Integratie
Dat hoeft geen probleem te zijn, als de sector zich hiermee goed redt. Maar de urgentie om wel iets te veranderen is groot. Ik geef twee redenen.
Figuurlijk gesproken, is de inspectie genoodzaakt om 1 kilo te vernietigen als slechts 1 gram besmet isDe eerste is de controle op voedselveiligheid. Die blijft symptomen bestrijden en is 'reflectief'. Dat laatste woord gebruikte Inspecteur Generaal Rob van Lint in zijn openingsspeech van het Voedselveiligheidscongres van Sdu en Foodlog. Hij vertelde dat het de inspectie regelmatig grote moeite kost in korte tijd data boven water te halen. Mede hierdoor is de inspectie genoodzaakt, figuurlijk gesproken, 1 kilo te vernietigen als slechts 1 gram besmet is. Laat staan dat de inspectie tijdig weet waar problemen kunnen ontstaan. Dat kan als data geïntegreerd worden en permanente monitoring plaatsvindt.
Ten tweede staat de positie van de Nederlandse agrofoodsector onder druk. Boeren en overheid zijn trots op onze positie als tweede exporteur in de wereld. Terecht, maar het is niet vanzelfsprekend dat Nederland die positie behoudt. Juist de grote productiecapaciteit oogst veel kritiek. Wij produceren voor de wereldmarkt, maar worden ook opgezadeld met de uitwassen van een te hoog opgevoerde milieudruk. Dat verontrust een steeds grotere groep mensen.
Wil Nederland voorop blijven lopen, dan zal ons land juist op het gebied van automatisering en digitalisering de rest van de wereld voor moeten blijven. De concurrentie vanuit de VS en vanuit China is enorm. Die landen hebben in andere sectoren inmiddels grote vooruitgang geboekt met de toepassing van digitale systemen. Die worden nu de foodsector ingebracht. Kijk maar naar de moderne supermarkten in beide landen. Vooral de Hema in China is bijzonder, de fysieke winkelketen waar online retailer Alibaba de allernieuwste datatechnologie inzet.
Toch denk ik dat ketens in de agrofoodsector anders moeten worden georganiseerd, voordat boeren profijt kunnen hebben van moderne toepassingen van digitale techniekenOrganisatie van de keten
Er is veel enthousiasme over digitalisering. Vooral blockchain wordt gezien als het nieuwe middel dat Nederland gaat helpen een grote sprong voorwaarts te maken. Toch denk ik dat ketens in de agrofoodsector anders moeten worden georganiseerd, voordat boeren profijt kunnen hebben van moderne toepassingen van digitale technieken.
De producent, die ik voor het gemak de boer noem, is de logische partij om data te verzamelen en integreren. Nu verzamelen diverse partijen in de productieketen data en zoeken ze naar mogelijkheden om daar zelf profijt uit te halen. De boer heeft voorlopig het nakijken en de keten als geheel wordt er niet beter van.
De boer is echter niet in staat data te verzamelen en te beheren omdat hij daar de middelen niet voor heeft. Gevolg is dat machinebouwers, diervoederproducenten en diverse andere spelers in de productieketen afzonderlijk data verzamelen, maar deze moeilijk kunnen integreren.
Dit zal veranderen als de boer een centrale rol gaat spelen in de dataproductie van voedsel. Hoewel het publiek dat misschien zelfs wel van hem verwacht, zijn zowel zijn rol als zijn ambitie in de praktijk beperkt. Om de boer zijn rol te laten nemen, moet hij dus gefaciliteerd worden; afnemers, inspecteurs en de regelgever kunnen de gewenste verandering in de keten stimuleren door hem als bron zijn rol te geven.
Laat de boer zo lang mogelijk eigenaar van het product en de daarbijbehorende data blijven; het liefste tot het moment dat hij het verkoopt aan een eindgebruiker. In veel gevallen is dat een supermarkt; in andere gevallen is dat de fabriek die een product verwerkt tot een eindproduct.
Nu is de boer slechts een gezichtsloze schakel in een keten van vele spelers. Die worden op enig moment allemaal eigenaar van het product. Maar juist in de fase tussen boer en afnemer (lees: supermarkt) gebeuren dingen die moeilijk te traceren dan wel te controleren zijn. Dat is het grijze tussenstuk in bovenstaand plaatje. Die fase is nu te groot en daardoor te ondoorzichtig. Door die fase in te korten, vergroten we de kans op transparantie en monitoring.
Op die manier kan een boer verantwoordelijk worden voor een product dat hij aflevert aan de markt. Nu wordt hij er wel op aangesproken, maar staat hij vaak machteloos. Hij heeft doorgaans geen enkel zicht op wat er gebeurt met zijn vlees, spinazie, melk, aardbeien of eieren zodra die zijn erf hebben verlaten.
