerenmelk belangrijk.”

In de samenwerking met de boerderij van de familie Oostdam staat de gezondheid van de koe centraal. Ook vindt de familie een lage footprint en comfort voor de koeien belangrijk. In de serrestal bepalen de koeien zelf wanneer ze gemolken worden en mogen ze naar buiten als het weer het toelaat.

Mijn Melk
Familieboerderij Oostdam is de tweede in Nederland die gaat werken met de minimelkfabriek van Lely en zich aansluit bij Mijn Melk, een platform voor boeren die hun melk zelf verwerken en verkopen, zonder tussenkomst van een zuivelverwerker.

“Doordat we de melk zelf verwerken in een minimelkfabriek maken we de boerderij gereed voor de volgende generatie boeren”, zegt Yvonne Oostdam. Oudste zoon Niels (21) staat al in de startblokken en heeft de dagelijkse leiding over de geavanceerde minimelkfabriek.

Lely is opgericht in 1948. Het bedrijf ontwikkelt robotica en datasystemen die de koe centraal stellen en bijdragen aan dierenwelzijn, flexibiliteit en productie op het melkveebedrijf. Het hoofdkantoor staat in het Zuid-Hollandse Maassluis. De Lely Group telt wereldwijd 1.600 medewerkers en is in meer dan 40 landen actief.
Dit artikel afdrukken