Het verbeteren van de volksgezondheid is dankzij het vorig jaar november gesloten Preventieakkoord een gedeelde verantwoordelijkheid geworden, ook van de voedings- en alcoholindustrie. En daar zit de weeffout. Nu de belanghebbende industrie mee mag praten, is meewerken een keuze in plaats van een verplichting in het algemeen belang geworden. Wie de belanghebbenden laat meepraten, belandt in een onderhandelingstraject waarin het moeilijk is om een forse suikertaks of het verminderen van verkooppunten van alcohol te realiseren.
De volksvertegenwoordiging is er om voor het oog en oor van de burgerij te komen tot goede en begrijpelijke beslissingen op basis van argumenten in het algemeen belangStaatssecretaris Paul Blokhuis wil producenten juist niet uitsluiten met als argument dat zij uiteindelijk moeten zorgen voor een gezonder aanbod. Blokhuis geeft wel alvast uitvoering aan een andere afspraak: €2 miljoen subsidie voor scholen om 1.000 nieuwe watertappunten aan te leggen op schoolpleinen, meldt de Rijksoverheid vandaag.
Toebes en Dute zijn van mening dat het akkoord te weinig sancties oplegt. De hoogleraren willen minder termen als ‘afspraken’, ‘evaluatie’ en ‘onderzoek’ en meer wettelijke regelingen. "Gezondheid leent zich niet voor compromissen," zeggen ze.
Ook kritiek van Raad van State
Die kritiek is in lijn met het democratisch tekort dat de Raad van State in zijn jaarverslag signaleert. Volgens de Raad "ondermijnt de Tweede Kamer haar macht door de plannen van maatschappelijke akkoorden om te zetten in wetten," schrijft de NRC.
Behalve het Preventieakkoord liggen er inmiddels ook een Klimaat-, Energie- en Woonakkoorden. Enerzijds is het begrijpelijk dat de politiek met maatschappelijke organisaties om tafel gaat. Dat haalt een té grote verantwoordelijkheid voor beleid weg bij de politiek, vindt de Raad. "Wetten worden steeds meer gebruikt om legitimiteit te geven aan gemaakte afspraken. De plannen die uit de akkoorden komen moeten vervolgens alleen nog als wet door de Tweede Kamer. De ‘rechtstatelijke waarborgen’ van wetten komen daardoor in het nauw," vervolgt de NRC.
In het Energeia-katern van het Financieele Dagblad klinkt het aanmerkelijk scherper. De akkoorden lappen het democratische politieke proces in het parlement aan hun laars: Door de vele inspraakprocedures en sociale, politieke en maatschappelijke akkoorden geeft de wetgever deels zijn eigen taak uit handen en dreigt het wetgevingsproces te verworden tot 'een stempelmachine' voor deelbelangen. Dat is funest voor het vertrouwen van de burger in de democratische rechtsstaat, waarschuwt de Raad van State in haar donderdag verschenen jaarverslag. Daarin roept zij regering en parlement op hun taak als wetgever beter op te pakken. “Cruciaal is dat de wetgever zelf de belangrijkste keuzen maakt in de wet”, schrijft de belangrijkste adviseur op het gebied van wet- en regelgeving.
Privaat versus publiek belang
De twee lijnen van kritiek zijn eenvoudig samen te vatten. De vakhoogleraren Toebes en Dute maken zich zorgen over de inperking van het algemeen belang door akkoorden op te stellen die mede vanuit het (private) financiële belang van een sector zijn opgesteld. Daardoor zullen ze nooit voldoende ingrijpend zijn om de gewenste systeemveranderingen tot stand te brengen. De Raad van State bekritiseert de ontwrichting van de politieke functie van het parlement door de focus op akkoorden als kern van de besluitvorming in de volksvertegenwoordiging. We kiezen de leden van de Tweede Kamer niet om te oordelen over akkoorden die in achterkamertjes uitonderhandeld zijn. De volksvertegenwoordiging is er om voor het oog en oor van de burgerij te komen tot goede en begrijpelijke beslissingen op basis van argumenten in het algemeen belang.
