Was de FAO, de voedsel- en landbouworganisatie van de Verenigde Naties, maar een wetenschappelijk tijdschrift, verzucht een van de ondertekenaars van de brief, hoogleraar milieuwetenschappen en -beleid Jennifer Jacquet, in The Guardian. "Dan kon je op zijn minst een correctie op het artikel verwachten”.

Wat is er aan de hand?

In december 2023 presenteerde de FAO op de klimaattop Cop28 het rapport getiteld 'Pathways toward lower emissions', een uitgebreide analyse van de wereldwijde broeikasgasemissies uit de veehouderij en hoe deze terug te dringen. Behrens en Hayek worden in het rapport geciteerd.

'Meer vlees'
Het rapport veroorzaakte nogal wat beroering, omdat de FAO erin suggereert dat de oplossing voor het wereldwijde voedselsysteem en honger niet in minder vleesproductie ligt, maar in méér intensief geproduceerd vlees en zuivel, zoals in het 'zeer efficiënte' Nederland. Geen nieuwe boodschap voor de vleessector, maar wel een welkome. Vlees zit immers in het verdomhoekje, omdat koeienscheten en -boeren zo'n grote bijdrage leveren aan de broeikasgasuitstoot van de landbouw.

Klacht
In april 2024 dienen Behrens en Hayek een klacht in bij de FAO. Ze vragen de FAO het rapport onmiddellijk terug te trekken wegens "talrijke framing-, methodologische en gegevensfouten". Het nieuws wordt opgepikt door The Guardian, die er een artikel aan wijdt. Volgens Behrens en Hayek onderschat de FAO mogelijke emissiebesparingen door minder veeteelt met een factor tussen 6 en 40. Ook zou de FAO de potentie van emissiereductie door minder vlees te eten 'systematisch onderschatten'. De FAO reageert met de belofte een 'technische dialoog' met Behrens en Hayes aan te gaan.

Dat viel in de praktijk vies tegen, zeggen Behrens en Hayek nu in The Guardian. Verder dan een webinar waar ze vragen konden stellen via een Q&A-box is het niet gekomen. "Er is geen serieuze reactie gekomen," zegt Behrens. "Op de overgrote meerderheid van onze klachten hebben ze helemaal niet gereageerd. Onze zorgen zijn nauwelijks erkend, laat staan dat er serieus op is ingegaan. Het was alsof we tegen een muur opliepen. De FAO heeft grove fouten gemaakt die dringend gecorrigeerd moeten worden om haar wetenschappelijke geloofwaardigheid te behouden.”

De FAO is de belangrijkste bron voor landbouwdata wereldwijd, en FAO-rapporten worden routinematig gebruikt door gezaghebbende instanties zoals het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) van de VN. Maar tegelijkertijd moet de FAO ook de productiviteit van de veestapel verhogen om zo honger tegen te gaan en voedselzekerheid te bevorderen. Dat leidt al gauw tot belangenverstrengeling. En in dit geval heeft de FAO "keuzes gemaakt in hun methodologie om de status quo van groeiende vleesproductie en -consumptie in stand te houden," aldus Jacquet. Dat geeft geen pas voor een gerespecteerd VN-instituut dat gegevens en beleidsaanbevelingen levert met grote internationale invloed. "Een hogere standaard van wetenschappelijke nauwkeurigheid is vereist.”

Het is niet ondenkbaar dat de FAO met haar rapport heeft willen uitdrukken dat de vleesconsumptie in de wereld stijgt omdat de wereld minder maakbaar is dan ingenieurs van gedachten over een duurzamere wereld zouden willen. Als de consumptie stijgt in landen met een laag-intensieve veesector is het beter die te intensiveren, zoals Henk Breman en Wouter van der Weijden betoogden in een FAO/OECD-publicatie die zij schreven naar aanleiding van een serie artikelen op Foodlog.

Wat verwijten de onderzoekers en milieuorganisaties de FAO?

Het belangrijkste verwijt is dat de FAO de emissiereducties die kunnen worden bereikt door een lagere vleesconsumptie en meer plantaardige voeding drastisch onderschat en daarom saboteert.

Als voorbeelden dragen de briefschrijvers op FoodNavigator de volgende punten aan:
  • Door elkaar halen van baselines in analyses: het rapport vergelijkt emissiebesparingen op basis van huidige voedingspatronen met emissiebesparingen op basis van een scenario voor 2050 waarbij alles doorgaat zoals het nu gaat (business-as-usual). Dit leidt ertoe dat de reductie van vleesconsumptie die nodig is om emissiedoelen te bereiken, wordt onderschat.

  • In het rapport zijn emissies meegenomen van toenemende consumptie van fruit, noten en groenten, ongeacht of deze gegeten worden in plaats van vlees. Het zou juist zijn deze alleen mee te nemen wanneer de consumptie ervan direct gelinkt is aan consumptie als vleesvervangers. Verhoogde consumptie van fruit en groenten is namelijk sowieso nodig, ongeacht of er minder vlees wordt gegeten.

  • De FAO zou emissies van toenemende vleesconsumptie dubbel tellen, en tegelijkertijd de mogelijke emissiereductie door een verandering in voedingspatroon onderwaarderen.

  • Het rapport houdt geen rekening met de potentiële emissiereductie door het vrijkomen van land dat anders gebruikt zou worden voor vleesproductie

  • Ook laat het rapport de opportuniteitskosten van koolstofvastlegging op niet-landbouwgrond weg.

  • De FAO zou de recente voedingsrichtlijnen van China, die minder vlees aanbevelen, buiten beschouwing laten. Aangezien China 17% van de wereldbevolking uitmaakt, zou dit een aanzienlijke impact op de emissies kunnen hebben.

  • Het ambitieniveau voor rijke landen stelt teleur: vanwege zorgen over voedselzekerheid in armere landen doet het rapport geen sterke aanbevelingen voor vlees- en zuivelreductie. De briefschrijvers stellen dat deze veranderingen juist wél haalbaar zijn in rijkere landen en dat de FAO ambitieuzer zou moeten zijn in deze context.

  • Het rapport baseert zijn definitie van ‘duurzame en gezonde voedingspatronen’ op nationale voedingsrichtlijnen. Maar de meeste richtlijnen houden geen rekening met duurzaamheid.

Dit artikel afdrukken