Deze week was relatief 'arm' aan boeren. Ik heb mijn tempo een beetje versneld, verlangend naar het betere weer dat de voorspellingen voor Zuid-Spanje me beloven. Ik verbleef op verschillende plaatsen, maar helaas niet bij boeren. Hoewel ik me in het Spaans kan redden, met veel gebaren en mimiek, loop ik toch vaak vast in vertalingen. Het is niet eenvoudig om een diepgaand gesprek te voeren over het GLB (=CAP, Common Agriculture Policy in het Engels, maar PAC in het Spaans (en Frans) dat de acroniemen vaak achterstevoren draait. Lokale accenten en snel praten helpen ook niet. Spijtig genoeg is de keten van boeren die mij steeds bij een volgende introduceren, gebroken en lijkt deze moeilijk te herstellen. Maar dat betekent niet dat mijn boerenfocus weg is!

Mijn vader had 20 ha en 8 koeien en verdiende meer. En uw kinderen? vroeg ik. Niet geïnteresseerd

Dus als ik een modern uitziende 50-jarige man naast een oude Toyota Landcruiser zie in een veld, die zijn grasachtige, 5 cm hoge gewas bestudeert, stap ik van mijn fiets en vraag ik of hij tevreden is. Dat was hij niet. Hij vertelde me dat zijn (winter)tarwe en gerst nu 20 cm hoog hadden moeten staan. In tegenstelling tot in Frankrijk hebben ze hier in Castilia & Léon deze winter geen regen gehad. "Maar zo is het leven", concludeerde hij, en maakte er verder geen drama van. Hij vertelde me dat hij in totaal 130 ha had. Ik vroeg of dat hem een inkomen opleverde. "Nee. Wij leven van het lerarensalaris van mijn vrouw en de EU-subsidie (PAC). De opbrengst van het gewas alleen zou mij geen inkomen opleveren. Mijn vader had 20 ha en 8 koeien en verdiende meer". En uw kinderen? vroeg ik. "Niet geïnteresseerd, en ik denk dat ze gelijk hebben. Kijk maar naar deze dorpen. Jongeren willen hier niet leven".

leeg spaans landschap


Leegloop en afbrokkeling
De Spaanse vlakten ten noordwesten van Madrid zijn boomloos, licht heuvelachtig en liggen op ongeveer 700-900 meter hoogte. Geen toerist gaat erheen. Zeker niet in de winter. Alles voelt verlaten aan. Wikipedia-statistieken bevestigen dat de dorpen en steden, waarvan vele zich kunnen laten voorstaan op 500 jaar oude kerken (!), snel leeglopen (een halvering van de bevolking in de afgelopen 40 jaar). Ik lunch in Madrigal (3 gangen plus een fles wijn voor 10 euro!), eens een mooie stad waar Isabella I van Castilië, die Columbus reis financierde, het levenslicht zag. Er wonen nu minder dan 1.500 mensen, terwijl in 1970 3.500 mensen het hun stad noemden. Je ziet het rijke erfgoed van stadsmuren en kerken afbrokkelen.

Je ziet het rijke erfgoed van stadsmuren en kerken afbrokkelen
Verandering
Ongeveer 40 km ten zuiden van Salamanca, vlakbij de Extremadura, werd ik getroffen door een plotselinge verandering in het landschap. Zonder - voor mij - duidelijke reden gaan de deprimerende, boomloze glooiende velden alsof er een onzichtbare lijn is, over in een landschap van overvloed, met oude bomen (eiken) en grazende koeien, schapen, geiten en zelfs rondscharrelende varkens. Stenen muren en hekwerken van graniet vullen de prachtige uitzichten aan. Waarom is er zo'n enorm verschil in hetzelfde klimaat, bij dezelfde bodem en hetzelfde economische systeem? Het daagt me dat het niet alleen de schoonheid van het landschap zelf is, maar dat het een landschap is dat verzorgd wordt en waar in geïnvesteerd is. Bomen van 50-70 jaar oud betekenen dat minstens 3 generaties besloten hebben ze niet te kappen.

Worsteling, was het meest gebruikte woord. Om er vaak aan toe te voegen: Wij kunnen niet samenwerken
'Investeren en samenwerken'
Heel Spanje was ooit bedekt met bossen, vertelde me een Spaanse pelgrim op weg naar Santiago in een' Albergue'. Karel V (16e eeuw) had volgens hem het grootste deel van de bossen gekapt om schepen te bouwen voor zijn oorlogsvoering. Ik zie het hedendaagse woestijnachtige akkerland als de laatste convulsie van een weggooi-landschap, waar niemand kiest om er te leven of in te investeren en waar het enige korte termijnrendement wordt behaald door zware machines, schaalgrootte en subsidie. De enige 'investering' die ik ontdekte was een sportschool in de openlucht. Niet veel gebruikt....

Gedurende de week sprak ik met boeren in bars langs de weg. 'Worsteling', was het meest gebruikte woord. Om er vaak aan toe te voegen: "Wij kunnen niet samenwerken". Dat lijkt mij de juiste opmerking. En het biedt een kans: samenwerken is iets wat iedereen kan doen!
Dit artikel afdrukken