Mensen weten niet meer hoe voedsel gemaakt wordt, waar het vandaan komt en wat het voor ze doet. Ondanks dat er inmiddels Europese regelgeving is over wat er op etiketten moet en mag staan, gaan marketingafdelingen van de voedselproducenten daar nogal luchthartig mee om. Dat stelt vertrekkend hoogleraar Tiny van Boekel.
Tiny van Boekel neemt deze zomer afscheid als hoogleraar productontwerpen en kwaliteitskunde aan de WUR, In een interview in de Consumentengids, aangehaald door VMT zegt hij dat het droevig gesteld is met de etikettering van voedingsmiddelen.
Als voorbeeld haalt hij een potje light-pindakaas aan, waar op het etiket staat dat er 30 procent minder vet in zit. Dat het vet vervangen wordt door koolhydraten, staat er niet op. Van Boekel vindt dat 'moreel niet in orde' , want daarmee is de light-pindakaas minder light dan het lijkt. De regelgeving ten aanzien van voedings- en gezondheidsclaims gaat hem niet ver genoeg. Op andere fronten is diezelfde regelgeving volgens hem echter een beperkende factor. Met name vernieuwing lijdt onder de zware bureaucratische eisen. Zo mag een fabrikant bijvoorbeeld niet zomaar insecten verwerken in voedingsmiddelen, zonder dat met een uitgebreid dossier te hebben aangetoond dat dat ongevaarlijk is.
Van Boekel maakt zich vooral ongerust over het gebrek aan transparantie in de voedingsmiddelenindustrie en de rol van de marketingafdelingen daarin. Volgens hem zijn werknemers in de voedingsmiddelenindustrie 'trots op wat ze maken en stoppen ze veel liefde in het product'. Daarna gaan echter de marketingafdelingen met hun producten aan de haal. Mooie plaatjes spiegelen de consumenten een totaal vertekend beeld voor van hoe het voedsel dat zij kopen gemaakt wordt. Van Boekel: “Op korte termijn boeken ze er misschien winst mee, omdat ze meer potjes verkopen. Maar op lange termijn schieten ze zichzelf in de voet, omdat ze het vertrouwen van de consument ondergraven.”
Fotocredits: ATIS547, Marie Callender's "Inspired by Grandma" diepvriesmaaltijd
Dit artikel afdrukken
Als voorbeeld haalt hij een potje light-pindakaas aan, waar op het etiket staat dat er 30 procent minder vet in zit. Dat het vet vervangen wordt door koolhydraten, staat er niet op. Van Boekel vindt dat 'moreel niet in orde' , want daarmee is de light-pindakaas minder light dan het lijkt. De regelgeving ten aanzien van voedings- en gezondheidsclaims gaat hem niet ver genoeg. Op andere fronten is diezelfde regelgeving volgens hem echter een beperkende factor. Met name vernieuwing lijdt onder de zware bureaucratische eisen. Zo mag een fabrikant bijvoorbeeld niet zomaar insecten verwerken in voedingsmiddelen, zonder dat met een uitgebreid dossier te hebben aangetoond dat dat ongevaarlijk is.
Van Boekel maakt zich vooral ongerust over het gebrek aan transparantie in de voedingsmiddelenindustrie en de rol van de marketingafdelingen daarin. Volgens hem zijn werknemers in de voedingsmiddelenindustrie 'trots op wat ze maken en stoppen ze veel liefde in het product'. Daarna gaan echter de marketingafdelingen met hun producten aan de haal. Mooie plaatjes spiegelen de consumenten een totaal vertekend beeld voor van hoe het voedsel dat zij kopen gemaakt wordt. Van Boekel: “Op korte termijn boeken ze er misschien winst mee, omdat ze meer potjes verkopen. Maar op lange termijn schieten ze zichzelf in de voet, omdat ze het vertrouwen van de consument ondergraven.”
Fotocredits: ATIS547, Marie Callender's "Inspired by Grandma" diepvriesmaaltijd
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Bij Unilever zit marketing in Rotterdam, en R&D in Vlaardingen. Dit spanningsveld is heel herkenbaar als Rotterdam versus Vlaardingen.....
Nederlanders noemen dat een gedragscode. Deontologie is hier een moeilijk woord.
Bij mijn weten is die er niet. Etiketten zijn een verjuridiseerd onderwerp.
Opvallend is Tiny's accent op de eerbaarheid van industrieel voedsel en de laakbaarheid van de etiketsamenstelling. De name & shame beweging kijkt wel naar het tweede, maar niet naar het eerste. De misverstanden die Foodwatch & Co verzorgen zijn dan ook niet van de lucht, terwijl een gedragscode zo'n eenvoudige stap zou kunnen zijn.
Een deontologische code voor marketeers? Of is die eral, maar vegen ze er hun reet aan?