Supermarkten spelen een grote rol in voedselverkoop, maar momenteel is maar een klein percentage van hun producten duurzaam. Duurzame producten zijn nogal eens iets duurder om te produceren. Omdat die producten nog vaak in een niche zitten en consumenten ze minder gemakkelijk van het schap pakken, maken supermarkten ze flink duurder voor de consument dan wanneer ze in massa zouden worden verkocht. De vraag is dan ook hoe je consumenten zo ver krijgt meer te betalen voor een product met hetzelfde nut als het duurzamer is, maar geen extra en direct merkbaar voordeel oplevert. Een appel of glas melk hebben vrijwel hetzelfde voedingsnut, of ze nou duurzaam zijn of niet.
Om het duurzamere product toch beter te laten verkopen, zijn de volgende oplossingen denkbaar:
1. Verander de spelregels in de retailsector
Maak niet-duurzame producten verplicht duurder, zodat een nieuwe margemix ontstaat en wel zodanig dat duurzame producten goedkoper worden dan niet-duurzame. Consumenten zullen de duurzame keuze dan gemakkelijk omarmen.
2. Doe een overheidsinterventie
De overheid kan de btw op erkend duurzame producten verlagen naar 0. Dit maakt duurzame producten goedkoper en moedigt producenten aan om hun producten van een duurzame kwalificatie te voorzien. Vooral voor producenten is het van psychologisch belang dat de overheid met deze maatregel laat zien dat zij het meent met duurzaamheid.
3. Vergroot de bewustwording
Zet communicatieprogramma's op om consumenten zich meer bewust te maken van het belang van duurzaamheid, zodat ze uiteindelijk vaker voor duurzame producten zullen kiezen.
4. Voer wettelijke verplichtingen in
De overheid stelt wettelijke normen op die bepalen hoe groot het aandeel duurzame producten op onze kassabon of in het schap moet zijn. De eerste optie is een lastige, de tweede een haalbare maar geen garantie op de duurzame keuze van de consument.
5. Verbeter de productie- en marketingkant
Producenten kunnen hun productie- en marketingstrategieën verbeteren om duurzame producten aantrekkelijker te maken voor consumenten. Dat zijn strategieën waar bedrijven als Unilever en HAK nu al jaren aan werken.
Ik denk dat de eerste optie het meest effectief is. Door duurzame producten goedkoper te maken en niet-duurzame producten duurder, blijft er keuzevrijheid voor consumenten en worden duurzame producten toegankelijk voor mensen met lagere inkomens. Wat is er nou mooier dan supermarkten die kunnen zeggen dat ze hun margebeleid zo hebben aangepast dat ze van de producten die beter zijn voor de wereld en hun klanten, de logische en bereikbare keuze hebben gemaakt?
De andere maatregelen spelen allemaal een bijrol.
De overheid kan haar rol nemen door de btw op duurzame producten te verlagen. Dat moet ze zorgvuldig aanpakken om geen greenwashing op te roepen. Om te beginnen moeten de standaards van duurzaamheidskeurmerken nadrukkelijk worden geijkt aan goed onderbouwde duurzame standaards. Daarnaast is het belangrijk om begrip en acceptatie te blijven kweken teneinde draagvlak te creëren bij de bevolking om deze maatregelen te laten slagen.
Als we als samenleving echt meters willen maken om onze voedselconsumptie te verduurzamen, laten we dan beginnen vast te stellen of dit de juiste uitgangspunten zijn.
Op 31 oktober krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Verleden heden en toekomst van C. T de Wit. Verplichte kost voor de propagandisten van Boerderij van de Toekomst zonder vraagteken.
Bij Bio wordt maatschappelijke schade wel verdisconteerd? Of veroorzaakt Bio helemaal geen maatschappelijke schade?
Duurzamere voedsel productie gaat in de regel gepaard met een lager productievolume. Een boer krijgt wel een hogere prijs maar het productievolume daalt tegelijkertijd. Als boer schiet je er niks mee op. En een boer mag inleveren wanneer de daling van het productievolume groter is dan de hogere prijs.