Vice-president Thom de Graaf waarschuwt in een symposium over de #waardevandewet om terughoudend te zijn met met kaderwetten en experimenteerwetgeving. #jaarverslag pic.twitter.com/PnEU8c4hvs
— Raad van State (@RaadvanState) April 11, 2019
Mooi symposium over de waarde van de wet nav Jaarverslag @RaadvanState met Ankie Broekers, Frank van Ommeren, Reinier van Zutphen en Jaap Polak. Hernieuwde aandacht voor de normatieve wet. pic.twitter.com/d7v04Yh5rI
— Thom de Graaf (@Thdegraaf) April 11, 2019
Op 10 juni krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Dus je zit met de industrie aan tafel, buiten het parlement om, omdat je wil dat zij het gezonde aanbod moeten leveren.
Vervolgens stuur je een brief naar datzelfde parlement omdat je vindt dat de industrie te langzaam beweegt bij productherformulering. Hùh..?
Wel lastig proces hoor, er is steeds meer roep om participatieve democratie naast representatieve democratie. Dat snap ik op gemeentelijk niveau, maar of deze thema's van Gezondheid en Klimaat zich daar goed voor lenen weet ik nog niet.
Nog even los van het feit of je bedrijven moet toelaten in een participatief proces.
Een interview met een kop die mijn aandacht onmiddellijk trokt (hoewel de tekst me vervolgens wat tegenviel) in de Volkskrant met de vice-voorzitter van de Raad van State, Thom de Graaf.
De kop geeft iets aan waar ik van denk: precies raak. Kun je de elite vertrouwen? Dat is de vraag.
Het tekstdeel waar de kop aan is ontleend, is - terecht - iets genuanceerder: is de elite verbonden met het volk?
Ik heb zo'n donkerbruin gevoel in mijn onderbuik dat ook de discussie over EAT en de ingetrokken steun van de WHO met precies diezelfde vraag te maken heeft.
De RvS die deze vragen stelt: 10 duimen!
Simone Hertzberger, ik weet dat jij hier een duidelijke mening over hebt.
Zou jij willen aangeven hoe je aankijkt tegen de staatskundige kritiek van de beide hoogleraren en de analyse van de RvS?
Dick Veerman #3 Inderdaad heb ik een duidelijke mening over de rol van wetgeving en de rol van convenanten tussen overheid en bedrijfsleven die na soms jaren onderhandelen tot stand komen.
Als men iets echt belangrijk vindt (ik bedoel ECHT), dan neem je krachtige maatregelen op wettelijk niveau. Ik vind dat de gezondheidsproblematiek zoveel extra geld kost en leed veroorzaakt in de bevolking, dat je daar met enige kracht iets aan mag doen. Zie ook de draad van vandaag: Meer doden door ongezond eten dan door welke andere risicofactor dan ook
Het is beter iets te doen dan niks te doen. Vaak werkt het volgende: Als minister of staatssecretaris zeg je dat je een wet gaat invoeren met de belofte dat je na een jaar evalueert of deze wet goed uitpakt. Indien niet, dan beloof je de wet bij te stellen. Dat is meestal een behoorlijke geruststelling.
Voor zo een houding, dus geen onderhandeling, is politieke moed nodig.
Je ziet een dergelijk voorbeeld in het verbannen van de snorfiets van het fietspad in het centrum van Amsterdam. Ik bewonder dergelijke moed. Slappe aftreksels door onderhandelingen, zoals convenanten, helpen vaak alleen met dreigende wetgeving op de achtergrond, zonder verdunning door lobbyend bedrijfsleven.
Dit standpunt van mij werd niet altijd gedeeld door de bedrijven en branche-organisaties in food.......ach ja, je hoeft niet altijd mee te lopen toch?
Lobbyen is echter een onderdeel van democratie.
Als je iets wilt bereiken zonder er geld uit aan te geven lijkt het mij wel verstandig om de partijen die het nieuwe beleid uit moeten voeren er (op tijd) bij te betrekken. Dan kan je een tijdspad maken waardoor er minimaal geld van de overheid nodig is en zo een effectief resultaat behalen.
In een vergaderkamertje van alles bedenken is ook prima maar dan weet je zeker dat je er vele miljarden achteraan kan gooien om het een en ander voor elkaar te krijgen en dan is het nog maar de vraag of het allemaal op tijd klaar is.