Digitaal paspoort
Sumer Johal spreekt van een 'black box for foodcompanies', een 'zwarte doos' waarin alle gegevens over een product worden vastgelegd. Boeren kunnen hun producten voorzien van een middel dat gedurende hele reis door de keten wordt geupdate met gegevens over de productie, het transport, de sortering en verwerking van het product. Denk aan een streepjescode op een ei. Als we op deze manier data verzamelen en vastleggen, kunnen autoriteiten veel gerichter ingrijpen bij problemen en deze zelfs voorkomen. Aldus gestructureerde data geven enorm veel inzicht. Afwijkingen in het systeem zijn signalen die vroegtijdig ingrijpen mogelijk maken. Hiermee is te voorkomen dat we 1 kilo weg moeten gooien, als slechts 1 gram besmet is. In de praktijk vertaalt zich dat niet zelden in voedselverspillingen van miljoenen kilo's product waar niets mis mee is.
Een dergelijk 'digitaal paspoort' is een goede basis om uiteindelijk een keten in de blockchain te plaatsen. Vandaar mijn stelling: er moet nog veel veranderen, wil blockchain het succes worden dat we ervan verwachten. Tot die tijd is het nuttig te experimenteren met producten in eenvoudige ketens.
Voorsprong pakken
Digitalisering in de agrofoodsector (of liever: de agrofoodketen) komt nog niet goed van de grond, omdat de producent de keten van data niet kan integreren. De positie van de boer moet veranderen om die data-integratie te bevorderen. Dit geeft meer transparantie in de sector en biedt autoriteiten houvast om gericht op te treden. Als we toewerken naar een digitaal paspoort voor producten, leggen we de basis voor een enorme slag in digitalisering in de agrofoodsector, waarmee we niet alleen de consument beter bedienen, maar ook internationaal een voorsprong ontwikkelen op grote spelers die markten in Nederland en Europa willen overnemen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Dick, kun je ook in een enkele logische woorden uitleggen waarom de gedachte dat de boer de oorsprong van informatie over voedsel zou moeten zijn, zo’n malle/warrige is?
Het is uit je reactie - voor mij in ieder geval - nog niet duidelijk.
Wat een warrig verhaal.
De zoveelste erfbetreder die als aspirant parasiet een businesscase wil creëren van de boer, ditmaal als primaire informatie-producent.
Evenmin als de "consument" van internet en Google-apps eigenaar is van de gegevens die Google en internetcookie-monsters over hem/haar verzamelen, of ook maar enig zicht of zeggenschap heeft over wat daar vervolgens mee gebeurt, zal de boer namelijk ooit "databaas" kunnen worden. Wél een dankbare gegevensbron uiteraard, waar fijn van te profiteren valt.
In de sporadische gevallen dat een boer nu soms al - tegen wil en dank! - economisch eigenaar blijft van zijn producten tot de eindgebruiker/consument ze aanschaft (en die boer dan soms ook nog weken kan wachten eer hij - een fractie! - van de opbrengst op zijn rekening krijgt bijgeschreven) zou er even makkelijk een merkje a la eiercode op zijn product kunnen komen.
Ook het eeuwige "2e exporteur ter wereld"-meme wordt weer van stal gehaald.
Juist die intransparante transito die van doorvoer "export" maakt is mede oorzaak van moeilijker tracking & tracing in geval van voedselveiligheidsproblemen.
Als men echt iets aan verbetering van voedselveiligheid wil doen, kan men beter werken aan echte circulariteit, en kostenverhogende tussengeschoven handel-zonder-veel-toegevoegde-waarde (en mét de nodige toegevoegde intransparantie en voedselveiligheidsrisico's, zie de Seltens en de Draaps!) proberen te reduceren, en ketens zowel fysiek als logistiek korter maken.
(Dat alles nog los van privacyproblemen; zie bijvoorbeeld wat de KNVB en de KNLTB allemaal uithalen met de gegevens die haar leden verplicht aanleveren. Ook onze eigen regering en overheid blijken bij herhaling onbetrouwbaar in haar oneindige informatiehonger.
In China wordt al gezichtsherkenning gebruikt om het gedrag van individuele burgers te volgen:
George Orwell had deze combinatie van Animal farm en Big brother niet perverser kunnen bedenken.)
Scheelt ook nog eens terawatts aan elektriciteit en gigatonnen aan CO2-uitstoot,
alleen al voor de blockchainservers.
Jos, dat is niet wat Arnoud Leerling zegt. Hij pleit juist - als ik hem goed begrijp (ik sprak er ook met hem over) - voor de boer als vertrekpunt voor dataverzameling en partner. Het leeuwendeel van de inspanning en financiering zal niet van het boerenerf kunnen komen.
Het klinkt sympathiek om de boer de regie te egven bij het verzamelen en beheren van de gegevens. Feitelijk kennen wij een dergelijke situatie al in de wetenschap. Individuele onderzoekers zijn hier, nog, baas, over de gegevens. Dat blijkt in het moderne tijdperk van Open Data niet te werken. Er zijn hogere organisatievormen nodig om gegevens Findable Accessible Interoperable en Reusable te krijgen. Het is, denk ik, wel zaak die hogere organisatievorm niet uitsluitend aan het bedrijfsleven over te laten, zoals dat nu het geval is. Voedselveiligheid en kwaliteit is primair een publieke zaak. Helaas is dat besef nog niet ingedaald bij LNV.
De boer is nooit de baas geweest over data, boeren moeten altijd al verplicht data afstaan aan de overheid, zeker de data rondom mest.