Rekensommetje: Bij een onduurzaam productievolume van 100kg product á €1,00 is er een financiële opbrengst van € 100,00 voor de boer. Bij een overstap naar een duurzaam productievolume van 90kg product á € 1,10 is er een financiële opbrengst van € 99,00. Wat moet je als boer nu? Iedere niet-boer wordt tevreden met duurzame voedselproductie en de boer mag daarbij inkomen inleveren.
Nog een toegift: waarom zijn duurzame producten duurder voor een consument?
a) Duurzame producten zijn met name in hun beginfase (en soms altijd) wat duurder qua productiekost. De lage prijs van het vergelijkbare “gangbare” product is een rechtstreeks gevolg van het niet direct verdisconteren van maatschappelijke schade.
b) “wat duurder” is overigens op producentenniveau vaak een klein nominaal verschil (zeker in verhouding tot de uiteindelijke consumentenprijs)
c) De beginfase wordt per definitie gekenmerkt door lage omzetten en daardoor in de kostprijs extra gehandicapt. Die fase duurt vaak jaren tot wel twee decennia (denk bijv aan de ontwikkeling van zonnestroomproductie waarbij de kostprijs letterlijk is gedecimeerd in 20 jaar)
d) Dit duurdere product krijgt in de winkel, meestal in een betrekkelijk korte aanvangsfase, een iets hogere prijs mee dan het vergelijkbare niet duurzame product (meestal ter grootte van de verschillen in aankoopkost).
e) Omdat de gemiddelde consument duurzaamheid nog niet echt geïntegreerd heeft in zijn persoonlijke aankoopbeslissingen blijven de verkopen op een betrekkelijk laag niveau hangen.
f) Vervolgens “plakt” de category-manager er op termijn een hogere marge op; want dat is nu eenmaal de economische “mores” in supermarkt-land.
Dat is het tragische lot van duurzame producten in een notendop. Prachtige maatschappelijk gewenste producten die duur gevonden worden en als elitair betiteld worden.
De discussie draait al snel over het concept duurzaamheid. En zoals ik in #9 reeds schreef is dat een expertisegebied waar je al snel pagina`s mee kan vullen.
De aanleiding was: “De verduurzaming van de voedselketen is taaie kost. Het proces komt maar langzaam op gang omdat de markt niet wil betalen voor duurzame producten die duurder zijn.” Tom Poes verzin een list.
Welnu 5 maatregelen verzonnen waarvan de eerstgenoemde bij mijn weten nauwelijks onderdeel is geweest van debat over een mogelijke oplossing.
Ik vind het een heel elegante aangezien:
1) Het nu eens geen overheidsbudget kost
2) de kopers van onduurzame producten betalen de korting van de duurzame; (het werkt dus ook nog eens 2 kanten op qua opvoeding)
3) het de retail geen geld kost, oftewel zij hebben geen reden om niet mee te werken
4) het de huishoudens met een kleine portemonnee niet raakt
5) een enorme stimulans geeft aan het bedrijfsleven om een sterk groeiende marktvraag in te vullen en daarmee flinke stappen te maken in de omslag naar duurzaam produceren.
Dat dit type maatregel stevige gevolgen kan hebben laat de energietransitie zien waar het voor de energie-afnemers ook prijstechnisch nauwelijks meer uitmaakte welke (groene of grijze) stroom je afnam.
[Ik ben overigens ook de eerste om toe te geven dat wanneer maatregel 1 omarmt gaat worden er nog veel werk te doen is. Dan moeten er echt spijkers met koppen geslagen worden welke producten dat kenmerk mag dragen. Ik zou er dan voor pleiten om de lat echt hoog te leggen (zie bijv. het lijstje wat we bij de Akker van de Toekomst hanteren); bovendien zoals ik in #9 aangaf wil ik er echt de “gezonde” producten bij opnemen, oftewel “gezond en duurzaam”. Voor de discussie beter lijkt mij dat dat “kwalificatie-onderdeel” een aparte draad krijgt]