Volgens het farmabedrijf Sanofi Pasteur, dat (ongewild) betrokken is in de nieuwe paardenvleesaffaire, is het vlees van zijn serumproducerende paarden waarschijnlijk helemaal niet gevaarlijk. Maar dat is nog nooit onderzocht. De wet stelt dat het niet in de voedselketen terecht mag komen.

Sanofi-directeur Alain Bernal legt in Le Figaro uitgebreid uit hoe de paarden door het bedrijf gebruikt worden. Het gaat om gewone, gezonde, jonge paarden, die een 'door de gezondheidsautoriteiten geregistreerd' menselijk vaccin ingespoten krijgen. Daarop gaat het paard veel antistoffen aanmaken, die aan het bloed onttrokken en gezuiverd worden. Daarvan worden dan serums gemaakt, in het geval van Sanofi tegen rabiës, tetanus en slangenbeten.

Een paard dat antilichamen produceert is niet gevaarlijk, omdat het niet besmettelijk is. Dat Sanofi dan toch niet de veiligheid van het eten van het vlees kan garanderen, komt simpelweg doordat de gezondheidseffecten nog nooit uitgezocht zijn. Het vlees mag volgens de wet immers toch niet voor menselijke consumptie verkocht worden. "De kopers van onze paarden, particulieren en veterinaire scholen, leggen dat vast op het moment dat ze het koopcontract tekenen", zegt Alain Bernal van Sanofi in Le Figaro.
Dit artikel afdrukken