Belgisch onderzoek wijst uit dat er een eenvoudige manier is om je cijfers op te krikken: meer slapen.

Onderzoekers van de KULeuven en UGent bevroegen 621 eerstejaarsstudenten naar hun slaappatroon. Daaruit bleek dat 30% slecht slaapt (een score 5 op de Pittsburg Sleep Quality Index) - vrouwen (35%) nog wat slechter dan mannen (26%), dat is ook al in ander onderzoek vastgesteld.

Werden 'algemene gezondheidskenmerken en socio-economische achtergrond' uitgefilterd, bleek dat een uur langer slapen (7 in plaats van 6) 1,7 punt extra op te leveren (op een maximum te behalen puntenaantal van 20). Omgekeerd bleken de resultaten van de slechte slapers een punt achter te blijven op de goede slapers.

Onderzoeker Stijn Baert (UGent) legt uit dat 'een goede nachtrust de cognitieve prestaties op een directe manier beïnvloedt: ‘Nieuwe kennis wordt tijdens de slaap geïntegreerd en verenigd met bestaande kennis.’ Vooral de REM-slaap, die zich concentreert in de tweede helft van de slaapperiode, zorgt daarbij voor geheugenconsolidatie. Daarom is een minimum van zeven uur slaap noodzakelijk', schrijft De Standaard. Baert voegt daar nog aan toe: "Het spreekt echter voor zich dat het optimale aantal uren slaap verschilt van individu tot individu".
Dit artikel afdrukken