Hoewel beide bedrijven onder dezelfde holding vallen, loopt hun financiële situatie sterk uiteen. "Enkele weken voordat de problemen bij V&D bekend werden gemaakt, hoorden we daar geluiden over en zijn we plannen gaan maken om de continuïteit van La Place te waarborgen”, zei ceo Bart van den Nieuwenhof van La Place donderdag bij Avans Hogeschool in Den Bosch.

Leveranciers
Voorwaarden voor een eventuele zelfstandige doorstart is dat La Place zijn leveranciers moet kunnen blijven betalen. "Leveranciers moeten op hun beurt afwegen of ze een groot deel van hun business willen afsnijden als ze hun leveringen zouden staken, zei Van den Nieuwenhof. Hij wees er verder op dat La Place vorig jaar winstgevend was en dat de kostenstructuur gezond is.
Leveranciers moeten afwegen of ze een groot deel van hun business willen afsnijden als ze hun leveringen zouden staken
Een ander belangrijk aspect voor een eventuele doorstart is dat La Place 60 restaurants heeft buiten de V&D vestigingen. "Die kunnen sowieso verder opereren. Voor de vestigingen in de filialen van V&D hebben we rekening te houden met de pandeigenaren”, aldus Van den Nieuwenhof.

V&D afhankelijk van pandeigenaren
Hoe afhankelijk V&D zelf van de pandeigenaren is, bleek donderdag bij het kort geding tegen verhuurder Mondia Investments, schrijft RetailNews. Zonder medewerking van pandeigenaren - die huurverlagingen hebben doorgevoerd - was het warenhuis al failliet geweest. Voor La Place geldt dat doemscenario dus niet.

Fotocredits: La Place Amsterdam, Cosafarea
Dit artikel afdrukken